tweede wereldoorlog

1 / 19
next
Slide 1: Slide
Applicatie- en mediaontwikkelaarMBOStudiejaar 2

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

synoniemen
twee woorden met een zelfde betekenis

Slide 2 - Slide

wat weten jullie over de tweede wereldoorlog?

Slide 3 - Open question

verdrag van versailles 
- einde oorlog 
- Volkenbond ( zonder Duitsland)
- inperking grondgebied
- ontwapening ( 100.000 man)
- Duitse herstelbetalingen

Slide 4 - Slide

een ander woord voor inperking is
A
vermindering
B
versterken
C
verzwakken

Slide 5 - Quiz

het leven van een Duitser na de eerste wereldoorlog
- ontevredenheid 
- zoeken naar oorzaken 
- herstelbetalingen
- dawesplan
- beurskrach 

Slide 6 - Slide

Je zou het woord herstelbetalingen kunnen vervangen met
A
verzekering
B
aflossen
C
schadevergoeding
D
teruggeven

Slide 7 - Quiz

opkomst NSDAP
- Hitler verandert DAP naar NSDAP
- belofte Duitsland sterk te maken
- rijksdagbrand 1933
- NSDAP en Hitler aan de macht
- mogelijk door propaganda 
- Lebensraum
- Antisemitisch ( dolkstootlegende) 

Slide 8 - Slide

vroeger = werkloosheid, hopeloosheid, verwaarlozing, staking, uitsluiting
vandaag = werk, vreugde, discipline,  kameraadschap
stem daarom op de leider

Slide 9 - Slide

De NSDAP stelt de nationale gemeenschap veilig
Als u advies en hulp nodig heeft, kunt u contact opnemen met de lokale groep

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Video

Hitler aan de macht 
- Neurenberg wetten 
- Joden minderwaardig 
- militaristisch Duitsland  
- veel propaganda 
- Hitlerjugend 
- dictator door stemmen

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

'Het was noodzakelijk om het Duitse volk een gevoel van gemeenschap te geven'
Met welk woord kan noodzakelijk worden vervangen?
A
handig
B
belangrijk
C
meedogenloos
D
urgent

Slide 15 - Quiz

'Dat moet voor iedere volksgenoot zichtbaar worden. en daarom heeft onze beweging een bijzondere stempel gekregen.'
Bijzondere heeft veel synoniemen, welke klopt niet.
A
vreemd
B
markant
C
eigenaardig
D
adequaat

Slide 16 - Quiz

en dan......... 

Slide 17 - Slide

wat hebben we vandaag geleerd?

Slide 18 - Open question

volgende week

Slide 19 - Slide