ICT basisvaardigheden- les 3 (WORD)

1 / 38
next
Slide 1: Slide
Future mediaMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 38 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Docent

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

WELKOM !
  • Telefoon thuis/kluis
  • Ga zitten volgens de plattegrond
  • Startklaar: laptop, schrift en pen op tafel

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

ICT basisvaardigheden- les 3
  1. Huiswerk check (Outlook - H + opdr. 21 mij mailen)
  2. Korte herhaling: Formele mail
  3. Kort bespreken learnbeat: outlook mail 

  4. Nieuw onderwerp: WORD : Quiz !
  5. Maken learnbeat: 1.3 - B: WORD
  6. Begrippen check
  7. Afsluiten

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Huiswerk check
1. Kijk mee op het bord >  in learnbeat-> H. outlook
100 % score = HW gemaakt

2. Je hebt mij een formele mail gestuurd ! (pakken we er straks bij)


Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Herhaling: Begrippen-check:
- Waaraan herken je een emailadres 
- Waaruit bestaat een email
- Wat is een concept 
- Wanneer gebruik je CC
- Wat is een bijlage
- Wat is een automatische handtekening 
   

Onderwerp
Aanhef
Kern 
Afsluiting
@
Een nog niet verstuurde mail, die nog bewerkt kan worden.
Je wilt dat iemand meekijkt, waar je niet perse een antwoord van verwacht.
Een bestand dat jij meestuurt (foto, document, filmpje).
Een nette standaard afsluiting onder al je emails

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Formele email?
Wat was ook alweer belangrijk? 
  1. Je spreekt iemand met U aan niet je
    (je kent deze persoon niet goed/diegene is een docent)
  2. Nette aanhef (Beste, Geachte, Goedemiddag)
  3. Nette afsluiting (Met vriendelijke groet, Hartelijke groet)
  4. Je voor én achternaam (en klas)
  5. Je houdt het bericht kort en krachtig
  6. Let op spelling en hoofdletters!!!!

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Pak je eigen verzonden mail erbij!
1. Ga naar outlouk (via de taakbalk of www.office.com)
2. kijk bij "Verzonden"
3. Open de mail die je verzonden hebt  naar mij (ruha@hlz.nl)

 We kijken samen naar goed voorbeeld die ik o.a. binnen kreeg + foute

JIJ checkt je eigen mail en SCHRIJFT OP wat jij nog miste/mogelijk fout deed

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Aan + CC
Bcc (niet zichtbaar)
Bijlage toegevoegd via de paperclip  (geen kopieer en plakwerk)
Nette aanhef
Kern = Kort
U (=formeel)
zonder spellingsfouten 
Nette afsluiting
(voornaam+achternaam en klas)
Schrijf op!
Wat miste in jouw mail? 

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Wat ik ook binnen kreeg....
  • Goede middag beste mevrouw van de ruiter. Mijn vakantie was geweldih hoe was u vakantie,vriendelijke groet [naam]

  • Beste mevrouw ruiter,
    Ik was naar Kroatië 3 weken lang was erg leuk .

  • Ik wil een paar van jullie opgeschreven antwoorden horen....





Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Kort bespreken 1.3 - Outlook (H)
  • Start learnbeat op -  1.3 H -outlook 
  • Bij 100% huiswerk gemaakt, kan je de antwoorden nakijken
  • Noteer in je schrift als je iets fout had, met nu het juiste antwoord erbij (aanpassen in learnbeat hoeft niet)

  •  Denk aan de D-toets
    (en je participatie beoordeling!)
timer
10:00

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Nieuw onderwerp ICT: WORD

Slide 12 - Slide

This item has no instructions


Wat betekent de letter 'C' bij ICT?
A
Computer
B
Connectie
C
Communicatie
D
Concentratie

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

Welke app kan je gebruiken voor het maken van tekstdocumenten in Microsoft 365?
A
Microsoft Excel
B
Microsoft PowerPoint
C
Microsoft Outlook
D
Microsoft Word

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Waar kan je Word zoal voor gebruiken?

Slide 15 - Mind map

This item has no instructions

Excel
Forms
Word
Powerpoint
Teams

Slide 16 - Drag question

This item has no instructions

Wat is een besturingssysteem?
A
Een programma waarmee je video's kunt bewerken
B
Software die hardware van een computer aanstuurt en mogelijk maakt om andere programma's uit te voeren
C
Een apparaat waarmee je draadloos kunt printen
D
Een programma waarmee je websites kunt ontwerpen

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Sleep de woorden naar de juiste vakjes.

Als ik in Word een tekst schrijf en een nieuwe regel wil
 invoegen dan gebruik ik de .............? ..toets.

Op deze nieuwe regel begin ik met een hoofdletter. Een hoofdletter noteer ik met behulp van de.............? ..toets. 

Een correctie maak ik met de ..............?. toets.

En een nieuwe pagina voeg ik in door de toetsencombinatie 
............?  + Enter te gebruiken.    
ENTER
Backspace
CTRL
SHIFT

Slide 18 - Drag question

This item has no instructions

Afbeelding invoegen
Kleur aanpassen
Spellingcontrole gebruiken

Slide 19 - Drag question

This item has no instructions

Om te voorkomen dat een document bewerkt kan worden als je het verstuurd kan je het document opslaan als...
A
Word.document (.docx)
B
XPS.document (.xps)
C
PDF document (.pdf)
D
JPEG.

