This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Les 3 - Gewicht (route A)
Schatten van gewicht
Gewicht
Gewicht wegen en vergelijken
Slide 1 - Slide
Benodigdheden bij deze les:
- personenweegschaal
- iPad (per leerling)
- werkblad 1 t/m 3
- A3-papier per tweetal
Even herhalen...
1 ons
1 pond
1 kilogram
1000 gram
500 gram
100 gram
Slide 2 - Drag question
This item has no instructions
Wat is wat en wat weeg je ermee?
Analoge keukenweegschaal
Digitale keukenweegschaal
Balans
Personenweegschaal
Slide 3 - Drag question
This item has no instructions
Weet je het nog?
Vorige les hebben we geoefend met het rekenen met verhoudigstabellen.
Als je voor het maken van 1 taart 150 gram bloem nodig hebt, hoeveel bloem heb je dan nodig voor 2 taarten?
En voor 4? En voor 5?
We rekenen deze opdracht samen uit.
Slide 4 - Slide
This item has no instructions
Doelen
Na deze les weet ik:
- kun je een personenweegschaal gebruiken
- weet je hoeveel je zelf ongeveer weegt
- Kun je het gewicht van zware voorwerpen, voertuigen of dieren schatten en opzoeken
Slide 5 - Slide
This item has no instructions
Startopdracht
Maak opdracht 7a + 7b op blz. 7.
Schrijf als eerste op hoeveel je zelf weegt.
Als je dat niet weet, weeg jezelf dan even op de personenweegschaal en schrijf het op.
Bekijk daarna het plaatje van de baby-olifant en beantwoord de vragen die erbij horen.
Slide 6 - Slide
Personenweegschaal
Nadat de leerlingen zelf na hebben gedacht over vraag 1 en 2 vertel je dat de olifantenbaby ongeveer 100 kilo weegt bij de geboorte. Dat is dus zwaarder dan de meeste mensen...! Hoeveel leerlingen van ongeveer 50 kilo wegen evenveel als een olifantenbaby?
Als een olifantenbaby al 100 kilo weegt, wat zou een volwassen olifant dan wegen? Schat het gewicht in kilogrammen.
Slide 7 - Open question
Laat de leerlingen, na het schatten van het antwoord, opzoeken op internet hoeveel een volwassen olifant ongeveer weegt (ongeveer 3.000 tot 5.000 kilo).
Vervolg
Bij opdracht 8 op blz. 8 staan nog meer zware voorwerpen.
Schat eerst hoeveel deze voorwerpen zouden wegen en bespreek samen of dat meer of minder zal zijn dan een olifant.
Vul het werkblad aan met nog andere zware voorwerpen, voertuigen of dieren die je kunt bedenken. Schat ook daarvan de gewichten in kilogram. Zoek daarna op internet alle juiste gewichten op en vul dat ook in.
Slide 8 - Slide
Bespreek na het maken van deze opdracht klassikaal waarom het handig is zware gewichten te kunnen schatten. Hoe zouden deze zware dingen bijvoorbeeld vervoerd worden (denk aan een verhuizing)? Wanneer is het handig om te weten dat iets bijvoorbeeld meer dan 100 kilo weegt? (draagkracht van lift, brug, stoel e.d.)
Aan de slag
Je gaat opdracht 9 en 10 maken.
Dit mag alleen of in tweetallen.
Tip bij de werkbladen:
Gebruik je overzicht waarop de
gewichtsmaten staan!
Klaar? We kijken samen na!
timer
7:00
Slide 9 - Slide
This item has no instructions
Tot slot
In een lift van een hoog kantoorgebouw
hangt dit bordje.
Zouden dertien personen samen 1000 kilogram kunnen wegen?
Deze vraag ga je in tweetallen uitzoeken.
Op een groot vel papier noteren jullie hoe jullie
te werk zijn gegaan.
We kijken daarna samen wat elk tweetal bedacht heeft!
Wist je dat...
1000 kg ook wel een ton wordt genoemd?!
Slide 10 - Slide
Per tweetal een A3-papier
Afsluiting
Dit was alweer de laatste les over
gewicht!
Volgende les gaan jullie aan de slag met een nieuw onderdeel!