7.3 Duurzame landbouw

1 / 28
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 3

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Shifting baseline syndrome
Wat is natuur?

Slide 13 - Slide

Een normale sloot in de 19e eeuw.
Nu

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

Slide 16 - Video

Opdrachten
Maak opdr. 1 t/m 4 van BS 7.3

Slide 17 - Slide

Door de bio-industrie (intensieve veehouderij) is de voedselproductie in Nederland verhoogd.

A
Juist
B
Onjuist

Slide 18 - Quiz

Een gemengd bedrijf
A
Houdt dieren op grote schaal
B
Werkt op biologische wijze
C
Doet aan zowel akkerbouw als veeteelt

Slide 19 - Quiz

Waarin verschilt de biologische landbouw van de gangbare landbouw?
A
De biologische landbouw is ouderwets.
B
De biologische landbouw is gericht op natuur- en landschapsbehoud.
C
In de biologische landbouw worden geen chemische middelen gebruikt.
D
In de biologische landbouw worden antibiotica en bestrijdingsmiddelen gebruikt

Slide 20 - Quiz

Welk kenmerk past niet bij biologische landbouw?
A
Ze gebruiken mest van dieren
B
Ze gebruiken geen chemische gewasbeschermingsmiddelen
C
Dieren hebben meer ruimte in de stallen
D
Ze gebruiken vaak antibiotica om hun dieren te beschermen tegen ziekten

Slide 21 - Quiz

Resistentie treed op wanneer ...
A
een gewas gevoelig is voor schadelijke insecten.
B
schadelijk insecten ongevoelig zijn voor het bestrijdingsmiddelen.
C
een populatie schadelijke insecten ongevoelig is voor bestrijdingsmiddelen.
D
een populatie schadelijke insecten gevoelig is voor bestrijdingsmiddelen.

Slide 22 - Quiz

Gebruikt de biologische landbouw chemische gewasbeschermingsmiddelen?
A
Ja
B
Nee

Slide 23 - Quiz

Dat de sluipwesp wordt ingezet als bestrijding van witte vliegen noemen we:
A
Kunstmatige selectie
B
Vruchtwisseling
C
bestrijding met natuurlijke vijanden
D
Bestrijding met biociden

Slide 24 - Quiz

Bij bioaccumulatie hebben organismen aan het begin van een voedselketen het meeste last van de bestrijdingsmiddelen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 25 - Quiz

Welk type landbouw zie je hier?
A
Precisielandbouw
B
Kringloop landbouw
C
Biologische landbouw
D
Verticale landbouw

Slide 26 - Quiz

Welk type landbouw zie je hier?
A
Precisielandbouw
B
Kringloop landbouw
C
Biologische landbouw
D
Verticale landbouw

Slide 27 - Quiz

Welk type landbouw zie je hier?
A
Precisielandbouw
B
Kringloop landbouw
C
Biologische landbouw
D
Verticale landbouw

Slide 28 - Quiz