V2 periodo 2 clases 7 y 8 Spaans

• Spaans
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

Leerdoel:

- Weet ik of ik klaar ben voor de toets van morgen :-)

Programa

1. Corregir deberes

2. Repasar los temas del SO

3. Prueba formativa de verbos

4. Otros temas de la prueba

Deberes: ¿Qué tal? 

TB blz. 35 oef 5

1. tu
2. mi
3. su
4. sus
5. mis
6. su

Deberes: ¿Qué tal? 

TB Blz. 40 oef 2

1. tus
2. mi
3. sus
4. mi
5. sus
6. tu
7. tu
8. nuestra

Vertel kort over een familielid

- Hoe hij/zij heet/

- Waar hij/zij vandaan komt

- Hoe oud zij/hij is

- Of hij of zij een huisdier heeft

- Waar hij/zij woont

Prueba formativa de verbos

Tienes diez minutos

Klaar? A corregir!

- ¿Qué tal? Minder dan 10 goed? Maak dan WB Blz. 22 oef 3 en blz. 23 oef 6 (lees eerst uitleg tener en regelmatige werkwoorden in je leerdoelenboekje). Daarna ga je door met de volgende activiteit. 

- Meer dan 10 goed? Bekijk de uitleg van 'la hora' via de volgende link: https://www.youtube.com/watch?v=ZCoQqo8G-90 of in je leerdoelenboekje

Bekijk de uitleg van 'la hora' in je leerdoelenboekje.

Maak daarna Ejercicios 1 y 2  páginas 24 y 25 van het werkboek. 

De antwoorden vind je in het mapje periode 2 in het studiewijzer

Listos

¡A practicar en Quizlet!

¡Muchísima suerte!

(veel succes)!

¡Hola y bienvenidos!

Na deze les...

- Kan ik minimaal 12 woorden over eten en drinken in het Spaans benoemen en gebruiken in eenvoudige zinnen, zoals 'Ik eet graag...' of 'Ik drink...'."

- Ken ik het werkwoord querer

Unidad 4 ¡Comidas y bebidas!

Comidas y bebidas

            Mira el vídeo hasta el minuto 4, toma nota de la información que consideres más importante y responde a las siguientes preguntas.

La palabra DESAYUNO significa...

1. Ontbijt
2. Lunch

Aquí aprovechamos para destacar el vocabulario más importante relacionado con las comidas del día en un país de habla hispana.

LUNCH en español es...

1. Cena
2. Almuerzo
3. Merienda

Normalmente se MERIENDA un plato de arroz o de pasta.

1. Falso
2. Verdadero

¿El ALMUERZO en España es frío o caliente?

1. frío
2. ninguno de los dos
3. caliente

¿Cuál de los siguientes grupos de palabras son bebidas?

1. pollo, coca-cola, zumo
2. cereales, pescado, leche
3. leche, zumo, té

el desayuno 

7h - 8h

el almuerzo 

12/13 h

la merienda

18h 

la cena

21h-23h

QUERER

(willen)

(yo) QUIERO

(tú) QUIERES

(el, ella, usted) QUIERE

(nosotros/as) QUEREMOS

(vosotros/as) QUERÉIS

(ellos, ellas) QUIEREN

ik wil

jij wilt

hij, zij, u wil 

wij willen

jullie willen

zij  willen, u wil (mv)

QUERER 

WILLEN

Ook QUERER is een 

onregelmatig werkwoord met klankverandering in de stam :E verandert in IE

Vervoeg in de presente:
querer - nosotros

1. queréis
2. quieremos
3. quieréis
4. queremos

querer (ie), vosotros

1. queramos
2. quieréis
3. quieráis
4. queréis

querer, mis amigos

1. queréis
2. quieréis
3. queren
4. quieren

(Yo) querer
(Ik) willen

1. Quero
2. Quiero

vervoeg
querer (nosotros)

1. queréis
2. quieremos
3. quieréis
4. queremos

querer

1. willen
2. lezen

Na deze les...

- Kan ik minimaal 12 woorden over eten en drinken in het Spaans benoemen en gebruiken in eenvoudige zinnen, zoals 'Ik eet graag...' of 'Ik drink...'."

- Ken ik het werkwoord querer