Voorbeeld voor verleden tijd
De vrouw............... in de supermarkt. (winkelen)
Stap 1) Onderwerp = de vrouw
Stap 2) de vrouw = enkelvoud
Stap 3) winkelen - en = winkel --> Laatste letter is een L
Stap 4) de 'l' staat niet in: 't-kofschip-x
Stap 5) Zoek in het schema: onderwerp enkelvoud en NEE
--> Dit geeft de regel 'stam+de --> dus: winkel+de = winkelde