Massacultuur 2: Jaren 50 en 60

Leerdoel:
In deze les leer je:​
 * hoe de stijgende welvaart na de Tweede Wereldoorlog resulteerde in een consumptiemaatschappij en wat voor invloed dit had op kunst en cultuur,
* waarom de VS grote invloed had op de cultuur in Nederland en de rest van Europa
*Vormen van Jazz
* hoe de eerste jeugdculturen ontstaan, (Rock 'n Roll),
* wat Abstract expressionisme en Popart zijn.


1 / 53
next
Slide 1: Slide
KunstMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 5,6

This lesson contains 53 slides, with interactive quizzes, text slides and 14 videos.

Items in this lesson

Leerdoel:
In deze les leer je:​
 * hoe de stijgende welvaart na de Tweede Wereldoorlog resulteerde in een consumptiemaatschappij en wat voor invloed dit had op kunst en cultuur,
* waarom de VS grote invloed had op de cultuur in Nederland en de rest van Europa
*Vormen van Jazz
* hoe de eerste jeugdculturen ontstaan, (Rock 'n Roll),
* wat Abstract expressionisme en Popart zijn.


Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Na WOII
  •  Situatie na de oorlog
  •  Herstel in Europa komt langzaam op gang
  •  VS economische bloei
  •  Marshallplan
De geallieerden wachtte in 1945 de taak om te zorgen dat het toekomstige Duitsland geen bedreiging meer zou vormen. Duitsland werd verdeeld in vier bezettingszones en kreeg voor 20 miljard dollar herstelbetalingen opgelegd. En dat terwijl fabrieken werden ontmanteld en machines met treinladingen tegelijk werden afgevoerd, met name naar Rusland. Engeland en de V.S. stuurden miljoenen tonnen graan en andere levensbehoeften om te voorkomen dat een deel van de Europeanen zou verhongeren.
Het tekort aan voedsel, kleding en brandstof leidde overal tot inflatie, stakingen en een bloeiende zwarte markt. Regeringen probeerden de beschikbare middelen eerlijk te verdelen door geldzuiveringen en het rantsoeneren van levensbehoeften. Brood en vlees bijvoorbeeld waren alleen 'op de bon' verkrijgbaar, 100 gram per persoon per dag. Meteen werd een begin gemaakt met een stelsel van sociale voorzieningen, waarmee de ergste sociale problemen werden opgevangen.
Daarnaast had Europa ook nog te kampen met een vluchtelingenprobleem. Twaalf miljoen mensen zaten zonder huis of familie, of behoorden door het opnieuw vaststellen van de landsgrenzen ineens tot een etnische minderheid.


Heel anders was het in de Verenigde Staten. De Amerikaanse economie had in de oorlogsjaren op volle toeren gedraaid, en men zag de toekomst dan ook vol vertrouwen tegemoet. Met Amerikaanse know-how, geld en goederen kon de wereldeconomie weer aan de gang worden geholpen.
In 1947 presenteerde minister van Buitenlandse Zaken George Marshall een plan om de economie weer vlot te trekken, het Europees Herstelprogramma . Dit Marshallplan bestond uit een reeks lange termijn-investeringen, óók voor Duitsland en de Sovjet-Unie. Deze laatste weigerde echter, uit vrees dat het kapitalistische Amerika de Europese politiek zou gaan beheersen. Omstreeks 1950 draaide de Europese economie weer grotendeels normaal. De grote motor achter dat herstel was Duitsland, waar zich een economisch wonder voltrok ( Wirtschaftswunder ). De met Marshallhulp opgebouwde industrie leverde producten die over de hele wereld geprezen werden om hun kwaliteit en gunstige prijs: auto's (met name Volkswagen), machines, elektronica en chemische producten.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Kunst in de VS - Abstract expressionisme
  • Stromingen van voor WOII
  • Abstract expressionisme
  • Action Painting
  • Colorfield painting
De stromingen die al voor de oorlog waren ontstaan, surrealisme, expressionisme en magisch realisme, bestonden na de oorlog nog steeds. Grote namen uit de jaren dertig, Picasso, Braque, Matisse, Chagall, Klee en vele anderen wisten hun roem te handhaven. Daarnaast ontstonden er tal van nieuwe richtingen.
Abstract expressionisme is een verzamelnaam voor een aantal richtingen in de kunst die ontstonden na de tweede wereldoorlog, met name in de Verenigde Staten. Hoewel ze zeer verschillend zijn hebben ze een ding gemeen: het ontstaan van kunst werd gezien als een op zichzelf staand proces waarbij de kunstenaar niet veel meer dan een hulpmiddel was. Binnen het abstract expressionisme kunnen we de volgende richtingen onderscheiden:
Bij de actionpainters lag de nadruk op de creatieve daad, op de actie van het schilderen. Van een voorstelling was meestal geen sprake, het ging vooral om de handeling en het gebaar waarmee het materiaal op de ondergrond werd aangebracht. Hierin kon men volledig spontaan te werk gaan. De automatische handeling, het impulsieve, was heel belangrijk. Wat dat betreft heeft de actionpainting veel gemeen met het surrealisme, maar de persoonlijke uitdrukking, het expressieve, speelde bij de actionpainters een grotere rol. Er werd gesmeten en gespat, gedropen en gekrast. Het verstand moest worden uitgeschakeld, de inval of emotie van het moment was de drijfveer voor het handelen. De bekendste kunstenaars die zich met actionpainting bezig hielden waren Jackson Pollock en Willem de Kooning.
Jackson Pollock is bekend om zijn drippings. Een heel groot doek, dat hij op de grond legde, werd door hem op verschillende manieren met verf bedropen.
Willem de Kooning schilderde grote doeken vol met vlakken en lijnen die eveneens duidelijk de gebaren verraadden. Bij de Kooning is er soms nog wel een voorstelling te herkennen, zoals in zijn serie vrouwen.
De colourfieldpainters hechtten niet meer aan de handeling van het schilderen, maar vooral aan de werking van de kleur. Hun werk was veel ingetogener dan dat van de action-painters, de harmonie tussen de kleurvlakken werd zorgvuldig afgewogen. Het werk van de twee bekendste schilders van deze stroming, Rothko en Newman, kenmerkt zich door grote, egale kleurvlakken. Alle illusie van een voorstelling trachtten zij te vermijden, en ook alle emotionele uitdrukking. Wanneer je dicht bij de grote kleurvlakken staat die deze schilders op hun doeken hebben aangebracht, voel je als het ware omsloten door het schilderij. De kleurvlakken moesten direct en zonder meer inwerken op de toeschouwer.

