Criminaliteit: Theorieën, Oorzaken en Criminelen

Criminaliteit: Theorieën, Oorzaken en Criminelen

Leerdoelen

Aan het einde van deze les kun je de verschillende theorieën over criminaliteit noemen en uitleggen wat de oorzaken van criminaliteit zijn. Daarnaast kun je bepalen wie criminelen kunnen worden.

Start de les door de leerdoelen te bespreken en te verduidelijken wat er gaat komen.

Definitie Criminaliteit

Criminaliteit is een gedraging die bij wet verboden is en waarop een straf staat.

Beschrijf de definitie van criminaliteit en leg uit dat het verboden is en er een straf op staat.

Theorieën over Criminaliteit

Er zijn verschillende theorieën over criminaliteit, zoals de biologische, psychologische en sociologische theorie.

Beschrijf de theorieën over criminaliteit en geef voorbeelden.

Biologische Theorie

Volgens de biologische theorie speelt erfelijkheid een rol bij criminaliteit. Ook hormonen en hersenafwijkingen kunnen een oorzaak zijn.

Beschrijf de biologische theorie en geef voorbeelden.

Psychologische Theorie

De psychologische theorie stelt dat criminaliteit wordt veroorzaakt door persoonlijkheidsstoornissen, zoals antisociale persoonlijkheidsstoornis.

Beschrijf de psychologische theorie en geef voorbeelden.

Sociologische Theorie

Volgens de sociologische theorie is criminaliteit het gevolg van de omgeving waarin iemand opgroeit, zoals armoede en slechte opvoeding.

Beschrijf de sociologische theorie en geef voorbeelden.

Oorzaken van Criminaliteit

Er zijn verschillende oorzaken van criminaliteit, zoals armoede, slechte opvoeding, drugsgebruik en werkloosheid.

Beschrijf de oorzaken van criminaliteit en geef voorbeelden.

Armoede

Armoede kan leiden tot criminaliteit, omdat mensen geen andere uitweg zien om aan geld te komen.

Beschrijf de relatie tussen armoede en criminaliteit en geef voorbeelden.

Slechte Opvoeding

Een slechte opvoeding kan leiden tot criminaliteit, omdat kinderen geen normen en waarden meekrijgen.

Beschrijf de relatie tussen slechte opvoeding en criminaliteit en geef voorbeelden.

Drugsgebruik

Drugsgebruik kan leiden tot criminaliteit, omdat mensen geld nodig hebben om drugs te kunnen kopen.

Beschrijf de relatie tussen drugsgebruik en criminaliteit en geef voorbeelden.

Werkloosheid

Werkloosheid kan leiden tot criminaliteit, omdat mensen geen inkomen hebben en geen andere uitweg zien om aan geld te komen.

Beschrijf de relatie tussen werkloosheid en criminaliteit en geef voorbeelden.

Wie kunnen Crimineel Worden?

Iedereen kan crimineel worden, ongeacht leeftijd, geslacht of afkomst.

Beschrijf wie crimineel kunnen worden en leg uit waarom iedereen dit kan worden.

Jongeren en Criminaliteit

Jongeren hebben vaak een hoger risico om crimineel te worden door invloed van vrienden en een gebrek aan toezicht.

Beschrijf waarom jongeren een hoger risico hebben om crimineel te worden en geef voorbeelden.

Gevolgen van Criminaliteit

Criminaliteit kan leiden tot gevangenisstraf, boetes en een strafblad. Ook kan het leiden tot slachtoffers en schade aan de samenleving.

Beschrijf de gevolgen van criminaliteit en geef voorbeelden.

Preventie

Om criminaliteit te voorkomen, kunnen maatregelen genomen worden, zoals beter onderwijs, werkgelegenheid en toezicht.

Beschrijf hoe criminaliteit voorkomen kan worden door preventie en geef voorbeelden.

Opdracht

Maak groepen van twee en bespreek welke oorzaken van criminaliteit jullie het belangrijkst vinden en waarom.

Geef de opdracht aan de leerlingen en geef ze voldoende tijd om te bespreken.

Discussie

Leid een discussie over de opdracht en laat de groepen hun bevindingen presenteren.

Leid de discussie en zorg dat alle groepen aan bod komen.

Quiz

Laat de leerlingen een quiz maken over de verschillende theorieën, oorzaken en gevolgen van criminaliteit.

Gebruik een online quiztool of maak een papieren versie.

Antwoorden Quiz

Bespreken de antwoorden van de quiz en geef toelichting bij de vragen waar nodig.

Bespreken de antwoorden van de quiz en zorg dat alle vragen goed behandeld worden.

Samenvatting

Vat de belangrijkste punten van de les samen en benadruk nogmaals de leerdoelen.

Vat de les samen en zorg dat alle leerdoelen nogmaals aan bod komen.

Evaluatie

Vraag de leerlingen om de les te evalueren en geef ze de mogelijkheid om vragen te stellen.

Vraag de leerlingen om feedback en beantwoord eventuele vragen.

Einde Les

Bedank de leerlingen voor hun aandacht en sluit de les af.

Bedank de leerlingen en maak eventueel afspraken voor de volgende les.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.