H3.4 - Krachten in werktuigen (les 4) oefenles

Dag allemaal! Ga op de juiste plek zitten en zorg dat je bent ingelogd op de lessonup.
1 / 27
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Dag allemaal! Ga op de juiste plek zitten en zorg dat je bent ingelogd op de lessonup.

Slide 1 - Slide

Dag allemaal! Log in op de lessonup.

Slide 2 - Slide

Dag allemaal! Zorg dat je een gesloten laptop op tafel hebt liggen. 

Slide 3 - Slide

Dag allemaal! Log in op de lessonup.

Slide 4 - Slide

Dag allemaal! Zorg dat je bent ingelogd op de lessonup.

Slide 5 - Slide

   3.4 Krachten in werktuigen

Slide 6 - Slide

Lesdoelen voor vandaag
-De leerling heeft gerekend aan de dubbele hefboom
-De leerling heeft gerekend aan de enkele hefboom
-De leerling heeft een dubbele hefboom in een nieuwe situatie gezien.

Slide 7 - Slide

Stelling:
Hefbomen hebben altijd een draaipunt.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 8 - Quiz

Breng de hefboom in evenwicht

Slide 9 - Drag question

Welk voorwerp is een hefboom?

Slide 10 - Drag question

Welke bewering over hefbomen is juist?
A
De kracht is het grootst bij de korte kant van de hefboom
B
De kracht is even groot bij de korte en de lange kant van de hefboom
C
De kracht is het grootst bij de lange kant van de hefboom

Slide 11 - Quiz

Bereken met de hefboomregel of de hefboom hiernaast in evenwicht is.
A
A. Er is evenwicht
B
B. Het moment links is groter
C
C. Het moment rechts is groter

Slide 12 - Quiz

Wanneer is een hefboom in evenwicht?
A
Als het moment rechts groter is dan het moment links.
B
Als het moment rechts even groot is als het moment links.
C
Als het moment rechts kleiner is dan het moment links.
D
Een hefboom is nooit in evenwicht.

Slide 13 - Quiz

Een dubbele hefboom
Wat is de kracht die op de spijker werkt? .

Slide 14 - Slide

Wat is de kracht die op de spijker werkt?

Slide 15 - Open question

De werkkracht is 120 N. Bereken de lastkracht.

Slide 16 - Slide

Bereken de lastkracht

Slide 17 - Open question






               Welke hefboom geeft de meeste kracht? 
A
Hefboom A
B
Hefboom B
C
Hefboom C
D
geen van alle

Slide 18 - Quiz

Hoe ziet de hefboom regel eruit in symbolen?
A
F1 x F2 = L1 x L2
B
F1 x R1 = F2 x R2
C
F1 x l 1 = F2 x l2
D
F1 x L1 = F2 x L2

Slide 19 - Quiz

Is de hefboom in evenwicht?

F1×l1=F2×l2
F1×l1=F2×l2
A
De hefboom is in evenwicht.
B
De hefboom is niet in evenwicht.

Slide 20 - Quiz

Is deze hefboom in evenwicht?
A
Ja, de hefboom is in evenwicht
B
Nee, draait naar links
C
Nee, draait naar rechts

Slide 21 - Quiz

De hefboom is in evenwicht.Bereken de kracht aan de rechterzijde
A
360 N
B
120 N
C
60 N
D
40 N

Slide 22 - Quiz

Wat voor soort hefboom is dit?
A
Een dubbele hefboom
B
Een enkele hefboom

Slide 23 - Quiz

Veel werktuigen zijn hefbomen.

Wat speelt bij een hefboom een belangrijke rol?
A
Afstand tot het draaipunt
B
Grootte van beide krachten
C
De grootte van het draaipunt
D
Zowel de grootte van de krachten als de afstand tot het draaipunt

Slide 24 - Quiz

Een hefboom heeft een punt waar de hefboom om kan draaien.
Hoe heet dat punt?
A
het middelpunt
B
het draaipunt
C
het massapunt
D
het rotatiepunt

Slide 25 - Quiz

Ga nu zelf aan de slag
Wat? Maak alle opdrachten van H3.4 inclusief de test jezelf

Hoe? Je bent de eerste 10 minuten stil. Daarna fluisterend overleggen.

Hoe lang? Tot het einde van de les

Klaar? Maak vast de test jezelf van H3.4

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide