Opfrissing pedagogische raamwerk

Opfrissing pedagogische raamwerk
1 / 16
next
Slide 1: Slide
Sociale wetenschappenSecundair onderwijs

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 1 min

Items in this lesson

Opfrissing pedagogische raamwerk

Slide 1 - Slide

Voor wie is het raamwerk bedoeld?
A
Onrechtstreeks verbonden aan kinderopvang
B
Rechtstreeks of onrechtstreeks verbonden aan kinderopvang
C
D
Rechtstreeks verbonden aan kinderopvang

Slide 2 - Quiz

Op basis van welk basisdocument is het PR gebaseerd
A
Verdrag klimaat
B
M-decreet
C
Internationaal Verdrag Rechten van het Kind
D
Mensenrechten

Slide 3 - Quiz

Wat staat er niet in het PR?
A
Opdrachten (kerntaken)
B
Uitgangspunten (kijk op)
C
Voorwaarden (nodig)
D
Eisen

Slide 4 - Quiz

Op welke manier moet er naar het kind worden gekeken?
A
Holistisch
B
Uniek
C
Wat het nog niet kan
D
Positief

Slide 5 - Quiz

Door wie en wanneer werd het PR gepubliceerd?
A
2014 door K&G
B
2020 door K&G
C
2014 door de overheid
D
2020 door de overheid

Slide 6 - Quiz

Wat geldt niet voor het PR?
A
Inspanningsverplichting
B
Inspiratie voor eigen missie en visie
C
Kwaliteit garanderen
D
Kwaliteitseis

Slide 7 - Quiz

Op welke verschillende vlakken zijn de rechten geformuleerd in het IVRK?
A
Burgerlijk, politiek, economisch, sociaal en cultureel
B
Politiek, economisch, sociaal en cultureel
C
Burgerlijk, politiek, economisch en sociaal
D
Burgerlijk, politiek, sociaal en cultureel

Slide 8 - Quiz

Voor wat staan de 3p's binnen het IVRK?
A
Participatie, protectie en provisie
B
Provisie, protectie en proberen
C
Potentieel, protectie en provisie
D
Participatie, protectie en potentie

Slide 9 - Quiz

Wat wil provisie zeggen?
A
Alle levensmiddelen moeten voorradig zijn
B
Beschermen tegen mogelijke schade, verwaarlozing en uitbuiting
C
Rest om deel te nemen aan de maatschappij

Slide 10 - Quiz

Wat betekent holistische kijk op kinderen p. 23
A
Elk ontwikkelingsdomein afzonderlijk benaderen
B
Kijken naar kinderen in hun geheel (+ ontwikkelingsdomeinen)
C
D
De kinderen in relatie met de ouders benaderen

Slide 11 - Quiz

Wat is geen belangrijk principe in het omgaan met kinderen
A
Vaste kinderbegeleider
B
Positief opvoeden
C
Geleidelijke overgang
D
Stimuleren van minstens 2 ontwikkelingsdomeinen

Slide 12 - Quiz

Geef een voorbeeld hoe er binnen een kinderopvang een vaste kinderbegeleider kan worden gerealiseerd.

Slide 13 - Open question

Geef een voorbeeld hoe er binnen een kinderopvang positief opgevoed kan worden.

Slide 14 - Open question

Geef een voorbeeld hoe er binnen een kinderopvang alle ontwikkelingsdomeinen kunnen worden gestimuleerd.

Slide 15 - Open question

Geef een voorbeeld hoe er binnen een kinderopvang een geleidelijke overgang van thuis->opvang kan worden gerealiseerd.

Slide 16 - Open question