Uit welke twee oud-Griekse woorden is het begrip cryptografie samengesteld?
1 / 28
next
Slide 1: Open question
InformaticaMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6
This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Uit welke twee oud-Griekse woorden is het begrip cryptografie samengesteld?
Slide 1 - Open question
Welke formule gebruikt men bij de Caesar versleuteling?
Slide 2 - Open question
Uit hoeveel bits bestaat DES (Data Encryption Standard)?
A
56 bits
B
64 bits
C
48 bits
Slide 3 - Quiz
Wat is het verschil tussen symmetrische encryptie en asymmetrische encryptie?
Slide 4 - Open question
Als je de letter F (01000110) met sleutel u (01110101) versleuteld volgens XOR-encryptie, wat komt er dan uit?
Slide 5 - Open question
Leg uit waarom de modulo operatie veel wordt gebruikt in het versleutelen van berichten.
Slide 6 - Open question
Wat is het verschil tussen een hashfunctie en een encryptiefunctie?
Slide 7 - Open question
Hoe op welk principe berust de Lorenz SZ40 machine?
Slide 8 - Open question
Waarom kwam Phil Zimmerman in de problemen met de Amerikaanse overheid nadat hij PGP gepubliceerd had?
Slide 9 - Open question
Hoe wordt het verbergen van een bericht genoemd? Geef een duidelijk voorbeeld.
Slide 10 - Open question
Wanneer spreken we van een poly-alfabetische substitutie? Geef een duidelijk voorbeeld.
Slide 11 - Open question
Wat gebeurt er bij transpositie? De letters van het bericht worden…….?
A
vervangen
B
herschikt
C
weggegooid
Slide 12 - Quiz
In 1977 kwam er een nieuwe officiële Amerikaanse encryptiestandaard. Noem de afkorting en betekenis daarvan.
Slide 13 - Open question
Wat is het eerste vorm van encryptie?
A
Steganografie
B
Caesarversleuteling
C
Poly alfabetisch versleuteling
D
Mono alfabetisch versleuteling
Slide 14 - Quiz
Waarvoor wordt een public key gebruikt?
A
Om een bericht te versleutelen bij symmetrische cryptografie
B
Om een bericht te ontcijferen bij symmetrische cryptografie
C
Om een bericht te versleutelen bij asymmetrische cryptografie
D
Om een bericht te ontcijferen bij asymmetrische cryptografie
Slide 15 - Quiz
Wat is GEEN voorbeeld van een Hash-algoritme?
A
MD5
B
SHA
C
RSA
Slide 16 - Quiz
Wat is het verschil tussen een hash en encryptie?
Slide 17 - Open question
Wat is/zijn goed(e) voorbeeld(en) van module rekenen?
A
rekenen met het alfabet
B
klokrekenen
C
Rekenen met tafels
Slide 18 - Quiz
Wie was de uitvinder van de Enigma?
A
Arthur Scherbius
B
Allan Turing
C
Bill Gates
D
Marian Rejewski
Slide 19 - Quiz
Waarom is de blockchain technolgie moeilijk te kraken?
Slide 20 - Open question
Noem een belangrijke toepassing van blockchain behalve cryptovaluta.
Slide 21 - Open question
Om een man-in-the-middle-attack te voorkomen kun je het bericht voorzien met een beveiligd digitaal certificaat. Voor welke dingen wordt dit certificaat gebruikt? En leg deze uit.
Slide 22 - Open question
Ik hou van jou Ki ouh nav ouj Hier is sprake van:
A
Transpositie
B
Substitutie
C
Steganografie
D
Poly alfabetische substitutie
Slide 23 - Quiz
Waarom heeft Phil Zimmermann PGP gratis op internet gezet?
Slide 24 - Open question
In welke twee vormen kan cryptografie verdeeld worden?
A
transpositie en encryptie
B
transpositie en substitutie
C
substitutie en versleuteling
D
geen van allen
Slide 25 - Quiz
Wat voor soort versleuteling is de Caesarversleuteling?
Slide 26 - Open question
Leg uit dat PGP een combinatie is van symmetrische en asymmetrische cryptografie.
Slide 27 - Open question
Wat is een private key?
A
Een sleutel die niet wordt publiekelijk wordt gedeeld.