Paragraaf 1.6 Biotechniek

Wat gaan we doen vandaag?

  1. Leerdoelen bespreken
  2. Uitleg biotechniek
  3. Zelfstandig werken
  4. SO bespreken
1 / 25
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 25 slides, with text slides.

Items in this lesson

Wat gaan we doen vandaag?

  1. Leerdoelen bespreken
  2. Uitleg biotechniek
  3. Zelfstandig werken
  4. SO bespreken

Slide 1 - Slide

Wat gaan we leren vandaag?

  • We leren wat biotechniek/biotechnologie is en hoe het overal gebruikt wordt.

Slide 2 - Slide

Biotechniek
Biotechniek/biotechnologie: het door mensen gebruiken van levende wezens om ze met een bepaalde techniek voor je te laten werken.

Bio = levende wezens
Techniek = Werkwijze

Slide 3 - Slide

Waarvoor gebruik je schimmels?
Gist wordt:
- koolstofdioxide
- alcohol

Slide 4 - Slide

Waarvoor gebruik je schimmels?

Slide 5 - Slide

Waarvoor gebruik je schimmels?

Slide 6 - Slide

Waarvoor gebruik je schimmels?

Slide 7 - Slide

Waarvoor gebruik je schimmels?

Slide 8 - Slide

Waarvoor gebruik je schimmels?
Broodschimmel --> penicilline --> antibiotica

Slide 9 - Slide

Waarvoor gebruik je bacteriën?
Melk + melkzuurbacteriën --> yoghurt

Slide 10 - Slide

Waarvoor gebruik je bacteriën?

Slide 11 - Slide

Waarvoor gebruik je bacteriën?
Zuiveringsinstallatie

Slide 12 - Slide

Waarvoor gebruik je bacteriën?
Zuiveringsinstallatie

Slide 13 - Slide

Ga bezig met de opdrachten van 1.6
 

Klaar? Check of je van de vorige paragrafen nog vragen niet gemaakt heb. Zo ja, maak die dan . 

Maak anders zelf samenvatten, begin bij 1.1.
of 
Maak zelf een samenvatting


Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

1. Er zijn 7 levenskenmerken genoemd in het boek, noem er 4:

  • voeden
  • groeien
  • ademen
  • uitscheiden (stoffen afgeven)
  • reageren (prikkels waarnemen en daarop reageren)
  • voortplanten

Slide 16 - Slide

2. Er zijn 4 rijken. Welke 4 rijken zijn er?
  • Dierenrijk (mensenrijk)
  • Plantenrijk
  • Schimmelrijk
  • Schimmel en Bacterierijk

Slide 17 - Slide

3. Wat is een organisme?
Een levend wezen

Slide 18 - Slide

Geef een voorbeeld van een orgaanstelsel: 
Organen die samenwerken aan dezelfde taak, bijvoorbeeld:

Slide 19 - Slide

4. Uit welke 4 delen (=organen) bestaat een plant, noem van 2 delen de functie (taak)?


  1. Bloem: Insecten lokken
  2. Stengel: Stevigheid/transport
  3. Blad: Fotosynthese in de bladgroenkorrels (energie)
  4. Wortels: Opnemen water en mineralen

Slide 20 - Slide

5. Kijk naar de cellen en geef de namen van de onderdelen die zijn aangegeven

Slide 21 - Slide

6. Noem een tweetal verschillen tussen de cel van een dier en van een plant.
Plant
Dier
Wel bladgroenkorrels
Geen bladgroenkorrels
Wel een vacuole
Geen vacuole
Wel een celwand
Geen celwand
Cellen lijken op elkaar
Verschillende soorten cellen

Slide 22 - Slide

7. Welk type skelet heeft dit organisme?


  • Uitwendig skelet

Slide 23 - Slide

Inwendigskelet
(Gewervelden)
Uitwendigskelet
(De rest van het dierenrijk)

Slide 24 - Slide

Volgende week


Vrijdag Repetitie!!!!!

Slide 25 - Slide