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Stromingen voor WOII
Surrealisme
Kubisme
de Stijl
Futurisme

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Slide 5 - Video

This item has no instructions

Action Painting

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Welk gevoel roepen deze schilderijen op?

Slide 7 - Open question

This item has no instructions

Colorfield Painting

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Slide 9 - Video

This item has no instructions

Action Painting
Colorfield painting

Slide 10 - Drag question

This item has no instructions

Kunst in Europa - COBRA
  • COpenhagen, BRussel, Amsterdam
  • 'Geklad, geklets en geklodder'
  • Tegen het academisme/intellectuele 
  • Kindertekening
Cobra werd opgericht op 8 november 1948 in Parijs  Het was een nieuwe internationale vereniging van zowel kunstschilders als schrijvers. De naam Cobra is opgebouwd uit de beginletters van de hoofdsteden, waar de kunstenaars en oprichters van deze kunstenaarsgroep vandaan kwamen: Copenhagen, Brussel en Amsterdam.
Cobra bloeide als kunstenaarsbeweging slechts kort, maar hevig! ‘Geklad, geklets en geklodder in het Stedelijk Museum’. Dat schreef een criticus in 1949 over de eerste grote Cobratentoonstelling. 
De toenmalige museumdirecteur Willem Sandberg werd sterk bekritiseerd. Hij bleef echter achter de provocerende Cobrabeweging staan. 
Cobra keerde zich tegen het academisme, dat in haar ogen teveel de beeldende esthetische wetten propageert. Cobra was tevens een protest tegen schilderkunst, waarin teveel de nadruk wordt gelegd op het intellectuele. Het was in die zin mede een antireactie op, of anders gezegd een protest tegen de Tweede Wereldoorlog, dat aan de wereld zichtbaar had gemaakt waar het intellect toe in staat is.
Inspiratie kon in plaats van aan het intellect wat betreft Cobra beter worden ontleend aan de nog pure en onschuldige kindertekening. Het is vooral spontaniteit en fantasie, dat de kunst van alle betrokken kunstenaars kenmerkt. De beweging keerde zich tegen de belemmerende academieregels van het realisme en experimenteerde volop met materialen en met nieuwe samenwerkingsvormen tussen schilders, dichters en beeldhouwers. Omdat Cobra tot directe 'onbedorven uitingen' wilde komen, werkten de kunstenaars bij voorkeur zonder vooropgezet plan. 

Slide 11 - Slide

This item has no instructions


De kunst van de COBRA kunstenaars sluit nog heel erg aan bij het Modernisme van voor WOII. Leg dit uit. Gebruik in je antwoord de woorden expressionisme, abstractie en primitivisme.

