Periode 4 Les 6 Tekst structuren en Bouwplan uiteenzetting

Nederlands
Schrijven: Uiteenzetting
Les 6
HAVO 2
Jas uit en in kluis.
Mobiel in hotel!
Zitten volgens de plattegrond.

1 / 16
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 16 slides, with interactive quiz, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Nederlands
Schrijven: Uiteenzetting
Les 6
HAVO 2
Jas uit en in kluis.
Mobiel in hotel!
Zitten volgens de plattegrond.

Slide 1 - Slide

Pak je leesboek erbij!
timer
10:00

Slide 2 - Slide

Terugblik:
Wat weet je al over de uiteenzetting? Noteer alles wat je hebt onthouden van de vorige lessen.

Slide 3 - Mind map

Stel je voor...
Bij lichamelijke opvoeding heb je het gehad over doping bij sporters. Je vertelt dit aan je tante, die lesgeeft op een basisschool. Zij vraagt jou om een uiteenzetting
te schrijven over het gebruik van doping in de sport voor leerlingen van groep 8.

Hoe zou je een tekst als deze kunnen opbouwen?

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Let op als je kiest voor de conclusie
Kies je ervoor om een conclusie te trekken in het slot?

Let er dan op dat dit niet jouw mening is, maar een conclusie gebaseerd op feiten (gebleken uit onderzoeksresultaten). 

Je zou dit als volgt kunnen formuleren:
Dus uit onderzoek is gebleken dat er meer nadelen dan voordelen zijn bij het gebruik van doping in de sport. (www.dopinggebruik.nl)

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Fase 1: oriënteren
In de oriëntatiefase bepaal je het/de:

Onderwerp:  wordt 1 à 2 weken voor de toets bekend
Hoofdgedachte: is afhankelijk van het onderwerp en hetgeen je gaat uitleggen over het onderwerp (de tekst structuur)
Tekstdoel: informeren, (uiteenzetten)
Publiek: wordt bekend op de toets

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

Opdracht
Schrijf een uiteenzetting over het onderwerp: gamegedrag onder jongeren
  1. Zoek informatie op over dit onderwerp.
  2. Bedenk welke structuur je gaat gebruiken.
    Oorzaak/Gevolg | Voordelen/Nadelen | Vroeger/Nu
  3. Vul het bouwplan zo ver mogelijk in.

Tip: werk samen met je buur!
Bouwplan invullen = bij niet af: huiswerk voor na de vakantie

Slide 16 - Slide