Boek A, par 3.4, p116-117

• Mens & Maatschappij
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

Boek A, par 3.4, p116-117

Inhoud les

-leerdoel

-lezen en onderstrepen

-korte uitleg

-opdrachten 

-beantwoorden leerdoel

Leerdoel deze les

Wat zijn symbolen, rituelen, helden?

Lees zelf en onderstreep

pagina 116, 117

p116

p117

Uitleg

Hoe noemen we de manier waarop mensen leven?

cultuur

Uit welke vier kenmerken bestaat cultuur?

taal

geloof

gebruiksvoorwerpen

gewoonten

Ieder land heeft een eigen cultuur

Uitleg

Hoe noem je woorden, gebaren of voorwerpen met een speciale betekenis?

symbool

De koning leest elk jaar op Prinsjes-dag de troonrede voor.  Waar is dit is een voorbeeld van?

ritueel

Johan Cruijff is een voorbeeld van een persoon met eigenschappen die gewaardeerd worden. Hoe noem je zo’n persoon?

held

Maak de opdrachten

Je gebruikt de tekst in je boek.

Het christendom hoort bij de Nederlandse cultuur.

1. juist
2. onjuist

Wat is geen voorbeeld van Nederlandse cultuur?

1. fiets
2. molen
3. kaas
4. braadwurst

1. Dit is een voorbeeld van een symbool
2. Dit is een voorbeeld van een held
3. Dit is een voorbeeld van een ritueel

1. Dit is een voorbeeld van een symbool
2. Dit is een voorbeeld van een held
3. Dit is een voorbeeld van een ritueel

1. Dit is een voorbeeld van een symbool
2. Dit is een voorbeeld van een held
3. Dit is een voorbeeld van een ritueel

Is het een waarde of een norm?
zelfbeheersing

1. waarde
2. norm

Is het een waarde of een norm?
gelijke rechten voor alle mensen

1. waarde
2. norm

Is het een waarde of een norm?
Je mag geen mensen slaan

1. waarde
2. norm

Is het een waarde of een norm?
Je mag niet op de stoep fietsen

1. waarde
2. norm

Is het een waarde of een norm?
Als je iets leent, moet je er extra voorzichtig mee omgaan

1. waarde
2. norm

Is het een waarde of een norm?
Je hebt respect voor je ouderen

1. waarde
2. norm

Welke norm hoort bij deze waarde?
Respect voor het bezit van anderen.

1. Je mag geen eten weggooien.
2. Je mag niet op de stoep fietsen.
3. Je mag niet stelen.
4. Je moet elke dag een half uur bewegen.

Leerdoel: Wat zijn symbolen, rituelen, helden?