Slide 12 - Open question

This item has no instructions

Architectuur: Functionalisme
  • 'Form follows function', 'Less is more'
  • Functionalisme na WOII
  • Heropbouw na de oorlog
  • Het nieuwe bouwen/internationale stijl
Al in het begin van de 20ste eeuw was in de wereld van vormgeving en architectuur het idee doorgebroken dat gebruiksvoorwerpen en gebouwen uitsluitend met het oog op hun functie ontworpen moesten worden; dat alles wat voor het goed functioneren overbodig was, zoals versiering, moest worden weggelaten. Het vooropstellen van de functie zou vanzelf leiden tot een optimale gebruikswaarde ("form follows function"), gecombineerd met een eenvoudige, zakelijke en dus fraaie vormgeving (Mies van der Rohe: "less is more").
Voor de tweede wereldoorlog werden de ideeën van het functionalisme maar door een kleine groep mensen aangehangen. Na de oorlog veranderde dat. Door de oorlog waren technische ontwikkelingen in een stroomversnelling geraakt. Luchtvaart, ruimtevaart, atoomenergie; het zijn maar een paar gebieden waarop enorme vorderingen zijn gemaakt. Tegelijk begreep men ook dat ingewikkelde apparaten, om ze goed te kunnen bedienen, aan de mens aangepast moesten worden. Informatietheorie en ergonomie deden hun intrede.
Door de technische en wetenschappelijke kijk op ontwerpen vonden functionalistische ideeën een grote verbreiding. Verder speelde een rol dat men in de oorlog, waarin eenvoud noodzaak was, waardering was gaan opbrengen voor de soberheid van het functionalisme.
In de steden die werden hersteld, raakte men snel gewend aan de nieuwe, zakelijke architectuur. De nieuwbouw die er verrees was noodgedwongen zakelijk en eenvoudig, omdat er geen geld was voor luxe gebouwen. Het Seagram Building (1958) van Mies van der Rohe en Philip Johnson in New York werd hèt grote voorbeeld voor talloze wolkenkrabbers type 'glazen doos'. Dergelijke kolossen dienden hoofdzakelijk het zakenleven, maar ook in de woningbouw kreeg na de oorlog hoogbouw de overhand. Overal werden voorsteden als Ommoord, Alexanderpolder (Rotterdam) en Bijlmermeer (Amsterdam) uit de grond gestampt.
Het Nieuwe Bouwen is een bouwstijl die gekenmerkt wordt door soberheid en functionaliteit, gebruik van nieuwe materialen en ontbreken van weelderige opsmuk.  In de beginperiode van de Nieuwe Zakelijkheid werd voor het eerst in glas, staal en beton gebouwd. Denk hierbij ook aan skeletbouw. 

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Muziek: Jazz
    Bebop
     Cool jazz
     Free Jazz

Blue note
Jazz wordt gespeeld in een hoger tempo dan de populaire swingjazz van dat moment. Er is meer improvisatie en is complexer van vorm.
Tegenhanger van de Bebop. Lager tempo en simpelere akkoorden. De klank is helder en relaxed.
Chaotisch en extatisch. Onbreken van vaste akkoordschema's en harmonieën. 

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Slide 15 - Video

Bebop

Slide 16 - Video

This item has no instructions

Slide 17 - Video

This item has no instructions

The American Dream
  •  Stijging welvaart 
  •  Ideaalbeeld --> luxeproducten 
  •  Suburbs (prefab woningen --> Levittowns)
  •  Conservatief
  • Positie van de vrouw
Armoede en ongelijkheid onder bepaalde (zwarte) bevolkingsgroepen konden niet verhinderen dat in de jaren vijftig, het tijdperk van president Eisenhower, het gemiddelde Amerikaanse gezinsinkomen steeg met bijna veertig procent. De toename van de welvaart ging samen met de opkomst van de media, die reclame maakten voor een manier van leven die gebaseerd was op comfort en amusement . 
Het ideaalbeeld was een jonge carrièremaker en zijn gelukkig gezin in een buitenwijk. Daarbij hoorden luxeproducten als vrijetijdskleding (jeans en petticoats), cola, kauwgum, hamburgers, milkshakes, televisie, wasmachines, koelkasten en de drive-in-bioscoop. Hét symbool van de levensstandaard was wel de riante gezinsauto, met reusachtige staartvinnen en afgewerkt met veel glanzend chroom. 
Omdat vier op de vijf gezinnen een auto had, werd het voor velen gemakkelijk om te gaan wonen in de meer gezonde en veilige voorsteden. Tussen 1950 en 1970 vertrokken 37 miljoen Amerikanen naar de buitenwijken. Buurtwinkels en wijkbioscopen in het centrum maakten plaats voor winkelcentra en drive-in-bioscopen aan de rand van de stad. De architect en aannemer Levitt bedacht een snelle oplossing voor de vraag naar woonruimte: het prefab huis. Uit voorgefabriceerde onderdelen werd in twintig minuten een standaardwoning overeind gezet met woonkamer, twee slaapkamers, badkamer en vliering. Levittowns met tienduizenden inwoners verrezen aan de rand van alle grote steden.
Het beeld dat we tegenwoordig hebben van de jaren vijftig is dat van luxeartikelen, petticoats en uitbundige rock 'n roll-muziek. In werkelijkheid was de Amerikaanse maatschappij zeer conservatief en werd bepaald door regels en verwachtingen. Veel vrouwen hadden in de jaren daarvoor in de oorlogsindustrie gewerkt en daarmee enige welvaart en zelfstandigheid verworven. Na de oorlog moesten honderdduizenden jonge mannen hun positie weer innemen op het werk en in hun gezin. De overheid voerde een nationale politiek om de maatschappij weer in evenwicht te brengen.
In reclamecampagnes werden vrouwen opgeroepen om thuis te blijven bij het gezin en kinderen te krijgen, die "onze traditie in de toekomst zullen dragen". Men verwachtte dat iedereen zich aanpaste aan het burgerlijke ideaal van een gelukkig gezinsleven. Vrouwen werden verondersteld na hun opleiding te trouwen. Hun carrièremogelijkheden werden ongeveer beperkt tot onderwijzeres, secretaresse en verpleegster. Veel aandacht werd besteed aan het ophouden van een 'perfect' imago. Er waren overal lessen in dansen, koken, opvoeden en etiquette. Het duurde niet lang of jongeren en vrouwen begonnen zich uit dit keurslijf los te maken. De kiem was gelegd voor de protestbewegingen van de jaren zestig.

