What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
CH 4 H Speaking and Stones
"Spreken" en luisteren. Maak gebruik van het vergroten van de teksten door er op te klikken.
We gaan beginnen.
1 / 27
next
Slide 1:
Slide
Engels
Middelbare school
vmbo b, k
Leerjaar 2
This lesson contains
27 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
"Spreken" en luisteren. Maak gebruik van het vergroten van de teksten door er op te klikken.
We gaan beginnen.
Slide 1 - Slide
Klik op het geluidsfragment en direct daarna op Stone 12 om te vergroten.
Slide 2 - Slide
Now listen to "Surprise party".
Slide 3 - Slide
Welke van de onderstaande zinnen in stone 12 hoorde je als eerste in Surprise Party? Luister nogmaals het fragment.
klik om stone 12 te vergroten
A
We are going to visit a music festival in Hyde Park.
B
Do you know how to reach the city centre by bus.
C
Do you know the fastest way to get there by bus.
D
I will visit a music festival in Hyde Park.
Slide 4 - Quiz
Welke van de onderstaande zinnen in stone 12 hoorde je als tweede in Surprise Party? luister nogmaals het fragment.
klik om stone 12 te vergroten
A
To get there, get off at the third stop and change to Picadilly.
B
To get there, get off at the third stop and walk from there.
C
To reach the park, get off at the third stop and walk from there.
D
To reach the park, get off at the third stop and change to Picadilly.
Slide 5 - Quiz
Welke van de onderstaande zinnen in stone 12 hoorde je als derde in Surprise Party? luister nogmaals het fragment.
klik om stone 12 te vergroten
A
The bus is delayed but it will be here any minute.
B
The bus is 10 minutes late but it will be here any minute.
C
The bus is delayed but because of a traffic jam.
D
Line 10 is delayed but it will be here any minute.
Slide 6 - Quiz
What is the correct Dutch translations of the word
ENTRANCE
A
uitgang
B
doorgang
C
ondergang
D
ingang
Slide 7 - Quiz
What is the correct Dutch translations of the word
ESCALATOR
A
lift
B
roltrap
C
loopband
D
stoeltjes lift
Slide 8 - Quiz
What is the correct Dutch translations of the word
EXIT
A
einde
B
uitgang
C
sluiting
D
afgang
Slide 9 - Quiz
What is the correct Dutch translations of the word
(TO) GET ON/OFF
A
in -/uitstappen
B
aan-/uit gaan
C
aan-/uitkrijgen
D
in-/uitvallen
Slide 10 - Quiz
What is the correct Dutch translations of the word
INFORMATION DESK
A
informatiebank
B
informatiebord
C
informatiebalie
D
informatietafel
Slide 11 - Quiz
What is the correct Dutch translations of the word a
LIFT
A
dragen
B
roltrap
C
tillen
D
lift
Slide 12 - Quiz
What is the correct Dutch translations of the word
PLATFORM
A
perron
B
plaat
C
station
D
platte vorm
Slide 13 - Quiz
What is the correct Dutch translations of the word
PUBLIC TRANSPORT
A
publieke autosport
B
openbaar vervoer
C
openbaar veevoer
D
publieke fietssport
Slide 14 - Quiz
What is the correct Dutch translations of the word
RETURN TICKET
A
teruggeef ticket
B
herhaal ticket
C
opnieuw
D
retourtje
Slide 15 - Quiz
What is the correct Dutch translations of the word
SINGLE TICKET
A
alleen ticket
B
enkeltje
C
één mans ticket
D
knietje
Slide 16 - Quiz
What is the correct Dutch translations of the word
TICKET OFFICE
A
loket
B
bureau
C
kantoor
Slide 17 - Quiz
What is the correct Dutch translations of the word
TRAFFIC JAM
A
verkeerslicht
B
verkeersinformatie
C
verkeersrij
D
file
Slide 18 - Quiz
Kies het juiste woord bij het nummer. Klik om het plaatje te vergroten.
Bij nummer 1 hoort?
A
public enemy
B
public transport
C
public trainsport
D
public sport
Slide 19 - Quiz
Kies het juiste woord bij het nummer. Klik om het plaatje te vergroten.
Bij nummer 2 hoort?
A
escalator
B
shift
C
gift
D
lift
Slide 20 - Quiz
Kies het juiste woord bij het nummer. Klik om het plaatje te vergroten.
Bij nummer 3 hoort?
A
information desk
B
information table
C
information table
D
information guide
Slide 21 - Quiz
Kies het juiste woord bij het nummer. Klik om het plaatje te vergroten.
Bij nummer 4 hoort?
A
entrance / Brexit
B
entrence/ exit
C
entrance/exit
D
enter/exit
Slide 22 - Quiz
Kies het juiste woord bij het nummer. Klik om het plaatje te vergroten.
Bij nummer 5 hoort?
A
pletform
B
platvorm
C
platform
D
pletvorm
Slide 23 - Quiz
Kies het juiste woord bij het nummer. Klik om het plaatje te vergroten.
Bij nummer 6 hoort?
A
elevator
B
escelator
C
elavator
D
escalator
Slide 24 - Quiz
Kies het juiste woord bij het nummer. Klik om het plaatje te vergroten.
Bij nummer 7 hoort?
A
double ticket
B
single ticket
C
retour ticket
D
return ticket
Slide 25 - Quiz
Welk van de onderstaande woorden vind je niet in de puzzel. (klik op puzzel om te vergroten).
shopping-
sightseeing-
museum-
tourists-
traffic-
taxi-
busstop- cinema-
metro-
busy
- park
Slide 26 - Open question
The end, you're done, finished. Go celebrate !!!!!!!!!!
Slide 27 - Slide
More lessons like this
2018/11/7 Words + Listening
November 2018
- Lesson with
13 slides
Engels
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
M4 December 6 2023 page 11&12
December 2023
- Lesson with
20 slides
Engels
Middelbare school
vmbo t, mavo
Leerjaar 4
M4 December 13 2023 page 16&17
December 2023
- Lesson with
20 slides
Engels
Middelbare school
vmbo t, mavo
Leerjaar 4
M4 December 20 2023 page 18&19
December 2023
- Lesson with
20 slides
Engels
Middelbare school
vmbo t, mavo
Leerjaar 4
M4 29 november 2023 page 7&8
November 2023
- Lesson with
20 slides
Engels
Middelbare school
vmbo t, mavo
Leerjaar 4
Chapter 4 No place like home D Speaking & stones
January 2021
- Lesson with
33 slides
Engels
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
Unit 1 - 2
October 2023
- Lesson with
17 slides
Engels
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3
Unit 5 - 7
April 2020
- Lesson with
18 slides
Engels
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3