Kwadratische formules 2

Oefentoets
Kwadraten en kwadratische formules
1 / 37
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 37 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Oefentoets
Kwadraten en kwadratische formules

Slide 1 - Slide

Kwadraten en wortels
We beginnen met een aantal opgaven over kwadraten en wortels. Denk goed na voor je antwoord geeft. 

Slide 2 - Slide

Wat is een kwadraat?
52=55=25
(5)2=55=25
Je vindt een kwadraat van een getal wanneer je dat getal met zichzelf vermenigvuldigt.
je vermenigvuldigt 5 met zichzelf!
je vermenigvuldigt -5 met zichzelf!
maar...
52=25
Kwadraat uitrekenen en de min er voor laten staan!

Slide 3 - Slide

Het kwadraat van 8 is

Slide 4 - Open question


72=
A
14
B
49

Slide 5 - Quiz

72=77=49
Het getal 7 moet je met zichzelf vermenigvuldigen

Slide 6 - Slide


92
A
18
B
81
C
-18
D
-81

Slide 7 - Quiz

92=81
De min staat voor het kwadraat en hoort niet bij de 9.
Volgens de rekenvolgorde moet je eerst het kwadraat van 9 berekenen. De min blijft er voor staan!

Het antwoord is dus -81 (antwoord D)

Slide 8 - Slide


(5)2=
A
10
B
-10
C
25
D
-25

Slide 9 - Quiz

(5)2=55=25
De min staat tussen haakjes en hoort bij de 5. Je moet dus -5 met zichzelf vermenigvuldigen!

-   keer  -  wordt  +  

dus het antwoord is 25  (antwoord C)

Slide 10 - Slide

Wortels
22=4
33=9
4=2
9=3
55=25
25=5
de wortel uit 4 is 2
de wortel uit 9 is 3
de wortel uit 25 is 5
1111=121
121=11
de wortel uit 121 is 11

Slide 11 - Slide


100=

Slide 12 - Open question

100=10
1010=100
want

Slide 13 - Slide


8149=

Slide 14 - Open question

8149=
97=2
want
99=81
81=9
dus
77=49
dus
49=7

Slide 15 - Slide


2464=

Slide 16 - Open question

2464=
228=32
4=2
64=8
want

Slide 17 - Slide

Rekenvolgorde
Voor de volgende opgaven geldt:

*  maak de opgaven in je schrift
*  schrijf de tussenstappen op
*  maak een foto van de opgave met uitwerkingen
*  stuur deze op (het wijst zich van zelf hoe dat gaat)

Slide 18 - Slide


5+(184)2=
Maak deze opgave in je schrift en stuur de uitwerkingen in. Denk aan de tussenstappen!

Slide 19 - Open question

5+(184)2=
1. uitrekenen wat binnen haakjes staat
5+142=
2. kwadrateren
5+196=
3. optellen en aftrekken van links naar rechts
5+196=191

Slide 20 - Slide


Maak de volgende opgave in je schrift, maak een foto van de uitwerking en stuur deze in. Denk aan de tussenstappen!
(35)2242=

Slide 21 - Open question

(35)2242=
1. uitrekenen wat binnen haakjes staat
(2)2242=
2. kwadrateren
4216=
Dus niet 8 , het 'tweetje' hoort alleen bij 4, dus eerst 42 uitrekenen!
3. vermenigvuldigen van links naar rechts
432=
4. optellen en aftrekken van links naar rechts
432=28

Slide 22 - Slide

Bereken y voor de gegeven x
*  Maak voor je zelf de opgaven in je schrift
*  Schrijf ook nu de tussenstappen op
*  Vul op de Ipad alleen het antwoord in (dus wat y wordt). 
Als je niet precies weet hoe je y moet berekenen, kijk dan nog eens naar:
Hoe werk je met kwadratische formules?

Slide 23 - Slide




y=3x2
Bereken
y
voor 
x=4

Slide 24 - Open question

y=3x2
Bereken y voor x = 4 betekent dat je op de plaats van x de waarde 4 in moet vullen en dan moet uitrekenen wat y wordt. 

Wat is de uitkomst van y als x = 4?




y=342=316=48

Slide 25 - Slide




y=(x5)2
y
x=2
Bereken
voor

Slide 26 - Open question

y=(x5)2
Bereken y voor x = 2 betekent dat je op de plaats van x de waarde 2 in moet vullen en dan moet uitrekenen wat y wordt. 

Wat is de uitkomst van y als x = 2?




y=(25)2=(3)2=9

Slide 27 - Slide




y=3x2+6
y
x=2
Bereken
voor

Slide 28 - Open question

y=3x2+6
Bereken y voor x = -2 betekent dat je op de plaats van x de waarde -2 in moet vullen en dan moet uitrekenen wat y wordt. 

Wat is de uitkomst van y als x = -2?




y=3(2)2+6=34+6=12+6=6

Slide 29 - Slide

Tabellen en grafieken
*  Maak in je schrift bij de gegeven formule een nette tabel
*  Teken de grafiek 
Als je niet meer precies weet hoe dat moet kijk dan eerst naar onderstaand filmpje: Wat is een parabool en hoe teken je deze?

Slide 30 - Slide





y=x21
x=3,...x=3
y=x21
Maak de tabel en grafiek in je schrift, maak een foto en stuur deze op. 
Maak een nette tabel en grafiek. 
Gegeven is de formule
a) maak de tabel met
b) Teken de grafiek van

Slide 31 - Open question

y=x21
Gegeven is de formule
a) maak de tabel met x=-3 ,....  x=3 betekent dat je een tabel moet maken waarbij de x-waarden lopen van -3 tot 3.

De tabel komt er dan om te beginnen zo uit te zien: 



Slide 32 - Slide

De volgende stap is dat je de waarden van y gaat berekenen bij de verschillende x-waarden in de tabel volgens de gegeven formule 
y=x21
x=3
y=(3)21=91=8
geeft
x=2
geeft
y=(2)21=41=3
x=1
geeft
y=(1)21=11=0
Enzovoorts

Slide 33 - Slide

y=x21
x=3
y=(3)21=91=8
geeft
x=2
geeft
y=(2)21=41=3
x=1
geeft
y=(1)21=11=0
Enzovoorts
De y-waarden vul je onder de x-waarden in in de tabel:

Slide 34 - Slide

De tabel helemaal ingevuld voor alle waarden van x=-3 tot x=3:
Bijbehorende coördinaten in het assenstelsel:
(-3, 8)  (-2, 3)   (-1, 0)    enzovoorts. 

Deze punten moet je vervolgens gebruiken om de grafiek te tekenen.
x-coördinaat
y-coördinaat

Slide 35 - Slide

De grafiek van 
x horizontaal
y verticaal

Deze grafiek noemen we een parabool
Punten die je moet tekenen:
(-3, 8), (-2, 3), (-1, 0), (0, -1) (1, 0), (2, 3), (3, 8)
y=x21

Slide 36 - Slide

Je bent klaar!

Slide 37 - Slide