Depressie

• Pedagogisch werk
• MBO
• Studiejaar 4

Les:

Mentale weerbaarheid

Geef aan dat dit onderwerp voor bepaalde studenten confronterend kan zijn omdat er mensen in hun omgeving of zij zelf te maken hebben gehad of hebben met depressie. Hier is ruimte voor.

Deel een: Introductie

Waar denk je aan bij
het woord depressie?

Laat studenten hun handje in Teams opsteken als zij zelf of mensen in hun omgeving te maken hebben gehad met depressie. (alleen als zij hier zelf iets over kwijt willen). Vraag wie hier mondeling iets over wil vertellen/ graag iets over kwijt wil.

Leerdoelen

Aan het einde van de les kan de leerling:

• depressie in eigen woorden uitleggen
• verschillende symptomen van depressie benoemen
• Na signalering kan de leerling hulp bieden

Wat is een depressie?

•  Psychische aandoening die de stemming en de gevoelens beïnvloedt -> stemmingsstoornis
•   Dagelijks en meer dan twee weken lang last hebt de volgende symptomen (minimaal 5):
  - somberheid 
  - minder plezier in leven

      

- meer of minder eetlust
- slapeloosheid
- vermoeid
- concentratieproblemen
- gevoel niets waard te zijn
- suïcidale gedachten

Vertel duidelijk het verschil tussen een dipje en een depressie. 

Waar denk je dat
depressie door kan komen? ?

Laat studenten hun handje in Teams opsteken als zij zelf of mensen in hun omgeving te maken hebben gehad met depressie. (alleen als zij hier zelf iets over kwijt willen). Vraag wie hier mondeling iets over wil vertellen/ graag iets over kwijt wil.

Waardoor komt een depressie?

•  faalangst
• prestatiedruk
• ruzie thuis
• niet binnen de groep passen
• gevoelens die je krijgt waar je (nog) niet weet hoe je daar mee om moet gaan 
• sociale media. 

     

Vertel duidelijk het verschil tussen een dipje en een depressie. 

Luister en kijk goed!

Welke symptomen van depressie zie je terug in het fragment over Anne?

0

Laat studenten notities maken van de symptomen die zij herkennen.

Filmpje stoppen bij 3:42.

Welke symptomen van depressie heb je gezien in het fragment over Anne?

Hoeveel kinderen (tot 12) lijden aan depressie?

1. 1%
2. 10%
3. 30%
4. 45%

Tijdens de adolescentie hebben meisjes twee keer zoveel kans op een depressie?

1. Waar
2. Niet waar

Depressie bij kinderen/jongeren

Gedragskenmerken:

• Schoolcijfers gaan achteruit
• Spijbelen
• Teruggetrokken gedrag
• Agressief gedrag
• Zelfbeschadiging of gedachtes over zelfdoding

Deel twee: Uitspraken pot 

• We maken een kring 
• Hoe werkt de uitspraken pot?
• Regels 
• Uitvoeren 

Deel drie: dagboek reflectie

Vertel duidelijk het verschil tussen een dipje en een depressie. 

'Het is lastig om iemand te helpen die zich lang slecht voelt.’

 ‘Vriendschap moet vooral leuk zijn.’

'Wat doet het met jou als iemand zich slecht voelt?'

Heb je een idee hoe je er toch voor iemand kan zijn ook al wil die gene geen hulp? Wat kun je doen/zeggen?

Bespreek de opdracht

Do's and Dont's 

• Bespreek in een tweetal de do's and dont's van iemand met depressie hulp bieden. 
• Noteer 3 Do's
• Noteer 3 Dont's 

Begeleidingstips

1. Oordeel niet, maar luister.

2. Wees terughoudend met het geven van adviezen.

3. Geef aandacht.

4. Verwacht geen interesse.

5. Iemand is ziek en zichzelf niet.

6. Vraag waarmee je kunt helpen.

7. Onderneem samen.

8. Zoek professionele hulp.

9. Praten over zelfmoord.

10. Rapporteer goed!

Doelen behaald?

Aan het einde van de les kan de student:

1. Depressie in eigen woorden uitleggen

2. Verschillende symptomen van depressie benoemen

3. Na signalering kan de leerling hulp bieden. 

Afsluiting

Noem 1 ding wat je hebt geleerd.

Bedankt voor de inzet en aandacht!