Maatschappelijke analyse 2223

Maatschappijkunde
Analyse maatschappelijk vraagstuk
1 / 18
next
Slide 1: Slide
MaatschappijkundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Maatschappijkunde
Analyse maatschappelijk vraagstuk

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen deze les? 
- Uitleg: hoe maak je een SE maatschappijkunde? 
- Herhalen:  analyse maatschappelijk vraagstuk
- Oefenen met de AMV

Slide 2 - Slide

Hoe maak je een SE maatschappijkunde? 
  • Lees eerst de opdracht en dan pas de bijgevoegde tekst.
  • Staat er: Doe het zo...?    Volg dan deze instructie
  • Zinnen hebben een duidelijk onderwerp, dus geen 'dinges' "hij of zij" of  'ofzo'
  • Schrijf leesbaar, herhaal de vraag kort, begin niet met .....omdat. 
  • Lees goed wat je moet doen! 
  • Schrijf op wat je weet, maar noteer geen onzin. Dus veel = niet altijd goed. 
  • Het SE eindigt met de AMV. Vind je dat lastig? Start daar eventueel mee. 

Slide 3 - Slide

De vier kenmerken

Slide 4 - Slide

De vier kenmerken van een maatschappelijk vraagstuk 


Een voorbeeld van een vraagstuk: Jongeren en wapens

1. Het is een sociaal probleem of veel mensen hebben er last van...   
(angst onder bevolking, slachtoffers, daders, hulpdiensten, scholen etc) 
2. Er zijn verschillende meningen over de aanpak/oplossing...
(kluiscontroles, fouilleren op straat, streng straffen, jongerencoaches etc etc) 
3. De media bericht erover.
(krantenartikelen, berichten op social media, etc) 
4. De politiek kan dit probleem oplossen/aanpakken
(nieuwe wetten, burgervaders inzetten, politie inzet vergroten, zware straffen etc) 

Slide 5 - Slide

Wat zijn voorbeelden van maatschappelijke vraagstukken die momenteel spelen? 
Stikstof
Woningtekort
Criminaliteit onder jongeren
Geweld tegen hulpverleners
Eenzaamheid
Laaggeletterdheid
Seksueel geweld op de werkvloer
 
Armoede



Energie prijzen


Voetbalhooligans


Slide 6 - Slide

Belangen, waarden en normen
Belang >  Waar een groep voordeel bij heeft. Jullie hebben belang bij goede docenten, hoge jeugdlonen, goedkopere sigaretten ;-)  etc.

Waarde > Iets wat je belangrijk vindt en bij je belang past. 
Dit is altijd ÉÉN woord!!!! Kennis, rijkdom, gezondheid, veiligheid, vrijheid, etc.

Norm > Een leefregel om je waarde te bereiken. Letterlijk een regel dus!! Nies in je elleboog, maak je huiswerk, bepaal zelf wat je eet, geen wapens voor burgers, etc.



Slide 7 - Slide

Machtsmiddelen
Bruikbare machtsmiddelen zijn: 
  1. Kennis/ deskundigheid
  2. Grootte van de groep
  3. Geld > voor posters/ reclames
  4. Formele mogelijkheden (klacht indienen of naar de rechter)
  5. Toegang tot media > beroemd zn.
  6. Toegang tot politici 
  7. Een aansprekende leider
  8. functie/beroep (bv zitting hebben in een advies of bestuursorgaan)
Macht= de mogelijkheid om het gedrag van anderen te beïnvloeden
Let op: 
Bij de Analyse Maatschappelijk Vraagstuk 
kan je de machtsmiddelen die men kan 
inzetten herkennen en benoemen. 

Slide 8 - Slide

De vier invalshoeken van 
een maatschappelijk probleem 


Je kan op verschillende manieren naar een maatschappelijk vraagstuk kijken:
  • politiek juridische invalshoek
  • Sociaaleconomische invalshoek
  • Sociaal-culturele invalshoek
  •  veranderend- en vergelijkende invalshoek

Je kijkt dus met verschillende ‘brillen’ naar hetzelfde probleem. 


