Toetsvragen Hoofdstuk 1 tot paragraaf 1.6 LPA 1

Demografie bestudeert
A
De regeringsvorm in een land
B
De bevolkings samenstelling in een land
C
Omvang, samenstelling en verdeling van de bevolking
D
De immigratie en emigratie in een werelddeel
1 / 11
next
Slide 1: Quiz
Leisure Operationeel ManagementMBOStudiejaar 3

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Demografie bestudeert
A
De regeringsvorm in een land
B
De bevolkings samenstelling in een land
C
Omvang, samenstelling en verdeling van de bevolking
D
De immigratie en emigratie in een werelddeel

Slide 1 - Quiz

De (leisure) ondernemer zal in de toekomst een andere doelgroep moeten bedienen. Welke ontwikkeling is onjuist?
A
Het aandeel ouderen zal toenemen
B
Groep alleenstaanden neemt toe
C
Het gemiddeld opleidingsniveau zal toenemen
D
De groep 0-19 jaar zal toenemen (vergroening)

Slide 2 - Quiz

Vrije tijd zal steeds inventiever gevuld worden. De ondernemer zal de veeleisende gast steeds meer moeten bieden. Welke term past hier niet bij?
A
Beleving
B
Ontgroening
C
Hospitality
D
Interactiviteit

Slide 3 - Quiz

Welke bewering is onjuist?
A
Na een economisch recessie herstelt de vakantiemarkt zich met enige vertraging
B
De vakantieparticipatie is in Nederland hoger dan 65%
C
Het modaal inkomen in Nederland is (bruto) 2800 Euro
D
Nederland heeft een positieve reisverkeersbalans

Slide 4 - Quiz

De Nederlandse arbeidsmarkt vertoont een aantal kenmerken. Welke is onjuist?
A
Er nemen steeds meer vrouwen deel aan het arbeidsproces
B
Ouderen zullen langer werken
C
Het aantal vaste arbeidscontracten neemt toe
D
Nederland is steeds minder een verzorgingsstaat

Slide 5 - Quiz

Welke omschrijving past het beste bij de term deeleconomie
A
We werken veelal part-time
B
Airbnb is een hiervan een voorbeeld
C
Een deel van onze economie speelt zich in het buitenland af
D
In een echte deeleconomie verdient iedereen evenveel.

Slide 6 - Quiz

I e-commerce is online verkoop via Internet (PC)
II m-commerce is hetzelfde maar dan via een mobile-device
A
Bewering I is juist
B
Bewering II is juist
C
Beide beweringen zijn juist
D
Beide beweringen zijn onjuist

Slide 7 - Quiz

?? % van alle huishoudens heeft een smartphone
A
60
B
65
C
70
D
75

Slide 8 - Quiz

I Nederland heeft ruim 18 miljoen inwoners.
II De wereldbevolking bestaat uit 17,5 miljard mensen
A
Bewering I is juist
B
Bewering II is juist
C
Beide beweringen zijn juist
D
Beide beweringen zijn onjuist

Slide 9 - Quiz

Adwords is een reclame tak gekoppeld aan
A
Google
B
Facebook
C
Instagram
D
Netflix

Slide 10 - Quiz

Virtual Reality
(welke omschrijving past het beste)
A
het online boeken van een toegangskaartje
B
een soort "kunstmatige" beleving
C
via een app een reservering bij een restaurant maken
D
op basis van BIG DATA de toekomst voorspellen

Slide 11 - Quiz