K0118 wondzorg

Bijeenkomst 4

  • Laag complexe wonden
  • Decubitus 
1 / 31
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Bijeenkomst 4

  • Laag complexe wonden
  • Decubitus 

Slide 1 - Slide

Borst: oncologische wond
Bouw huidlagen

Slide 2 - Slide

Een wond is een verbreking van de continuïteit van weefsel veroorzaakt door een trauma of pathologische aandoening.

Epidermis: Opperhuid (het opperhuidweefsel) bestaat uit een vijftal lagen.
Dermis: Lederhuid geeft de huid zijn stevigheid. Deze laag bestaat uit dicht bindweefsel, verdeeld over twee lagen. In de dermis komen ook talg- en zweetklieren, haarwortels en zenuwen voor. Ook zijn er bloedvaten in deze huidlaag.
Subcutis: De subcutis is onderhuids weefsel dat voornamelijk dient voor vetopslag.

Slide 3 - Slide

Zie boek blz. 142 en 143

ontstaanswijze van wonden
  • Mechanisch
  • chemisch
  • thermisch
  • elektriciteit
  • straling
  • circulatiestoornis, (zie plaatje voet)
  • oncologisch

Slide 4 - Slide

Ontstaanwijze; zie boek blz.142

Slide 5 - Video

This item has no instructions

Slide 6 - Slide

Zie boek blz. 147
Rode wond

Een rode wond bestaat uit granulatieweefsel en bevindt zich in de regeneratiefase. In deze fase wordt weefsel dat verloren is gegaan, vervangen door nieuw weefsel (epithelialisatie). Granulatieweefsel is vaatrijk en korrelig bindweefsel dat zich vormt op de bodem van een wond. Deze bodem is gezond.

Slide 7 - Slide

In de granulatiefase wordt de beschadigde huid (dermis) vervangen door nieuw weefsel dat granulatieweefsel heet. In deze fase ziet de wond er vaak helderrood uit.
Een mechanische wond is veroorzaakt door:
A
Elektriciteit
B
Straling
C
Chemische stoffen
D
Fysiek trauma

Slide 8 - Quiz

Wonden die veroorzaakt zijn door een scherp of stomp geweld van buitenaf, zoals steek-, snij-, schaaf-, schot-, scheur- en kneuswonden of chirurgische wonden
Wondclassificatiesystemen






Wordt gebruikt om structuur aan te brengen in een wondbehandeling
  • WCS model 
  • TIME model 

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

De "M" in het TIME model zegt iets over:
A
De wondranden
B
de hoeveelheid vocht in de wond
C
de kleur van het weefsel
D
of er sprake is van infectie

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

TIME
  • T = Tissue, weefsel Wat is de kleur?
  • I = Infectie ; is er sprake van een infectie?
  • M = moisture = vocht; produceert de wond veel vocht?
  • E = edge = wondranden ; wat is de toestand van de rand?

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

WCS - classificatiemodel

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Welke kleur volgens WCS heeft een granulerende wond?
A
zwart
B
geel
C
rood

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

Een gele wond bevindt zich in de reactiefase/ontstekingsfase. Het lichaam reageert op de wond door te starten met stolling, vaatvernauwing en afsluiting van de wond. Dit ziet eruit als een gelig beslag op de wond. Vaak wordt ook exsudaat (wondvocht) gevormd, bestaande uit celresten en samengeklonterde eiwitten.

Gele wond

Slide 14 - Slide

Reactiefase (ontstekingsfase) in deze fase ruimt het lichaam weefsel op, zoals oud bloed en bacteriën. Er zit wondvocht in de wond. Een wond is in deze fase altijd wat rood, gezwollen en pijnlijk.
Zwarte wond

Een zwarte wond dankt zijn kleur aan het afgestorven weefsel (necrose/débris) waar de wond uit bestaat. Dit weefsel is een voedingsbodem voor bacteriën. De kleur kan ook bruin-grijs-gelig zijn. Er zijn twee vormen van necrose: harde necrose (korst) en natte necrose.

 

zwarte wond

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

De "T" in het time model zegt iets over:
A
De wondranden
B
de kleur van het weefsel
C
de hoeveelheid vocht in de wond
D
of er sprake is van infectie

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Categorieën decubitus
1. niet wegdrukbare roodheid
2. verlies van een deel van een huidlaag of blaarvorming
3.verlies van een volledige huidlaag
4.verlies van de volledige weefsel laag 

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

vochtletsel is hetzelfde als smetten (intertrigo)
A
Juist
B
onjuist

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

een oorzaak van vochtletsel is overgewicht
A
juist
B
onjuist

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

roodheid, irritatie en pijn aan/van de huid zijn symptomen van:
A
vochtletsel
B
intertrigo
C
zowel vochtletsel als intertrigo
D
geen van beide

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Wat kan de zorgvrager zelf doen om de wondgenezing te versnellen?

Slide 27 - Mind map

This item has no instructions

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Slide 31 - Slide

This item has no instructions