Economie 3BB/KB maandag 19 september

Welkom 3BB/3KB


Economie in mavo 4
1 / 20
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

This lesson contains 20 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

Welkom 3BB/3KB


Economie in mavo 4

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen deze les?

  • Uitdelen van de boekjes
  • Schrijf je naam erop
  • Aan het einde van de les neem ik ze weer in
  • Aan de slag
  • Tijd voor maken huiswerk

Slide 2 - Slide

Afspraken
  • Schrijf altijd je berekeningen op!
  • Denk aan €, % etc. 
  • Antwoord in hele zinnen.
  • Rond je antwoorden goed af! Personen gehele getallen, geld op twee decimalen, alle andere getallen op één decimaal TENZIJ anders vermeld!
  • Meerkeuze vragen beantwoord je met een hoofdletter. 

Slide 3 - Slide


Bespreken


  • Opdrachten 
  • Waar liep je tegen aan??

Slide 4 - Slide

Economie

Slide 5 - Slide

Hoofdstuk 1
Hoe welvarend ben jij





1.1  Kun jij kopen wat je wilt
1.2 Hoe word je beïnvloed?
1.3 Je inkomsten en uitgaven
1.4 Wordt alles duurder?

Slide 6 - Slide

Leerdoelen 1.1


Aan het einde van deze les weet je...
  • kun je het verschil uitleggen tussen primaire behoeften en secundaire behoeften.
  • kun je uitleggen wat het bij economie betekent als iets schaars is.
  • kun je uitleggen wat welvaart is en op welke manier je welvaart kan toenemen.
  • kun je met een percentage een getal berekenen.


Slide 7 - Slide

Primaire behoeften (basis)
  • Heb je nodig om te (over)leven. 
  •  Voorbeelden: voeding, kleding en woonruimte.

Slide 8 - Slide

Secundaire of overige behoeften
  • Luxe (overige) goederen en diensten.
  • Bijvoorbeeld; vakanties, computergames of een laptop
  • Alle overige behoeften die je hebt om je leven aangenamer te maken.

Slide 9 - Slide

Het is er niet vanzelf
Je hebt productiemiddelen nodig om ze te maken
Voor schaarse goederen betaal je een prijs
Hoe schaarser een product hoe duurder het wordt

Diesel is duurder dan benzine??

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Schaarste

  • Het kopen van een mobiele telefoon.
  • Zon, zeewater, lopend door het bos


Slide 12 - Slide

Je hebt geen middelen nodig om ze te gebruiken.
Vrije goederen

Slide 13 - Slide

Welvaart
Welvaart betekent: in hoeverre je met je middelen (tijd en geld) in je behoeften kunt voorzien.

Iemand die erg rijk is heeft een hoge welvaart. Hij kan veel meer in zijn behoeften voorzien dan iemand die arm is.

Slide 14 - Slide

Prioriteiten
  • Je kunt niet in al je behoeften voorzien. Dit hangt af van je tijd en inkomen. 
  • Je moet keuzes maken.
  • Bepalen wat je het belangrijkste vindt, noem je prioriteiten stellen.

Slide 15 - Slide

Hoe kun je in je behoeften voorzien?

  • Kopen van goederen en diensten
  • Zelfvoorziening



Slide 16 - Slide

Rekenen met procenten

Slide 17 - Slide

Wat merken jullie daarvan?





Met hoeveel procent is de prijs van een bakje Garlan gestegen sinds 28 december?
28 december
24 augustus

Slide 18 - Slide

Huiswerk uur 
  • Maken de opdrachten van 1.3
  • of daar waar je bent gebleven

  • Daarvoor heb je nu tijd voor


Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide