Herhaling par 1 en 2.3

Paragraaf 2.3
KA13:Heropleving van de handel en het ontstaan van steden.
KA14: Opkomst van de stedelijke burgerij


1 / 13
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 13 slides, with text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Paragraaf 2.3
KA13:Heropleving van de handel en het ontstaan van steden.
KA14: Opkomst van de stedelijke burgerij


Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Verbetering in de landbouw
3 oorzaken:
Zoek ze samen op en schrijf ze in eigen woorden in je schrift.
blz. 58

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Wat is een direct gevolg van de grotere hoeveelheid voedsel? 
En wat zijn indirecte gevolgen?



Blz. 58

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Indirect en direct
Een direct gevolg was dat de voedselopbrengsten stegen.
Gevolgen van de gestegen voedselopbrengsten (en dus indirecte gevolgen ) waren:
- dat de bevolking kon groeien en dat sommigen zich alleen met handel of nijverheid konden bezighouden.
- dat er handel kon worden gedreven met de overschotten.

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Lees de opkomst van de steden
Welke privileges waren er? Noem er twee.
Waarom betekende de opkomst van de steden een verzwakking van het feodale stelsel?


bladzijde 58 t/m 60

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Verzwakking feodale stelsel
Er kwamen nieuwe, tamelijk zelfstandige gebieden met mensen die zelf geld verdienden en daardoor macht en invloed kregen, naast de feodale adel. 
De positie van de adel verzwakte daardoor.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

DEZE LES
  • 2.3 De stad herleeft (keuze uitleg volgen, aan de slag met de keuzeopdracht tof zelf  samenvatten
  • welk woord weg paragraaf 1.5 
  • uitdelen jaartallen /ka

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Slide 9 - Video

This item has no instructions

Middeleeuwse stad: sociale groepen
 Sociale groepen in de stad
 Wie in de stad woonde, was een BURGER

  1. Rijke kooplieden en belangrijke ambachtslieden PATRICIERS
  2. Winkeliers en gewone ambachtslieden
  3. Gewone arbeiders
  4. Bedelaars en daklozen

De meeste gilden hadden een prachtig gildehuis. Hier werden, behalve vergaderingen, ook feesten gehouden. Heel het leven draaide om het gilde.
Voorbeelden van ambachten in een middeleeuwse stad:
- smid
- bakker
- timmerman
- meubelmaker
- brouwer
- kleermaker

Slide 10 - Slide

This item has no instructions


Werken in een gilde
  • ontstaan andere beroepen: ambachten
  • Mensen met hetzelfde ambacht zitten in een gilde.
  • Het gilde controleerde o.a. de kwaliteit van de producten
De meeste gilden hadden een prachtig gildehuis. Hier werden, behalve vergaderingen, ook feesten gehouden. Heel het leven draaide om het gilde.
Voorbeelden van ambachten in een middeleeuwse stad:
- smid
- bakker
- timmerman
- meubelmaker
- brouwer
- kleermaker

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Slide 12 - Video

Wat waren voor- en nadelen van de gilden?
Wat waren belangrijke taken van de gilden?
Wat waren voorwaarden voor het lidmaatschap?
Wat hadden gilden en godsdienst met elkaar te maken?
Hoe succesvol waren de gilden?
Hoe vormde het platteland een gevaar voor de gilden?
Hoe gingen de gilden de concurrentie aan?
Kun je onze vakbonden nakomelingen van de gilden noemen?
  Werken in een gilde

  • Onderlinge afspraken tussen gilden om concurrentie te voorkomen:
 werktijden, opleiding, prijs en kwaliteit.
- Het gilde controleerde de kwaliteit van de producten en stelde de verkoopprijs vast.


  • Bij ziekte en overlijden kreeg het gezin hulp van het gilde.

Slide 13 - Slide

This item has no instructions