[2C] Paragraaf 3.5

1 / 26
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 2

This lesson contains 26 slides, with text slides and 6 videos.

time-iconLesson duration is: 70 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Welkom!

Slide 2 - Slide

Bespreken opdrachten 
Paragraaf 3.3 opdracht 47 t/m 52 (blz. 129)

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

3.5 Moleculen
Aan het einde van deze les kun je: 
  • de eigenschappen van moleculen noemen
  • het verschil tussen een zuivere stof en een mengsel met moleculen uitleggen
  • faseovergangen met moleculen beschrijven

Slide 5 - Slide

3.5 Moleculen
Moleculen, fasen en faseovergangen
  • Moleculen zijn erg klein
  • Moleculen bewegen
  • Bij een hogere temperatuur bewegen moleculen sneller
  • Tussen de moleculen zit lege ruimte
  • Moleculen trekken elkaar aan als ze dicht tegen elkaar zitten
 Blz. 138

Slide 6 - Slide

3.5 Moleculen
Gas
  • Geen eigen volume, geen eigen vorm
  • Moleculen bewegen kriskras door elkaar
  • Moleculen trekken elkaar niet aan 
  • Tussen moleculen veel lege ruimte 
  • Kleine dichtheid
  • Makkelijk samen te drukken
 Blz. 138

Slide 7 - Slide

3.5 Moleculen
Vloeistof
  • Eigen volume, geen eigen vorm
  • Moleculen bewegen dicht langs elkaar
  • Moleculen trekken elkaar  aan 
  • Weinig ruimte tussen moleculen 
  • Dichtheid groter dan gas
  • Moeilijk samen te drukken
 Blz. 139

Slide 8 - Slide

3.5 Moleculen
Vaste stof
  • Eigen volume, eigen vorm
  • Moleculen bewegen op een vaste plaats
  • Moleculen trekken elkaar sterk aan 
  • Weinig ruimte tussen moleculen 
  • Dichtheid veel groter dan gas
  • Moeilijk samen te drukken
 Blz. 139

Slide 9 - Slide

3.5 Moleculen
Verdampen en condenseren
  • Verdampen als temperatuur stijg ( faseovergang van vloeistof naar gas)
  • Condenseren als temperatuur daalt (faseovergang van gas naar vloeistof)
 Blz. 139

Slide 10 - Slide

3.5 Moleculen
Smelten en stollen
  • Smelten als temperatuur stijg ( faseovergang van vaste stof naar vloeistof)
  • Stollen als temperatuur daalt (faseovergang van vloeistof naar gas)
 Blz. 139

Slide 11 - Slide

Aan de slag!
Wat? Maak paragraaf 3.5 opdracht 70 t/m 73 (blz. 141)
Hoe? Werk zelfstandig binnen je groep 
Tijd? 10 min
Hulp? Probeer het samen op te lossen. Lukt het niet? Vraag dan de docent
Resultaat? Je kunt eigenschappen van moleculen in verschillende fasen en faseovergangen noemen
Klaar? Maak opdracht 74
timer
10:00

Slide 12 - Slide

3.5 Moleculen
Moleculen, zuivere stof en mengsel
  • Zuivere stof bestaat uit één soort moleculen
  • Mengsel bestaat uit twee of meer soorten moleculen
 Blz. 139

Slide 13 - Slide

Aan de slag!
Wat? Maak paragraaf 3.5 opdracht 70 t/m 73 en 75 t/m 78 (blz. 141)
Hoe? Werk zelfstandig binnen je groep 
Tijd? Tot einde les
Hulp? Probeer het samen op te lossen. Lukt het niet? Vraag dan de docent
Resultaat? Je weet wat moleculen zijn en hoe zij zich in verschillende fasen gedragen
Klaar? Maak opdracht 74 en 79
timer
10:00

Slide 14 - Slide

Af voor de volgende les
Paragraaf 3.5 opdracht 70 t/m 73 en 75 t/m 78 (blz. 141)

Slide 15 - Slide

Aan de slag!
Wat? Maak 3.3 opdracht 34 t/m 37, 39, 41 t/m 43 en 45 (blz. 127 of online)
Hoe? Werk zelfstandig binnen je team
Tijd? 15 min
Hulp? Probeer het samen op te lossen. Lukt het niet? Vraag dan de docent
Resultaat? Je kunt eigenschappen van vaste stof, vloeistof en gas noemen, uitleggen dat smeltpunt en kookpunt stofeigenschappen zijn en beschrijven hoe de temperatuurschaal van Celsius is opgebouwd
Klaar? Maak opdracht 38, 40 en 44
timer
15:00

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Video

Practicum
Wat? Voer practicum 2 op blz. 146 uit 
Hoe? Werk zelfstandig binnen je groep 
Tijd? 20 min
Hulp? Probeer het samen op te lossen. Lukt het niet? Vraag dan de docent
Resultaat? Je kunt stoffen herkennen
Klaar? Ruim de materialen op en lees alvast blz. 110
timer
20:00

Slide 18 - Slide

2.4 Kleuren maken 
Kleurfilter
  • Kleurfilter laat maar één kleur door en absorbeert (= opnemen) andere kleuren 

Slide 19 - Slide

2.4 Kleuren maken 
Licht mengen
  • Primaire kleuren voor licht (RGB): rood, groen en blauw 
  • Hoe meer kleuren je mengt, hoe lichter de mengkleur (dat is dus anders dan bij verf!)
Blz. 83
Rood + groen = geel
Rood + blauw = magenta (paars)
Blauw + groen = cyaan (groenblauw)
Rood + groen + blauw = wit

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Video

Slide 22 - Video

Slide 23 - Video

Slide 24 - Video

Slide 25 - Video

3.3 Faseovergangen
Aan het einde van deze les kun je: 
  • Eigenschappen van de fasen vaste stof, vloeistof en gas noemen
  • Uitleggen dat smeltpunt en kookpunt stofeigenschappen zijn
  • Beschrijven hoe de temperatuurschaal van Celsius is opgebouwd
  • De temperatuurlijn gebruiken om de fase van een stof te bepalen

Slide 26 - Slide