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Slide 19 - Video

This item has no instructions

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

MARSHALLPLAN
MASSAPRODUCTIE

POPART

PREFAB
CONSUMPTIEMAATSCHAPPIJ
INDUSTRIEEL ONTWERPER
Materieel hulpplan, dat op initiatief van de toenmalige Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken George C. Marshall drie jaar na de Tweede Wereldoorlog in werking trad.
Samenleving waarin veel mensen voortdurend nieuwe spullen kopen omdat dat hun status verhoogt 
Grootschalige fabricage waarin het eindproduct is samengesteld (geassembleerd) uit individuele onderdelen, die worden gemaakt door gespecialiseerde arbeiders of machines.
Vooraf gefabriceerd en daarmee gereed voor gebruik. 
Iemand die zich bezighoudt met het ontwerpen en ontwikkelen van producten die in massa- of serieproductie (industrieel) worden vervaardigd. 
Kunststroming die ontstond rond 1950. Het belangrijkste kenmerk van de popart-beweging was het gebruik van bestaande (reclame)afbeeldingen en foto's en commercieel uitbaten van kunst.

Slide 21 - Drag question

This item has no instructions

In het stuk hiervoor wordt gesproken over 'The American Dream'. Wat bedoelen we met dit begrip?

Slide 22 - Open question

This item has no instructions



In de Verenigde Staten steeg sinds 1945 de verkoop van 'welvaartsproducten' zoals auto's, koelkasten en radio's.
De stijgende verkoop van dit soort producten had verschillende oorzaken.

Noem twee van deze oorzaken.

Slide 23 - Open question

This item has no instructions

Hollywood
  •  Agrarisch gehucht
  •  Ontsnappen aan Edison in de jaren 20.
  •  Golden Age (1927-1960's)
  •  Concurrentie van de televisie en ontstaan spektakelfilms
  •  Sterrendom (Marilyn Monroe, James Dean)
In 1853 werd Hollywood gesticht met de bouw van een enkele lemen hut op een stuk land net buiten Los Angeles. De vruchtbare grond en de grote oogst zorgde ervoor dat rond 1870 Hollywood opbloeide tot een welvarende agrarische samenleving. De vastgoed magnaat Harvey Henderson Wilcox en zijn vrouw Daeida besloten om in de jaren 1880 in Los Angeles te gaan wonen. De naam van het dorp is bedacht door Daeida. Tijdens een treinreis ontmoette ze een vrouw wiens landhuis in Ohio vernoemd was naar de Nederlandse nederzetting Hollywood. Daeida vond het leuk klinken en doopte bij haar terugkomst de ranch met de naam Hollywood.
Aan het begin van de 20e eeuw begonnen filmmakers naar Los Angeles te verhuizen, weg van de strenge regels die door Thomas Edisons Motion Picture Patents Company in New Jersey werden opgelegd. De patenten voor het maken van films waren in bezit van Edison, waardoor onafhankelijke filmmakers vaak door de uitvinder werden aangeklaagd om te stoppen met filmproducties. Om te ontsnappen aan zijn controle en vanwege het ideale klimaat en het gevarieerde terrein, ging men dus naar Los Angeles toe om films te maken
Hollywood verloor in de jaren 50 kijkers aan het opkomende medium ‘televisie’. In een poging om volgelingen terug te winnen bedacht de industrie widescreen, een beeldformaat dat zich perfect leende voor films van epische formaten. Naar de bioscoop gaan zou weer een ervaring worden waar televisie niet tegen op kon. In deze tijd zagen films als ‘The Robe’, ‘Quo Vadis’, ‘The Ten Commandments’, ‘Ben-Hur’, en ‘Spartacus’ het levenslicht. Deze films hadden een ongekend budget, een waanzinnig decor, en letterlijk duizenden figuranten. Deze films grepen terug op de Klassieke Oudheid, en waren altijd doorspekt met een vleugje Christelijk moraal. Dit zegt meer over de tijd waarin de film gemaakt is, dan over de tijd die de filmmakers willen weergeven. Want ‘historisch verantwoord’ was het niet allemaal.
Tijdens The Golden Age  leverden de filmstudio's de ene film na de andere af.De ze periode begon rond 1927, bij het uitkomen van de film The Jazz Singer, de eerste film met gesproken dialogen, en eindigde omstreeks begin jaren zestig, toen New Hollywood zijn intrede deed. 
 Omdat er enorm veel films werden gemaakt, hoefde niet elke film goed te zijn. Het succes van enkele grote films was vaak al voldoende voor een filmstudio om van een goed jaar te spreken. En dus durfden de filmstudio's op tijd en stond weleens een film uit te brengen met een onbekende regisseur en/of een onbekende cast. Deze films moesten weliswaar rekenen op een laag budget, maar slaagden er wel regelmatig in om zich artistiek te onderscheiden van de rest. Een bekend voorbeeld is het succes van Citizen Kane van de in die tijd nog onbekende Orson Welles.

