mbo 3 hoofdstuk 2-2 optellen en aftrekken

• Rekenen
• MBO
• Studiejaar 1

aan het eind van de les

• begrijp je hoe je euro’s omzet in centen om zo     geldbedragen  op te tellen of af te trekken.
  
• begrijp je hoe je bij het optellen of aftrekken van   geldbedragen apart met de euro’s en centen kan rekenen.

Je koopt een blocnote van € 2,50
en een liniaal van € 3,50.
Hoeveel is dit bij elkaar?

Manier 1: euro's omzetten in centen:

€ 2,50 = 250 cent

€ 3,50 = 350 cent

250 cent + 350 cent = 600 cent = € 6,00

Manier 2: euro's en centen apart optellen:

Hele euro's: 2,00 + 3,00 = € 5,00

Centen: 50 cent + 50 cent = 100 cent = € 1,00

Totaal: 5,00 + 1,00 = € 6,00

Je koopt een etui van € 2,75 en
een ringmap van € 4,50.
Hoeveel is dit bij elkaar?

Manier 1: euro's omzetten in centen

€ 2,75 = 275 cent

€ 4,50 = 450 cent

275 cent + 450 cent = 725 cent = € 7,25

Manier 2: euro's en centen apart optellen

Hele euro's: 2,00 + 4,00 = € 6,00

Centen: 75 cent + 50 cent = 125 cent = € 1,25

Totaal: 6,00 + 1,25 = € 7,25

Let op: Kom je uit op meer dan 100 cent dan wissel je 100 cent in voor 1 euro.

Bereken:
€ 5,00 - € 2,25 =

Manier 1: euro’s omzetten in centen

€ 5,00 = 500 cent

€ 2,25 = 225 cent

500 cent – 225 cent = 275 cent = € 2,75

Euro's: € 5,00 - € 2,00 = € 3,00

Centen: 0 – 25 kan niet, dus wissel je een euro om in 100 cent

100 cent – 25 cent = 75 cent

Dus: € 5,00 - € 2,25 = € 2,00 + € 0,75 = € 2,75