La rentrée

1 / 54
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 54 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Programme

Se présenter

Que sais-tu?

Slide 2 - Slide

Je me présente

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Vous pouvez vous présenter?
votre nom
votre âge
votre domicile (Schiedam? Rotterdam? ... ?)

Slide 6 - Slide

Wat doe je als je niet aanwezig kunt zijn?
A
Ik doe helemaal niets.
B
Ik bekijk en maak de opdrachten uit de planner of in Magister
C
Ik bekijk op lessonup de dia's van de les die ik gemist heb.
D
Ik vraag een klasgenoot wat ik gemist heb.

Slide 7 - Quiz

Wat heb je nodig tijdens de Franse les?
A
Le livre A de Grandes Lignes
B
un cahier
C
un stylo
D
un ordinateur

Slide 8 - Quiz

Que sais-tu?

Travaillez à deux.
Prenez un cahier et un stylo.
Pas de portable et pas d'ordinateur.

Slide 9 - Slide

Wat betekent "la rentrée"?

Slide 10 - Slide

Schrijf de 7 dagen van de week op.

Slide 11 - Slide

Schrijf de maanden van het jaar op.

Slide 12 - Slide

Noteer de Franse term voor de volgende afbeeldingen.

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide

Overleg even met je groepje.
Je moet 20 plaatjes benoemd hebben.

Slide 34 - Slide

Nu nog 10 werkwoorden:

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Slide

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Slide

Slide 39 - Slide

Slide 40 - Slide

Slide 41 - Slide

Slide 42 - Slide

Slide 43 - Slide

Slide 44 - Slide

Slide 45 - Slide

Voilà les réponses:

Slide 46 - Slide

Slide 47 - Slide

Slide 48 - Slide

Slide 49 - Slide

1. un chien
2. un chat
3. une pomme
4. une baguette
5. une fille


6. un château
7. un poisson
8. une robe
9. un livre
10. un stylo

Slide 50 - Slide

11. un avion
12. un ordinateur
13. un oiseau
14. un vélo
15. des lunettes
16. un lit
17. des chaussures
18. une piscine
19. un/le soleil
20 un professeur

Slide 51 - Slide

1. boire
2. marcher
3. écrire
4. dessiner
5. manger
6. lire
7. conduire
8. dormir
9. voyager / partir en vacances
10. étudier/ faire ses devoirs

Slide 52 - Slide

Slide 53 - Video

Vocabulaire leren
Voca A p. 42

Quizlet
https://quizlet.com/_8mq7au?x=1qqt&i=e2tgb

Slide 54 - Slide