Tijdens de Golden Age van Hollywood ontstond het fenomeen dat individuele artiesten zich tot filmsterren ontwikkelden. Daarmee werd het een bepalende factor binnen het productiesysteem van Hollywood, met de fan als consument en de ster als handelswaar. Ze kregen een voorbeeldfunctie voor de gemiddelde Amerikaan en al snel ontstonden de eerste tijdschriften gewijd aan deze sterren.
Voorbeelden van dit soort sterren zijn Marilyn Monroe en James Dean.

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Slide 25 - Video

This item has no instructions

Rock-'n-Roll
  •  Rock- 'n- Roll muziek --> afterbeat
  •  Verzet van de jeugd tegen hun ouders
  •  Subcultuur
  •  Rock- 'n - Roll in Nederland
  •  Generatiekloof
  •  Nozems en Kikkers, Dijkers en Pleiners
Rock-'n-rollmuziek vindt zijn oorsprong in de Verenigde Staten en komt op in de jaren 50. De muziek is een bijzondere combinatie van boogiewoogie, blues, swing en country. Ook zijn er invloeden van jazz, r&b, folk en gospel terug te vinden. Een rock-'n-rollnummer herken je aan een sterke afterbeat op de tweede en vierde tel. Het zijn iconen als Chuck Berry, Little Richard, Elvis Presley, Jerry Lee Lewis, Fats Domino en Bill Haley die de muziek op de kaart zetten.

Voor de komst van rock-'n-roll luisteren tieners naar de muziek die hun ouders ook luisteren. Rock-'n-rollnummers gaan veel meer over zaken die de jeugd bezighoudt als school, liefde, seks en uitgaan. De muziek biedt de mogelijkheid je te verzetten tegen de heersende normen en waarden. Ouders en gezaghebbers vinden dit maar niks. De seksuele muziek kan immers niet goed zijn voor de moraal van de jeugd.
Ook in Nederland slaat rock-'n-roll aan, maar vooral onder de arbeidsjeugd en de middenklasse. De Nederlandse samenleving is in de jaren 50 in wederopbouw en er heerst een sobere en spaarzame moraal onder de oudere generaties. Maar de jeugd krijgt ook in Nederland meer te besteden en onder invloed van muziek, uit met name de Verenigde Staten, ontstaan subculturen. Al voor de Tweede Wereldoorlog is Amerika een cultureel gidsland, na 1945 groeit dit tot ongekende hoogte.
De muziek dicteert al snel een eigen subcultuur voor de jeugd en is meer dan alleen muziek. De tieners in het welvarende Amerika van de jaren 50 hebben steeds meer te besteden. Ze hebben nog weinig financiële verantwoordelijkheden en dus kunnen ze meer uitgeven aan vermaak. Er ontstaat een subcultuur met een eigen haardracht, kleding, auto’s, frisdrank, platenspelers, films en boeken. En de commercie springt daar maar al te graag op in om dit aan te wakkeren.
De jeugd onttrekt zich steeds meer aan de invloed van volwassenen, die toch wat sceptisch tegenover de massacultuur uit Amerika staat. De hiërarchie tussen jongeren en hun ouders neemt af doordat meer jongeren gaan studeren of al jong gaan werken. Er ontstaat een kloof tussen wat de nieuwe generatie, die de Tweede Wereldoorlog en de depressie niet of niet heel bewust heeft meegemaakt, en de oudere generatie. De jongeren zijn in tegenstelling tot hun ouders helemaal niet zo spaarzaam en profiteren volop van de stijgende welvaart.

Rock-'n-roll en de daarbij passende subcultuur springt in op de behoeftes van deze ‘nieuwe’ jeugd. Zo hangt de arbeidersjeugd in cafetaria’s, luisterend naar Elvis en van top tot teen gekleed als hun helden. De artistiekelingen, veelal uit de middenklasse, trekken meer naar de jazzmuziek en de moderne kunst. Eind jaren 50 zie je steeds meer jongeren die er duidelijk anders uitzien. De jongeren die naar Rock 'n roll luisteren en zich zo kleden worden wel Nozems genoemd. In Den Haag en omstreken zijn er regelmatig vechtpartijtjes tussen deze Nozems en de Kikkers (artistiekelingen). Ook in Amsterdam zie je deze twee groepen. Daar worden ze ook wel de Dijkers en de Pleiners genoemd.

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Slide 27 - Video

This item has no instructions

Slide 28 - Video

This item has no instructions

Slide 29 - Video

This item has no instructions

Subculturen
  • Jongeren die zich afzetten tegen de normen en waarden van hun ouders en de dan heersende tijdsgeest. 

  • Creëerden eigen stijlen (van kleding en muziek, tot taal en politieke voorkeuren).

  • Subcultuur kan ook ontstaan door zaken die bepaalde groepen al met elkaar gelijk hebben, zoals etniciteit of religie.

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Jaren '50 Nederland: Nozems

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Voorbeelden
Beatniks  Emo   Gabbers   Gopnik   Gothics
Hippies   Hipster   Lolita's   Metalheads   Nozem   Punkers Skaters  Skinheads  Zazou

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Slide 33 - Video

This item has no instructions

In Europa ontstond vanaf de jaren vijftig van de twintigste eeuw een jeugdcultuur. Een belangrijk onderdeel van deze Europese jeugdcultuur was de Amerikaanse rock-'n-roll.
De Verenigde Staten hadden na de Tweede Wereldoorlog in West-Europa een voortrekkersrol op het gebied van kunst en cultuur.

Geef een reden waarom de Verenigde Staten een voortrekkersrol op cultureel gebied hadden.

Slide 34 - Open question

This item has no instructions

Jongeren in Europa omarmden de rock-'n-roll-cultuur, mede omdat verschillende aspecten van deze cultuur als rebels werden beschouwd.

Geef voor twee aspecten van de rock-'n-roll-cultuur aan waarom ze als rebels werden gezien.

Slide 35 - Open question

This item has no instructions

Opdracht Subcultuur
Zoek online een subcultuur die je aanspreken/interessant vindt
Zoek het volgende over de subcultuur op:
- Hoe en waar is de subcultuur ontstaan?
- Wat typeert de subcultuur qua kleding?
- Wat typeert de subcultuur qua muziek?
- Waar zet de subcultuur zich tegen af, wat zijn hun ideeën?
 

Slide 36 - Slide

This item has no instructions

PopArt
  •  Inspiratie in de media
  •  consumptiemaatschappij (blow-ups)
  •  onpersoonlijk (druktechnieken)
Pop Art is de naam van een stroming in de moderne beeldende kunst die ontstand in de Verenigde Staten en Groot Brittannie in de vijftiger jaren.
De popkunstenaar vond inspiratie in de media; strips, advertenties, pin-up's, beelden van beroemde personen en filmsterren uit kranten en tijdschriften. Artikelen uit de supermarkt en massaproducten zoals kleding, huishoudelijke apparaten, voedsel in blik, of etenswaren zoals hamburgers en sandwiches dienden tot voorbeeld. Ook de autocultus en de modelwoning met moderne badkamer, wc en keuken waren inspiratiebronnen. 
Kunstenaars brachten deze onderwerpen in reusachtige afmetingen in beeld, herhaalden ze eindeloos of gaven ze in ongewoon perspectief weer.
 Pop Art beelden kwamen uit de consumptiemaatschappij; in deze maatschappij was de levensstandaard zo verhoogd dat mensen allerlei nieuwe producten konden aanschaffen. Andy Warhol stelde:
"Het mooiste van Amerika is dat de rijkste consumenten in feite dezelfde dingen kunnen kopen als de armsten. Als je TV zit te kijken en Coca Cola ziet, weet je dat de president cola drinkt, Liz Taylor cola drinkt en; kijk eens aan, jij zelf kunt ook cola drinken."
Pop-Art toonde dingen uit het dagelijks leven waar je meestal niet bewust naar kijkt. Niemand had ooit een hotdog in een realistisch stilleven afgebeeld. De Pop-Art kunstenaars van het eerste uur waren billboard-schilders voor bioscopen en reclamebedrijven die niets moesten hebben van theoretische onderbouwing.
In tegenstelling tot het abstract expressionisme werd bij Pop Art elke emotionele relatie van de kunstenaar met het kunstwerk voorkomen. Het werk bleef met opzet inhoudsloos. De pop art-kunstenaar wilde ook niet de indruk wekken dat het kunstwerk handwerk is. Daarom maakte hij vaak gebruik van onpersoonlijke, mechanische druktechnieken uit de reclame, zoals de zeefdruk, of hij werkte met rasters en fotografische procédé's. 

