Herhaling thema 2 Organen en cellen + UL 2.5 (1m/h)
Je krijgt straks online vragen over thema 2 om te kijken wat je nog weet
Ga in je boek naar blz. 164
EN
lees daar aandachtig
basis 1 t/m 4 (t/m blz. 166)
intussen huiswerkcontrole 2.4 - 1 t/m 11
timer
10:00
1 / 39
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1
This lesson contains 39 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Je krijgt straks online vragen over thema 2 om te kijken wat je nog weet
Ga in je boek naar blz. 164
EN
lees daar aandachtig
basis 1 t/m 4 (t/m blz. 166)
intussen huiswerkcontrole 2.4 - 1 t/m 11
timer
10:00
Slide 1 - Slide
log meteen in op deze lessonup
we gaan een stukje herhalen van thema 2
Slide 2 - Slide
een deel van een organisme met een bepaalde taak
Slide 3 - Open question
een groep organen die samen een taak uitvoeren
Slide 4 - Open question
Sleep de woorden naar het juiste plaatje
Organismen
cel
Orgaanstelsel
orgaan
Slide 5 - Drag question
Bekijk de afbeelding van de orgaanstelsels.
Zet de juiste naam onder het juiste orgaanstelsel.
Beenderstelsel
verteringsstelsel
Slide 6 - Drag question
Bekijk de afbeelding van de orgaanstelsels.
Zet de juiste naam onder het juiste orgaanstelsel.
ademhalingsstelsel
bloedvatenstelsel
Slide 7 - Drag question
Orgaan
Organisme
Orgaanstelsel
Weefsel
Cel
Slide 8 - Drag question
Wat mist dit blad?
A
Nerven
B
Bladschijf
C
Bladskelet
D
Bladmoes
Slide 9 - Quiz
Wat is GEEN functie van wortels
A
Reserve voedsel opslaan
B
Water en voedingsstoffen opnemen
C
Plant vast zetten in de bodem
D
Glucose maken.
(Fotosynthese)
Slide 10 - Quiz
Wortelharen zijn .........
A
stevig en dik
B
klein en kwetsbaar
C
smal en dik
D
groot en sterk
Slide 11 - Quiz
Hoe heten de buisjes waardoor een plant water en voedingsstoffen vervoert?
A
Buisjes
B
Tunnels
C
Vaten
D
Bundels
Slide 12 - Quiz
De grootste vaatbundel in een blad is de:
A
zijnerf
B
bladmoes
C
bladschijf
D
hoofdnerf
Slide 13 - Quiz
Cytoplasma
Celkern
Celmembraan
Slide 14 - Drag question
Vacuole
Celkern
Cytoplasma
Celmembraan
Celwand
Slide 15 - Drag question
Cytoplasma
Celkern
Celmembraan
Slide 16 - Drag question
Vacuole
Celkern
Cytoplasma
Celmembraan
Celwand
Slide 17 - Drag question
A
Zetmeelkorrels
B
Bladgroenkorrels
C
Kleurstofkorrels
Slide 18 - Quiz
A
Zetmeelkorrels
B
Bladgroenkorrels
C
Kleurstofkorrels
Slide 19 - Quiz
A
Zetmeelkorrels
B
Bladgroenkorrels
C
Kleurstofkorrels
Slide 20 - Quiz
Slide 21 - Slide
Sleep de juiste basen in het DNA molecuul
A
T
A
C
C
G
Slide 22 - Drag question
Doe voor nu even je chromebook dicht,
maar blijf wel in deze lessonup.
Slide 23 - Slide
Leerdoelen 2.5
Ik kan beschrijven hoe een cel zich deelt.
Ik kan de kenmerken van stamcellen noemen.
Lees nu aandachtig blz. 123STIL & ALLEEN!
Slide 24 - Slide
Nieuwe cellen
Door welk proces ontstaan er voortdurend nieuwe cellen?
door celdeling
Wat is er aan de hand als er meer nieuwe cellen ontstaan dan er oude doodgaan?
dan groei je
Uit één cel ontstaan 2 nieuwe cellen, maar hoe wordt die eerste cel genoemd?
de moedercel
Hoe noem je de 2 nieuwe cellen?
de dochtercellen
Slide 25 - Slide
Slide 26 - Video
Bekijk nog eens goed de afbeeldingen en lees de stappen!
Slide 27 - Slide
Zet de stappen van de celdeling in de goede volgorde
Moedercel
Dochtercellen
Kerndeling
Plasmagroei
Celdeling
Slide 28 - Drag question
Dochtercellen hebben na de celdeling evenveel chromosomen als de moedercel.....
A
Waar
B
Niet waar
Slide 29 - Quiz
Hoe worden dochtercellen net zo groot als de moedercel waaruit ze ontstaan?
A
celdeling
B
kerndeling
C
plasmagroei
Slide 30 - Quiz
Welke erfelijke informatie (DNA) hebben de nieuwe dochtercellen?
A
De helft van de moedercel
B
Geheel nieuw DNA anders dan de moedercel
C
Precies hetzelfde DNA als de moedercel
Slide 31 - Quiz
De celcyclus
Wat gebeurd er tijdens
de celcyclus?
voordat de celdeling begint, onstaat van elk chromossom een kopie.
Slide 32 - Slide
Wat gebeurt er tijdens de celcyclus?
Voordat de celdeling begint, ontstaat van elk chromosoom een kopie.
De chromosomen worden zichtbaar.
Er ontstaan twee kernen met een volledige set chromosomen.
De cel deelt zich. De cel zich deelt, heet de moedercel. De cellen die ontstaan, heten dochtercellen.
Plasmagroei, de dochtercellen groeien doordat de hoeveelheid cytoplasma toeneemt.
Na afloop van een celdeling bevatten de dochtercellen dezelfde informatie als de moedercel.
Eén van de dochtercellen ontwikkelt zich tot gespecialiseerde cel EN de andere dochtercel kan zich weer delen.
Slide 33 - Slide
Stamcellen
Wat zijn stamcellen?
Hoe ontstaat celdifferentiatie?
Slide 34 - Slide
Stamcellen
Kunnen zich oneindig vaak delen.
Stamcellen zorgen voor groei en herstel.
Uit stamcellen kunnen één of meer typen gespecialiseerde cellen ontstaan.
Sommige stamcellen zijn al gespecialiseerd voor 1 celtype.
Slide 35 - Slide
Embryonale stamcellen
Embryonale stamcellen kunnen nog alles worden.
(Een embryo is een nog niet geboren kind. )
Slide 36 - Slide
huiswerk voor volgende week =
Maak online van thema 2
basisstof 2.5
opdracht 1 t/m 4 + 6 t/m 10
B1i - Proefwerk thema 2 = 21 februari
Lieve + Thomas;
even naar mijn bureau komen voor vakdocentenavond
Slide 37 - Slide
In de afbeelding is het wortelstelsel van een peen schematisch getekend. Bij welk deel of bij welke delen kan de plant water met voedingsstoffen opnemen?