Slide 9 - Slide

Politiek Juridische invalshoek
Politiek-juridisch: kijkt naar wat politieke partijen ervan vinden en wat bepaalde wetten erover zeggen. Vragen die je vanuit deze invalshoek kan stellen zijn bijvoorbeeld:

  • Hoe vindt de VVD/PVV/SP dat mensen met een hoge energierekening geholpen moet worden? 
  • Welke straf is passend voor een jongere die bewapend op straat loopt? 
  • Welke wetten kunnen we maken om te voorkomen dat jongeren aan wapens kunnen komen? 


Slide 10 - Slide

Sociaaleconomische invalshoek
Sociaal-economisch: Kijkt naar werkgevers en werknemers, maatschappelijke posities, ongelijkheid, financiën.

Vragen die je vanuit deze invalshoek kan stellen zijn bijvoorbeeld:
  • Worden mensen met lage inkomens zwaarder getroffen door de energieprijzen?
  • Dragen jongeren met een baan vaker een wapen dan jongeren zonder baan? 
  • Dragen jongeren uit achterstandswijken vaker een wapen dan jongeren uit een villawijk? 
  • Wat kosten de wapens die jongeren dragen? 

Slide 11 - Slide

Sociaal-culturele invalshoek
Sociaal cultureel: kijkt naar normen en waarden, gedeelde opvattingen, subculturen.

Vragen die je vanuit deze invalshoek kan stellen zijn bijvoorbeeld:
  • Waarom dragen rappers vaker wapens? 
  • Dragen jongeren die een VMBO opleiding doen vaker een wapen dan jongeren die VWO doen? 
  • Hebben videoclips invloed op het dragen van wapens?  

Slide 12 - Slide

Veranderings-vergelijkende invalshoek
Veranderend-vergelijkend: Kijkt hoe het verschilt over tijd (vroeger versus nu) en op plaats en per samenleving

Vragen die je vanuit deze invalshoek kan stellen zijn bijvoorbeeld:

- Welke wapens droegen jongeren in de jaren 50 en welke nu? 
-Dragen jongeren meer wapens dan 10 jaar geleden
-Dragen jongen in Frankrijk even vaak wapens als in Nederland? 
 

Slide 13 - Slide

Tot slot: verwijzen en citeren
Wat moet je doen als er staat: Citeer....: 

 Je kan het hele stuk overnemen wat je bedoelt, of je doet het als volgt:
Regel 24:  “Men zegt dat ……. Zo vindt hij.”   Doe dit alleen op deze manier!

Lees altijd eerst de vraag > wat moet je precies doen? Moet je een vraag beantwoorden, een multiple choice vraag maken, alleen een citaat geven? 

Let hierbij steeds goed op, of er niet al iets gegeven staat. 


Slide 14 - Slide

Tot slot: verwijzen en citeren
Moet je een vraag beantwoorden, een multiple choice vraag maken, alleen een citaat geven? Let hierbij goed op, of er niet al iets gegeven staat.

“In tekst 6 zie je het probleem van ongezonde voeding bij jongeren, een kenmerk van een maatschappelijk probleem is dat het in de media komt. Wat zijn andere kenmerken?” Media is hier dus al genoemd!!! Noem dus een ander kenmerk! 

Tot slot.  Altijd iets invullen. Ook al heb je geen flauw idee, iets is beter dan niets! Zeker bij multiple choice!

Slide 15 - Slide

Aan de slag! 
  • Maak je werk af !
  • Oefen op de Eindexamensite met Analyse Maatschappelijk vraagstuk
 
 

Slide 16 - Slide

Waar gaan de verschillende  invalshoeken over?
Maak de goede combinaties.
Politiek-juridische invalshoek
`Sociaal-economische invalshoek
`Sociaal-culturele invalshoek
Veranderings- en vergelijkende invalshoek
Alles dat te maken heeft met wetten en regels. 
Heeft te maken met geld en hoe dit verdeeld wordt.
Welke cultuur, waarden, normen en meningen er zijn.
Meningen en veranderingen van heden/verleden.

Slide 17 - Drag question

Politiek-juridische invalshoek
Sociaal-economische invalshoek
Sociaal-culturele invalshoek 
Veranderende en vergelijkende invalshoek
Hoe was dat vroeger? 
Hoe is dat op een andere plaats?
Hoe kijkt een andere groep daar tegen aan?
Wie heeft daar belang bij?
Wat is de maatschappelijke positie?
Welke waarden en normen spelen een rol?
Hoe functioneren de wetten?
Welke mogelijkheden zijn er om het beleid te veranderen?

Slide 18 - Drag question