oefen opdracht dimensioneren waterleiding

• installatietechniek
• MBO
• Studiejaar 3

Dimensioneren van een waterleiding

Lesdoel: 

Aan het eind van de les kan je een waterleiding berekenen t.b.v. het niveau 3 ankerpunt Water

De samengestelde methode ( q√n )

De samengestelde methode ( q√n )

De q√n methode gaat niet uit van de maximale volumestroom.

(dat alle toestellen gelijktijdig gebruikt worden)

maar gaat er van uit dat er een aantal gelijktijdig gebruikt kunnen worden. 

De samengestelde methode ( q√n )

Om de hoeveelheid water  te kunnen bepalen heeft elke "kraan" een eigen "tapeenheid",  1 TE =  5 liter/min

De samengestelde methode ( q√n )

qv = q√n

qv = de te verwachten volumestroom

q = 1 TE (0,083 l/sec)

n = de som van het totaal aantal tapeenheden

voorbeeld: wastafel = 1 TE, bad = 4 TE en douche = 4 TE  

totaal aantal TE = 9 dus n = 9

De samengestelde methode ( q√n )

qv = q√n

qv = de te verwachten volumestroom

q = 1 TE (0,083 l/sec)

n = de som van het totaal aantal tapeenheden

voorbeeld: qv = 0,083 l/sec x √ 9

qv = 0,083 l/sec x 3

qv = 0,249 l/sec

De samengestelde methode ( q√n )

Qv = V x A

Qv = volumestroom l/sec

V = snelheid 

A = Oppervlakte

De samengestelde methode ( q√n )

Qv = V x A

qv = 0,249  dm3 /sec

V = 1,5 m/sec = 15 dm/sec

0,249 dm3/sec = 15 dm/sec x A

A = 0,249 dm3/sec : 15 dm/sec

A = 0,0166 dm2

De samengestelde methode ( q√n )

Oppervlakte van een cirkel

A = 1/4 x π x d²

0,0166 dm² = 1/4 x π x d²

d² = 0,0166 dm² : 1/4 x π

De samengestelde methode ( q√n )

d² = 0,0166 dm² : 0,785

d² = 0,021 dm²

d = √0,021 dm² = 0,145 dm

0,145 dm = 1,45 cm = 14,5 mm

De samengestelde methode ( q√n )

Oefenopdracht