Gesprekken voeren: vervolg

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

Leerdoel: eerste kennismaking

(introductie, toelicht)

Gesprekken voeren
(Nederlands)

Leerdoelen

-Je kan een discussie voeren

-Je kan tijdens een discussie goede argumenten opvoeren

-Ja kan de ander overtuigen

-Je kan je mening bijstellen

-Ja kan verhelderende vragen stellen 

Terugblik

Discussie

• Doel: elkaar van een bepaald standpunt proberen te overtuigen.

• In een goede discussie staan mensen open voor elkaars ideeën en worden meningen onderbouwd met argumenten.

• Valkuil: argumenten en feiten worden verward met elkaar.

Discussie

• Privésfeer, dagelijks leven, op het werk
• Je hoeft de ander niet altijd te overtuigen (jezelf wel laten horen!)
• Compromis sluiten

Tips voor het voeren van een discussie

1. Luister goed naar wat er wordt gezegd en laat elkaar uitpraten.
   
2. Vraag het woord door bijvoorbeeld te zeggen: ‘Mag ik hierop reageren?’
   
3. Sta open voor elkaars mening en argumenten. Probeer anderen te begrijpen door bijvoorbeeld te vragen: ‘Waarom vind je dat?’, ‘Hoe bedoel je dat precies?’, ‘Wat stel jij voor?’
   
4. Blijf bij het onderwerp. Het is niet de bedoeling om iemand te beledigen of dingen te zeggen die niets met het onderwerp te maken hebben.
   
5. Vergeet niet dat non-verbale communicatie ook een rol speelt als je anderen wilt overtuigen.
   
6. Maak je argumenten herkenbaar door signaalwoorden te gebruiken, zoals want, omdat, daarom, namelijk.
   
7. Als je je kunt voorbereiden op een discussie (bijvoorbeeld bij een werkoverleg) kun je vooraf informatie verzamelen en het onderwerp van alle kanten bekijken. Noteer eventueel je mening en de bijbehorende argumenten in steekwoorden.

Wat heb ik gezien?

• Inhoud
• Samenhang: logische, samenhangend geheel
• Doel: informerend 
• Publiek: gebruikt een juiste toon voor zijn publiek, maakt het persoonlijk en menselijk.
• Woordgebruik en woordenschat: kiest de juiste woorden op het juiste moment
• Vloeiendheid, verstaanbaarheid en grammatica: laat stiltes vallen, korte en lange zinnen

Argumenten: wat vind jij?

Tot slot

Hulp nodig?

Vragen?

Oefenen? 

• Met en voor medestudenten
• Vraag de docent Nederlands of docent Procestechniek

Deze les Nederlands; gesprekken voeren

-Jij: wat & waar
-Gesprekken voeren = ..........
-Gesprekken voeren: leerdoelen
-Filmpje(s) (leerdoelen)
-Afsluiting: leerdoel & huiswerk

Leerdoelen

Je kan een discussie voeren

Je kan tijdens een discussie goede argumenten opvoeren

Ja kan de ander overtuigen

Je kan je mening bijstellen

Ja kan verhelderende vragen stellen 

Discussie

= een gesprek over een thema met als doel kennis te nemen van elkaars standpunten en te komen tot meningsvorming.

Doel kan zijn: meningsvormend of besluitvormend

1. Vrije discussie
2. Gebonden discussie
3. Debat
4. Forumdiscussie
5. Paneldiscussie

Discussie

Een goede discussieprocedure is deze:

• vaststellen van het doel en onderwerp van de discussie;
• kiezen van een discussieleider;
• voorbereiden van de discussie;
• maken van een tijdsindeling;
• voeren van de discussie;
• bekijken van het resultaat van de discussie;
• evaluatie van de discussie.

Wat zou een impasse zijn?

Huiswerk

Discussie:

Je moet je emoties kunnen laten zien op de werkvloer (stage).

Schrijf een argument voor en een argument tegen deze stelling op.

Bij rampen zijn dieren even belangrijk om te redden als mensen

Verzin één argument volgens het AUB-model

Boven de 30 graden moet iedereen een korte broek aan

 Verzin één argument volgens het AUB-model

Eén dag per week moeten werkende ouders ruilen met hun schoolgaande kinderen

Verzin één argument volgens het AUB-model.

Gesprekken voeren =

Deelnemen aan discussie en overleg, uitwisselen van informatie.
*bespreken wat er moet gebeuren en bijdragen aan planning...

*probleem verhelderen in discussie...

*overtuiging of mening geven...

*instemming of afkeuring uitdrukken...

*commentaar geven op visie van anderen...

*informatie vragen en geven...

*informatie verzamelen en verwerken via een interview...

Gesprekken voeren: leerdoelen

-Beurten nemen en bijdragen aan samenhang

-Afstemming op doel

-Afstemming op gesprekspartner(s)

-Woordgebruik en woordenschat

-Vloeiendheid, verstaanbaarheid en grammaticale beheersing
Deze punten meenemen (foto/aantekening) naar as. filmpje(s).

Beurten nemen en bijdragen aan samenhang:

-de juiste woorden gebruiken om aan het woord te komen

-eerst de reactie van de ander interpreteren en beoordelen, voordat je reageert

Afstemming op doel:

-eigen gespreksdoel duidelijk maken

-doelgericht doorvragen om gewenste informatie boven tafel te krijgen

Afstemming op gesprekspartner(s):

-spreekdoel van anderen herkennen

-reacties van anderen inschatten

-omgaan met verschil tussen informele en formele situaties

-taal aanpassen aan gesprekspartner

Woordgebruik en woordenschat:

-voldoende woorden om te vertellen wat je wilt

-onbekende woorden eventueel omschrijven

Vloeiendheid, verstaanbaarheid en grammaticale beheersing:

-duidelijk verstaanbaar, soms een hapering of verkeerde uitspraak

-eventuele fouten of versprekingen worden hersteld

1. 
   

Wat zag je terug in dit gesprek/deze discussie? (+ voorbeeld)

-Beurten nemen en bijdragen aan
samenhang

-Afstemming op doel

-Afstemming op gesprekspartner(s)

-Woordgebruik en woordenschat

-Vloeiendheid, verstaanbaarheid en
grammaticale beheersing

Wat zag je terug in dit gesprek/deze discussie? (+ voorbeeld)

-Beurten nemen en bijdragen aan
samenhang

-Afstemming op doel

-Afstemming op gesprekspartner(s)

-Woordgebruik en woordenschat

-Vloeiendheid, verstaanbaarheid en
grammaticale beheersing

Huiswerk

In sommige beroepen kun je er niet omheen: nachtwerk. Wat is jouw mening hierover? Ben je er voor of tegen? 
(volgende week vervolg/uitbreiding van deze huiswerkopdracht)