Slide 37 - Slide

This item has no instructions

PopArt in de VS - Rauschenberg
  •  Voorloper Pop-Art (schakel Abstract Exp.)
  •  'Combine paintings'
Robert Rauschenberg kan als één van de voorlopers van Pop Art genoemd worden. Zij vormden een schakel tussen het Abstract Expressionisme (zie Massacultuur 1) en de Pop Art.
Zijn oeuvre bestaat vooral uit 'combine'-paintings: combinaties van een schilderij met een of meer (gevonden) drie-dimensionale voorwerpen. Door in doeken foto's, ansichtkaarten, reproducties, kauwgumplaatjes, opgezette dieren, Coca-Colaflesjes en andere 'ready-mades' op te nemen, verbond Rauschenberg de passie van de action-painters (dik opgebrachte verf) met de 'onverschilligheid' van de Pop Art. Je kan zeggen dat hij ernst met ironie combineerde.

Slide 38 - Slide

This item has no instructions

PopArt in de VS - Roy Lichtenstein
  •  fragmenten uit stripverhalen
  •  rasterdruk nageschilderd
Roy Lichtenstein haalde zijn inspiratie uit kranten en tijdschriften: fragmenten uit stripverhalen waarin stereotiepe emoties verbeeld werden. Die kopieerde hij uitvergroot op enorme doeken. 
Lichtenstein schilderde de oorspronkelijke rasterdruk van zijn strips minutieus in olieverf na. Hij maakte van de strenge stilistische beperkingen die hij zichzelf oplegde, zijn handelsmerk.

Slide 39 - Slide

This item has no instructions

Slide 40 - Video

This item has no instructions

PopArt in de VS - Andy Warhol
  •  Voorbeeld van American Dream
  •  Kunst als consumptieartikel
  •  Zeefdruk (grote aantallen)
  • The Factory
  • '15 min of fame'
Andy Warhol beleefde het klassieke Amerikaanse succesverhaal: 'van bedelaar tot miljonair'. Geboren in de sloppenwijken van Pittsburgh, als kind van arme Slowaakse immigranten en begonnen als reclametekenaar, groeide Warhol uit tot een succesvol kunstenaar.
Hoewel hij rijk en beroemd werd, cultiveerde Andy Warhol een beeld van zichzelf als non-personality. Als cult-hero droeg hij de onechte en oppervlakkige wereld van filmsterren en andere societyfiguren met zich mee.
Hij ontwikkelde een emotieloze, afstandelijke stijl: blikjes Campbell's soep, coca-colaflessen en vooral (veel) dollarbiljetten, omdat hij daar het meest van hield. Hij trok zich niets aan van alle waarden die tot op dat moment de beeldende kunst haar status hadden gegeven: individualiteit, emotie, eeuwigheidswaarde en uniciteit waren niet aan hem besteed. Andy reproduceerde gewoon cultuurindustriële producten. Kunst werd een consumptieartikel.
Hij haalde zijn afbeeldingen niet letterlijk uit zijn omgeving door ze uit tijdschriften te scheuren en op te plakken, zoals Hamilton en Rauschenberg dat deden, maar hij reproduceerde het onderwerp door het te zeefdrukken. Meestal fotografeerde hij zijn onderwerpen zelf. Hierna kon hij het reclameartikel (of de filmster) door middel van de zeefdruktechniek in grote oplage afdrukken.
Warhol kocht een groot atelier dat hij the Factory noemde. Met behulp van vrienden produceerde hij zeefdrukken in grote oplagen. Elke maand konden er zo'n 100 kunstwerken worden verkocht. Hij begon ook films te maken, die saaiheid als belangrijkste onderwerp leken te hebben: de camera was soms urenlang op een voorwerp of een bepaalde persoon gericht...
"Ik hou van saaie dingen. Het is prettig om gewoon voor het raam te zitten en naar buiten te kijken... mijn films zijn gewoon een manier om de tijd te vullen".
Na verloop van tijd werd de Factory bewoond door een gezelschap van weggelopen meisjes uit 'keurige' families (waaronder Nico), muzikanten (the Velvet Underground), travestieten, louche figuren en drugsverslaafden. Warhol filmde het gezelschap: "Ik laat de camera net zo lang lopen tot de film opraakt, want op die manier kan ik de mensen betrappen als ze zichzelf zijn". "Iedereen zou 15 minuten lang beroemd moeten zijn".

Slide 41 - Slide

This item has no instructions

Slide 42 - Video

This item has no instructions

PopArt in de VS - Claes Oldenburg
  •  uitvergrote gebruiksvoorwerpen in de openbare ruimte
  •  soft sculptures
Oldenburg werd geboren in Stockholm, maar verhuisde als kind naar de Verenigde Staten. ​
Oldenburg is vooral bekend geworden door zijn kunstwerken in de openbare ruimte, waarin hij vaak grote versies toont van alledaagse gebruiksobjecten, zoals: een schroef, een wasknijper, een tandenborstel , enzovoorts.
Een ander thema in zijn werk zijn de zogenaamde soft sculptures, objecten, die normaal hard zijn, uitgevoerd in zachte, flexibele materialen.

Slide 43 - Slide

This item has no instructions

PopArt in het VK - Richard Hamilton
  •  collage
  •  alledaagse --> herkenbaarheid
  • Niet afzetten naar omarmen van de consumptiemaatschappij
In Hamiltons collage met strips, reclameborden en merknamen en het absurd geïdealiseerde echtpaar is een verhaal te lezen.
Als pop art-kunstenaar koos hij zijn onderwerpen uit het leven van alledag. In het moderne stadsbeeld zijn overal merknamen en afbeeldingen van filmsterren te zien. Dit zijn de symbolen van welvaart. De Pop Art kunstenaars zetten zich niet af tegen deze opkomende welvaart, maar maken juist gebruik van die cliché's uit de consumptiemaatschappij. Daarom is pop art ook populair bij het gewone publiek. Het werk is herkenbaar en ongecompliceerd: geen ingewikkelde theorieën meer.

Slide 44 - Slide

This item has no instructions

PopArt in het VK - David Hockney
schilderijen over luxe levensstijl
Na zijn eerste tentoonstelling in 1961 was deze Engelsman op slag beroemd. In zijn werk onderzocht hij 'conventies': de manieren (cliché's) waarop kunstenaars bijvoorbeeld kabbelend water in een zwembad weergeven. Later werk, vaak met een verhalend element in zijn kenmerkende, ogenschijnlijk kinderlijke stijl, heeft het leven van rijke mensen tot onderwerp. Een luilekkerland met palmen, zwembaden en moderne gebouwen met veel glas. Toch vindt Hockney zelf dat hij geen pop art maakte.

Slide 45 - Slide

This item has no instructions

Kenmerken PopArt
- Figuratief: Symbolen van de Westerse consumptiecultuur. Ironie en humor.

- Commerciële/alledaagse materialen en voorwerpen

- De beeldende middelen gebruikt als bij reclame, film, televisie, affiches en strips.

 Vervreemding door vergroting of herhaling of ongebruikelijke materialen.

- Een collage-achtig uiterlijk, zowel in twee- als driedimensionale beelden.

- Geen persoonlijk handschrift van de kunstenaar, denk aan 'ready mades'.

- Imago kunstenaar belangrijk, wordt soms zorgvuldig opgebouwd.

Slide 46 - Slide

This item has no instructions

Waarom werd de VS in Europa als een groot voorbeeld beschouwd?
A
De VS had Europa helpen bevrijden na de Tweede Wereldoorlog
B
De VS had het Marshallplan opgesteld om Europa te helpen weer op te bouwen
C
De cultuur en welvaart in de VS waren tijdens de oorlog in Europa gewoon door gegaan, ze liepen daardoor voor op Europa

Slide 47 - Quiz

This item has no instructions

De PopArt kunstenaars waren vernieuwend bezig. Welke van onderstaande vernieuwingen pasten zij niet toe?
A
Ze maakten gebruik van materialen en technieken die in de reclamewereld werden gebruikt.
B
Ze streefden naar totale abstractie
C
Ze kozen onderwerpen uit die deel uitmaken van onze dagelijkse realiteit
D
Ze zorgden ervoor dat High-Art en Low-art dichter bij elkaar kwamen.

Slide 48 - Quiz

This item has no instructions

Welke van onderstaande kunstenaars is geen PopArt kunstenaar?
A
Roy Lichtenstein
B
Andy Warhol
C
Jackson Pollock
D
Richard Hamilton

Slide 49 - Quiz

This item has no instructions

Welke van onderstaande instrumenten wordt niet in de Rock 'n Roll muziek gebruikt.
A
Viool
B
Gitaar
C
(contra)bas
D
Drum

Slide 50 - Quiz

This item has no instructions

Wat was het gevolg van de welvaartsstijging in de Verenigde Staten?
A
Er werden meer welvaartsproducten verkocht
B
Er ontstonden jeugdculturen
C
Kunst en cultuur kon makkelijker verspreid worden
D
Financiële steun uit Europa

Slide 51 - Quiz

This item has no instructions

Huiswerk
Lezen: De Bespiegeling tekstboek blz 208 tm 211
Maken : De Bespiegeling opdrachtenboek HAVO: 13, 14, 17, 18, 19, 20

Slide 52 - Slide

This item has no instructions

Slide 53 - Video

This item has no instructions