We luisteren naar elkaar en steken onze vinger op wanneer we een vraag hebben.
We lachen elkaar niet uit, we zijn hier allemaal om iets te leren.
We hebben ons huiswerk, voordat we in de les komen, gemaakt/geleerd.
We werken hard tijdens de les zodat je thuis niet meer hoeft te werken aan je leerdoelen.
We vragen om hulp wanneer we er zelf niet uitkomen.
Slide 5 - Slide
Werkwijze
1. We werken dit jaar met leerdoelen. Je werkt 3 lessen aan een aantal leerdoelen.
2. We werken uit het boek.
3. We werken met LessonUP
4. We werken met Quizlet
5. We werken met de online methode.
Slide 6 - Slide
Les buts
Je kent een aantal woorden in het Frans.
Je kunt een kort gesprekje voeren in het Frans.
Je kunt uit een Frans gesproken fragment de belangrijkste informatie halen.
Slide 7 - Slide
Exercise 1: Je kent een aantal woorden in het Frans
Kijk naar de woorden op de volgende dia's. Bespreek met je klasgenoot wat hiervan de betekenis is in het Nederlands.
Slide 8 - Slide
Salut
Bonjour
la France
Je suis Marie
attention!
Je m'appelle Marie
les vacances
français
Slide 9 - Slide
Exercise 2: Je kunt een kort gesprekje voeren in het Frans
Kijk naar de zinnen op de volgende dia. Je gaat een gesprekje voeren met je klasgenoot. Gebruik de zinnen voor je gesprek.
Slide 10 - Slide
Salut!
(salu)
Bonjour!
(bonzjoer)
Ça va?
(sa va)
Comment tu t'appelles?
(common tu tapel?)
Je m'appelle...
(zju m'apel)
Je m'appelle ... et toi?
(zju mapel... et twa)
Ça va bien!
(sa va bje)
Au revoir!
(o rewa)
Slide 11 - Slide
Exercise 3: Je kunt uit een Frans gesproken fragment de belangrijkste informatie halen.
We gaan kijken naar een filmpje over Luca. Hij komt uit Frankrijk maar hij woont al een tijdje in Nederland. Probeer belangrijke informatie uit het filmpje te onthouden.
Slide 12 - Slide
Questions
1. Waar woont Luca?
2. Waarom heeft Frankrijk zo'n ideaal klimaat?
3. Waarom houden toeristen van Frankrijk? (noem drie redenen)