Klas 3- week 6a

SEMAINE #5 
Aujourd'hui:
- aujourd'hui
- les objectifs
- vocabulaire LE VISAGE
- vocabulaire LES COULEURS
- donner une désrciption physique #2
- les devoirs = het huiswerk
- les objectifs


1 / 26
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

SEMAINE #5 
Aujourd'hui:
- aujourd'hui
- les objectifs
- vocabulaire LE VISAGE
- vocabulaire LES COULEURS
- donner une désrciption physique #2
- les devoirs = het huiswerk
- les objectifs


Slide 1 - Slide

SEMAINE #5
Les objectifs:

- Ik ken de woorden van vocabulaire LE VISAGE.
- Ik kan 2 bijvoeglijk naamwoorden gebruiken in een beschrijving van een uiterlijk kenmerk.
- Ik kan de kleuren gebruiken in het Frans. 




Slide 2 - Slide

vocabulaire LE VISAGE

Slide 3 - Slide

NEZ
A
LE
B
LA

Slide 4 - Quiz

OREILLE
A
LE
B
LA

Slide 5 - Quiz

BOUCHE
A
LE
B
LA

Slide 6 - Quiz

YEUX
(altijd meervoud..)
A
LE
B
LA

Slide 7 - Quiz

MOUSTACHE
A
LE
B
LA

Slide 8 - Quiz

CHEVEUX
(altijd meervoud...)
A
LE
B
LA

Slide 9 - Quiz

LÈVRES
A
LE
B
LA

Slide 10 - Quiz

Slide 11 - Link

SEMAINE #5 
Aujourd'hui:
- aujourd'hui
- les objectifs
- vocabulaire LE VISAGE
- vocabulaire LES COULEURS
- donner une désrciption physique #2
- les devoirs = het huiswerk
- les objectifs


Slide 12 - Slide

vocabulaire LES COULEURS

Slide 13 - Slide

vocabulaire LES COULEURS
timer
10:00

Slide 14 - Slide

SEMAINE #5 
Aujourd'hui:
- aujourd'hui
- les objectifs
- vocabulaire LE VISAGE
- vocabulaire LES COULEURS
- donner une désrciption physique #2
- les devoirs = het huiswerk
- les objectifs


Slide 15 - Slide

Il a
des grandes lèvres rouges.
donner une désrciption physique #2

Slide 16 - Slide

Il a des grandes lèvres rouges.

Wat zijn de bijvoeglijk naamwoorden?
(er zijn er 2)

Slide 17 - Open question

Il a des grandes lèvres rouges.

Waarom staat GRANDES achter het zelfstandig naamwoord?

Slide 18 - Open question

Il a des grandes lèvres rouges.

Waarom staat ROUGES achter het zelfstandig naamwoord?

Slide 19 - Open question

Hij heeft grote rode ogen

Slide 20 - Open question

Il a
des grands yeux rouges.
donner une désrciption physique #2

Slide 21 - Slide

Il a
des grands yeux rouges.
donner une désrciption physique #2
PLAATS:
Grand = uitzondering DUS voor
Rouge = geen uitzondering DUS ACHTER
VORM:
Yeux = mannelijk meervoud
grand + s & rouge + s

Slide 22 - Slide

SEMAINE #5 
Aujourd'hui:
- aujourd'hui
- les objectifs
- vocabulaire LE VISAGE
- vocabulaire LES COULEURS
- donner une désrciption physique #2
- les devoirs = het huiswerk
- les objectifs


Slide 23 - Slide

Les devoirs 
VRIJDAG 15 JANUARI - voor 8:00 uur








maken 
leren
Kies 5 personen uit 
- foto
- beschrijf 5 uiterlijke kenmerken 
- per kenmerk 2 bijvoeglijknaamwoorden!

Zet het in google presentaties. Per persoon een slide 
- Vocabulaire LE VISAGE
- Vocabulaure LES COULEURS 
- bijvoeglijk naamwoord


Slide 24 - Slide

Wat waren de doelen vandaag?

Slide 25 - Mind map

SEMAINE #6A
Les objectifs:

- Ik ken de woorden van vocabulaire LE VISAGE.
- Ik kan 2 bijvoeglijk naamwoorden gebruiken in een beschrijving van een uiterlijk kenmerk.
- Ik kan de kleuren gebruiken in het Frans. 




Slide 26 - Slide