Domein 2 deel 2 Oriëntatie in de 2- en 3-dimensionale wereld
Orientatie in de twee- en drie- dimensionale wereld
Hoofdstuk 2 Nu rekenen 3e editie
2.5 Routes
2.6 Schaal en Schaallijn
2.7 Van 2 naar 3-dimensionaal
2.8 Referentiematen
2.9 gemengde opdrachten
1 / 12
next
Slide 1: Slide
RekenenMBOStudiejaar 1
This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Orientatie in de twee- en drie- dimensionale wereld
Hoofdstuk 2 Nu rekenen 3e editie
2.5 Routes
2.6 Schaal en Schaallijn
2.7 Van 2 naar 3-dimensionaal
2.8 Referentiematen
2.9 gemengde opdrachten
Slide 1 - Slide
2.5 Routes
Een route beschrijf je met de richtingen linksaf, rechtsaf en rechtdoor.
Ook de windrichtingen worden vaak gebruikt.
Slide 2 - Slide
Rekenen met schaal
Dus..... 1 cm is gelijk aan 1000cm in het echt
Slide 3 - Slide
Zorg dat beide afstanden in dezelfde eenheid staat
Onthoud dat alles zoveel groter of kleiner is als de schaal
Zorg dat het kleinste getal teruggebracht is naar 1
Slide 4 - Slide
Hiernaast staat een tekening van de Eiffeltoren. De toren is in werkelijkheid 324 m hoog. Hoeveel centimeter hoog is de Eiffeltoren op de tekening? Rond af op hele cm.
A
5
B
6500
C
65
D
50
Slide 5 - Quiz
2.7 Van 2 naar 3-dimensionaal
Ruimtelijke figuren zijn driedimensionaal.
De piramide, de balk, de bol, de kubus, de cilinder, de kegel en het prisma zijn voorbeelden van ruimtelijke figuren.
Slide 6 - Slide
piramide
cillinder
kegel
bol
balk
prisma
kubus
Slide 7 - Drag question
Figuren kunnen we indelen in vlakke figuren en ruimtefiguren.
Sleep de namen van de figuren naar de juiste plek.
Vlakke figuur
Ruimte figuur
Ruit
Vlieger
Kubus
Piramide
Vierkant
Cilinder
Driehoek
Parallellogram
Rechthoek
Slide 8 - Drag question
2.8 Referentiematen
Je leert schattingen maken met referentiematen voor oppervlakte en inhoud.
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
Opwarmer, probeer met de 4 cijfers uit te komen op 24