this-that-these-those

Aan het einde van de les kun je:

* de woorden this/that/these/those op de juiste manier gebruiken
* woorden in het meervoud zetten
1 / 20
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmboLeerjaar 1

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Aan het einde van de les kun je:

* de woorden this/that/these/those op de juiste manier gebruiken
* woorden in het meervoud zetten

Slide 1 - Slide

Practice
Enkelvoud of meervoud?
Kies de juiste vorm: this / that / these / those

Slide 2 - Slide

....... an apple.
A
This is
B
These are

Slide 3 - Quiz

........... grapes
A
This is
B
These are

Slide 4 - Quiz

........ a kitchen.
A
This is
B
These are

Slide 5 - Quiz

..... beautiful stars.
A
That is
B
Those are

Slide 6 - Quiz

.... is a banana.
A
That
B
Those

Slide 7 - Quiz

.... are my books.
A
This
B
These

Slide 8 - Quiz

.... is my pen
A
That
B
Those

Slide 9 - Quiz

Vul het juiste woord in de zin in
Hou je aantekening erbij (is het dichtbij of ver weg?)

Slide 10 - Slide

... people over there are my parents.
A
This
B
That
C
These
D
Those

Slide 11 - Quiz

Are ... your pencils there?
A
this
B
that
C
these
D
those

Slide 12 - Quiz

Take ... book here and read it!
A
this
B
that
C
these
D
those

Slide 13 - Quiz

Is ... your home over there?
A
this
B
that
C
these
D
those

Slide 14 - Quiz

... bottles over there are empty
A
This
B
That
C
These
D
Those

Slide 15 - Quiz

Gingen de vorige oefeningen goed?
Probeer dan de oefenstof op de volgende websites eens.
Succes!

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Link

Slide 18 - Link

Ging het goed? Of vond je het juist lastig? Vertel dat hier:

Slide 19 - Open question

Slide 20 - Slide