Emilia staat vroeg op, en eet dan samen met haar familie in de keuken een ontbijt van brood, kaas en roerei. Daarna loopt ze samen met haar buurkinderen naar school. De weg is een beetje hobbelig, als het geregend heeft staat hij vol plassen en is het flink modderig. Ze moeten ook een stukje heuvelopwaarts, maar het laatste stukje kan ze lekker rennen naar beneden. Op school werkt ze hard, maar om één uur is het alweer tijd. Als ze naar buiten loopt om naar huis te gaan, ziet ze daar een andere groep kinderen staan, zoals iedere dag. Ze zien elkaar, maar ze kennen elkaar niet en ze spreken een andere taal. Wel jammer, want ze zien er best aardig uit, eigenlijk net als zij zelf.