This lesson contains 37 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Hallo, 3F!
Josine Scheepmaker (j.scheepmaker@jvo.nl)
Docent Nederlands & mentor klas 2
Begeleider debatteam onderbouw
Begeleider LEA
Begeleider Ardennenkamp
Aanwezig op dinsdag, woensdag en donderdag
Slide 1 - Slide
Welkom 3F
Effe voorstellen..
Programma periode 1
werkwoordspelling oef. 1 t/m 4 maken
opdrachten controleren
Slide 2 - Slide
Programma periode 1
- Syllabus 'formuleren', hoofdstuk 1 > toets
- Syllabus 'spellen' > toets
- Boekopdracht > groepsbeoordeling
- Project 'reclame(taal) > groepsbeoordeling
Volgende week: APK ww-spelling
Slide 3 - Slide
Werkwoordspelling
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Maak oefening 1 t/m 4
Slide 6 - Slide
Les 3
Syllabus 'formuleren'
Doel:
Je kunt 'dubbelop' herkennen en verbeteren in een zin.
Slide 7 - Slide
Filmpje
Fred en Ria met het vliegtuig
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Video
Goed kunnen formuleren
...maakt van jou een serieuze gesprekspartner.
...je wordt zelfverzekerder in het voeren van discussies.
...maakt dat anderen graag naar je luisteren en horen wat je te zeggen hebt.
Slide 10 - Slide
Formuleringsfouten 'dubbelop'
Formuleringsfouten waarin iets op de een of andere manier twee keer wordt gezegd.
Slide 11 - Slide
Onjuiste herhaling
Hetzelfde woord wordt 2x in één zin gebruikt.
Vaak slordigheidsfouten.
Vaak makkelijk te herkennen.
Vaak aan het begin én aan het einde herhaald.
Voor een toename van het aantal orgaandonoren zijn de afgelopoen jaren al heel wat campagnes voor gehouden.
Slide 12 - Slide
Dubbele ontkenning
Negatief + negatief = positief
Komt vaak voor bij ontkennende werkwoorden: verbieden, nalaten, voorkómen, misbruiken etc.
Het is in klas 1 en 2 verboden om niet je telefoon te gebruiken.
Slide 13 - Slide
Contaminatie, pleonasme & tautologie
Slide 14 - Slide
Contaminatie
Contaminatie is een combinatie van 2 (of meer) woorden of uitdrukkingen die je door elkaar gebruikt. Vaak hebben deze woorden dan wel dezelfde betekenis, alleen zijn ze verkeerd gecombineerd.
Slide 15 - Slide
Voorbeeld
Hij moet de presentatie overnieuw doen.
Of: Hij moet de presentatie over doen.
Of: Hij moet de presentatie opnieuw doen.
Zou je die gegevens even voor mij willen nachecken? Je checkt iets, of je kijktiets na
En: Printen of uitdraaien, niet uitprinten.
Slide 16 - Slide
Pleonasme
Pleonasme is het versterken van een woord, door een toevoeging van een ander woord. Het woord wordt dan dubbelop geschreven. Het toegevoegde woord is een eigenschap van het andere woordsoort.
Slide 17 - Slide
Voorbeeld
De ronde bal rolde over de grond.
Ronde versterkt het woord bal. Een bal is namelijk van zichzelf al rond, dus ronde geeft een extra toevoeging.
De witte sneeuw zorgde veroorzaakte een verblindend effect. Sneeuw is altijd wit, (eet dus ook geen gele sneeuw..).
De Bitcoin-koers was flink omhoog gestegen. Als iets stijgt, gaat het altijd omhoog. Iets stijgt, of gaat omhoog.
Slide 18 - Slide
Tautologie
Tautologie is het benadrukken van een woord met een ander woord dat dezelfde betekenis heeft. Dus 2 woorden met dezelfde betekenis die in één zin worden gebruikt.
Slide 19 - Slide
voorbeeld
Zij krijgt het gratis en voor niets.
Als je iets gratis krijgt, krijg je het al voor niets. Gratis en voor niets betekenen allebei hetzelfde. of Zij sloeg de tasjesdief bont en blauw.
Slide 20 - Slide
We liepen door het groene gras naar de speeltuin.
A
contaminatie
B
pleonasme
C
tautologie
Slide 21 - Quiz
We liepen door het groene gras naar de speeltuin.
Dit is een pleonasme:
Gras is namelijk van zichzelf al groen. Het woord groene geeft een versterking aan het woord gras.
Slide 22 - Slide
Mijn mobiel is kwijt.
A
contaminatie
B
pleonasme
C
tautologie
Slide 23 - Quiz
Mijn mobiel is kwijt.
Dit is een contaminatie:
Of: Ik ben mijn mobiel kwijt.
Of: Mijn mobiel is weg.
Slide 24 - Slide
Uit de kraan komt vloeibaar water.
A
contaminatie
B
pleonasme
C
tautologie
Slide 25 - Quiz
Uit de kraan komt vloeibaar water.
Dit is een pleonasme:
Water is van zichzelf al vloeibaar. Het woord vloeibaar geeft een versterking van het woord water.
Slide 26 - Slide
Alle examens lagen open en bloot voor iedereen om te bekijken.
A
contaminatie
B
pleonasme
C
tautologie
Slide 27 - Quiz
Alle examens lagen open en bloot..
Dit is een tautologie:
Open en bloot hebben (in deze context) dezelfde betekenis.
Slide 28 - Slide
Voordat je gaat, moet je eerst even checken of je alles bij je hebt.
A
contaminatie
B
pleonasme
C
tautologie
D
Anders
Slide 29 - Quiz
Voordat je gaat, moet je eerst even checken of je alles bij je hebt.
Dit is een onjuiste herhaling:
Voordat en eerst hebben dezelfde betekenis, maar er is hier geen sprake van een uitdrukking. Het is gewoon dubbel op en onnodig.
Slide 30 - Slide
Hij vertelde tegen mij dat hij een kat heeft gered.
A
contaminatie
B
pleonasme
C
tautologie
Slide 31 - Quiz
Hij vertelde tegen mij dat hij een kat heeft gered.
Dit is een contaminatie:
Of: Hij zei tegen mij dat hij een kat heeft gered.
Of: Hij vertelde aan mij dat hij een kat heeft gered.
Slide 32 - Slide
En dan nu
Nog een aantal voorbeelden waaruit blijkt dat jij misschien al die tijd wel foutief de taal hebt gebruikt.
Slide 33 - Slide
Contaminaties
Als leerling zijnde heb ik het soms zwaar.
Als leerling of Leerling zijnde
Slide 34 - Slide
De PS5 kost mij helaas nog te duur.. IS duur of KOST veel
Ik besef mij dat ik te laat ben.
Ik besef of Ik realiseer mij
Slide 35 - Slide
Ik kan me daar echt aan irriteren.
Het irriteert je maar Jij ergert je
Irriteren komt vanaf buiten. Ergeren doe je vanuit binnen.
De situatie escaleert uit de hand
Het escaleert of Het loopt uit de hand
Slide 36 - Slide
De beste reclame is mond-op-mondreclame ... Mond-tot-mondreclame of Mond-op-mondbeademing