3. De leerling kan verschillende feitelijkheden, globaal geaccepteerd door wetenschappers, over Jezus opsommen en toelichten.
4. De leerling kan aan de hand van tekstfragmenten uitleggen en/of aanwijzen wat wordt bedoeld met de bewering dat Jezus een apocalyptische profeet was.
5. De leerling kan in korte bewoording samenvatten wat het ideaal was wat Jezus voor ogen stond.
6. De leerling kan de metafoor ‘Koninkrijk van God’ uitleggen aan de hand van de christelijke kernwaarde barmhartigheid.
7. De leerling kan aan de hand van de metafoor ‘Het Koninkrijk van God’ het verschil van visie tussen Jezus en de Farizeeërs uitleggen.