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

Waar pas je het lettertype en de lettergrote aan in WORD?

A
B
C

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

Wat is de sneltoets combinatie om een foutje ongedaan te maken (een stap terug?)

A
Ctrl + H
B
Ctrl + Y
C
CTRL +F
D
ctrl + Z

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

Hoe ga je juist een stap vooruit ? Als je te ver terug bent gegaan bijv.

A
Ctrl + H
B
Ctrl + Y
C
CTRL +F
D
Ctrl + Z

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

Wat is de sneltoets om iets te kopiëren ?
(dus niet met een muisklik)

A
Ctrl +C
B
Shift + Ctrl
C
CTRL +K
D
Ctrl + B

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions

Wat is de sneltoets om iets te plakken
(als je niet je muis/touchpad kan gebruiken)

A
Alt + V
B
Shift + Alt
C
CTRL +P
D
Ctrl + V

Slide 25 - Quiz

This item has no instructions

Hoe maak je tekst in WORD vet/dikgedrukt?

A
B
CTRL+B
C
D

Slide 26 - Quiz

This item has no instructions

Welke letter klik je aan om tekst cursief (schuingedrukt) te maken

A
CTRL + i
B
CTRL +U
C
D

Slide 27 - Quiz

This item has no instructions

Welke gebruik je om tekst te onderstrepen?
A
Ctrl + O
B
CTRL +U
C
D

Slide 28 - Quiz

This item has no instructions

Waarom slaan we liever
bestanden op in de
OneDrive (cloud) i.p.v.
"op deze PC" ?

Slide 29 - Open question

This item has no instructions

Opslaan en Opslaan als....wat is het verschil ?

Slide 30 - Open question

This item has no instructions

Opslaan als.... (automatisch opslaan uit
Ga links bovenin het scherm naar Bestand.
1
Klik daarna links in het menu op Opslaan als.
2
Opslaan bij OneDrive (eerste keuze!) of deze PC.
 Je kan ook op bladeren tikken 
om zelf een plek uit te zoeken 
om het op te slaan
3

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

WORD - zelfstandig maken
Maak in learnbeat 1.3 - WORD B (lokaal - als je hem in de taakbalk kan openen)
Let op: je moet veel opdrachten in WORD uitvoeren, ik wil dat je deze opdrachten aan mij kan laten zien (dus sla ze op!)

Voor een enkeling wordt het 1.3 - WORD C (online) maken -via  www.office.com, omdat je office 365 nog moet installeren/iets niet werkt)

Pak een koptelefoon!
timer
8:00

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Oefentoets
1.2 jouw apparaat / 1.3 outlook (H) / 1.3 (word B of C) / 1.9 microsoft teams (A lezen, B maken) / 1.12 hoe om te gaan met digitale apparaten (A lezen, B maken)

aantekeningen in je schrift mag je erbij houden
(denk aan de begrippen en definities noteren)
Neem alle lessen van te voren goed door  
timer
8:00

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Begrippen check: Hoe noemen we dit "werkbalk" in WORD?

Slide 34 - Slide

het lint

Begrippen check
  • Stel ik heb een heel lang verslag geschreven en ik wil iets opzoeken in de tekst. Welke sneltoets gebruik je om bijvoorbeeld het woord "voetbal" te vinden in de tekst? 

  • Wat is de sneltoets voor kopiëren en plakken? 
  • Sneltoets voor ongedaan maken? 
  • Sneltoets voor tekst Bold maken?

Slide 35 - Slide

CTRL + F

Begrippen check: Sneltoetsen
Ctrl + I: cursief
Ctrl + B: dikgedrukt
Ctrl + U: onderstrepen
Ctrl + Shift + <: tekst kleiner maken
Ctrl + Shift + >: tekst groter maken
Ctrl + Z: ongedaan maken
Ctrl + enter: nieuwe bladzijde
Ctrl + C: kopiëren
Ctrl + X: knippen
Ctrl + V: plakken
Ctrl + Shift + V: alleen tekst plakken










Slide 36 - Slide

This item has no instructions

Begrippen check (indien af /m 27)
Eindnoot:

Markering: 

Ongedaan maken: 
Tekstverwerker:
Voetnoot: 



 een opmerking die aan het einde van het document wordt weergegeven. De verwijzing staat met een Romeins cijfer in de hoofdtekst.
het gebied rondom een stuk tekst een bepaalde kleur geven, net zoals je met een markeerstift doet.
terugdraaien naar een eerdere versie.

een computerprogramma om teksten in te schrijven, bewerken en op te maken.
een opmerking die onderaan de betreffende bladzijde wordt weergegeven. De verwijzing staat met een nummer in de tekst.

Slide 37 - Slide

This item has no instructions

Afsluiten
Volgende week: Nieuw ICT onderwerp
Huiswerk: Word afmaken tot 100% - Daarna kan je nakijken

Koptelefoons NETJES in de la (is een la vol, open een andere)
Spulletjes opruimen
Stoelen op tafel

Slide 38 - Slide

This item has no instructions