Paragraaf 2.2: Gelijkvormigheid

• Wiskunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

2.2: Gelijkvormigheid

Leerdoelen

• Vergroten en gelijkvormigheid
• Gelijkvormgie driekehoeken herkennen

Wat kun je aan het eind van deze les?

• De notatie van twee gelijkvormige driehoeken in de juiste volgorde opschrijven
• Met behulp van een tabel een onbekende zijde in een driehoek berekenen
• Gelijkvormige driehoeken in een samengesteld figuur herkennen
• Gelijkvormige driehoeken in een verhaaltjessom herkennen

01:58

Wat komt er op de puntjes te staan?

1. RST
2. RTS
3. TSR
4. TRS

02:37

Hoe komt de tabel eruit te zien? Maak een foto en lever deze in.

03:41

Bereken de twee onbekende zijden met kruisproducten

Theorie A

Lees nu Theorie A en kijk nog eens goed naar de aanpak in  het voorbeeld. Dit ga je ook gebruiken bij de opgaven 17 t/m 19.

1. Noteer welke twee driehoeken gelijkvormig zijn en gebruik hiervoor de juiste notatie.
2. Maak een tabel en zet de zijden op de juiste plek.
3. Vul de bekende zijden in.
4. Bereken de onbekende zijden met kruisproducten.

01:27

Schrijf voor jezelf op welke hoeken gelijk zijn.

01:55

Met welke driehoek is driehoek KLM gelijkvormig? Noteer de juiste volgorde.

1. KPQ
2. KQP
3. QKP
4. QPK

04:17

Bereken zijde KM met pythagoras en geef het antwoord hieronder door.

05:03

Bereken de resterende onbekende zijden en geef je antwoord.

Theorie B

Lees nu Theorie A en kijk nog eens goed naar de aanpak in het voorbeeld. Dit ga je ook gebruiken bij de opgaven 20 t/m 25.

1. Toon eerst aan dat twee driehoeken gelijkvormig zijn. Je laat dan zien dat twee paar hoeken gelijk zijn.
2. Nu volgt de rest van de aanpak van theorie A.
3. Soms moet je tussendoor pythagoras toepassen om verder te kunnen.

Extra filmpjes

In principe kun je nu de opgaven van paragraaf 2.2 gaan maken. Als je nog meer uitleg nodig hebt, staan er op de volgende dia's een aantal andere video's klaar.

Succes!