1D maandag 31 mei

Maandag 31 mei
1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 13 slides, with text slides.

Items in this lesson

Maandag 31 mei

Slide 1 - Slide

Planning komende 2 weken
Centraal onderwerp: Lezen en het zelf leren formuleren van belangrijke vragen bij de tekst

Doel: manier aanleren om tot goed begrip van de tekst te komen
én om (hopelijk) lezen leuker te maken 


Slide 2 - Slide

Planning vandaag
Ik leg iets uit over waarom en hoe je vragen formuleert
Ik maak een voorbeeldopdracht
Jullie gaan aan het werk: een tekst lezen en vragen bedenken. 
Daarna gaat een klasgenoot jouw vragen beantwoorden. 
Jullie komen weer bij elkaar om de antwoorden uit te wisselen. 

Lesdoel: na deze les weet je hoe je een vraag formuleert bij een stukje tekst. 

Slide 3 - Slide

Wat was actief lezen ook alweer?

Slide 4 - Slide

Juist, jezelf vragen stellen
Actief lezen = jezelf vragen stellen tijdens het lezen. Door jezelf vragen te stellen begrijp je beter wat je leest. Dit is niet alleen goed om te kunnen bij het vak Nederlands, maar ook bij andere vakken waarvoor je veel moet lezen. Daarom gaan we hier deze en volgende week mee oefenen.  We zullen geen nieuwsbegrip teksten gebruiken, maar andere soorten verhalen. 

Slide 5 - Slide


Maar we gaan ook een stap verder...
Wat als je deze vragen die je jezelf stelt opschrijft, en iemand anders moet ze beantwoorden?

Als diegene de vragen fout beantwoordt, heeft diegene de tekst niet goed begrepen, toch? 

Jouw vraag is voor een ander dus een goede test....Snapt diegene goed wat hij of zij gelezen heeft? (denk aan de sleutelvragen bij Nieuwsbegrip, die maak je altijd om te testen of je de tekst begrijpt)

Jullie gaan dus zelf als het ware sleutelvragen maken, die je klasgenoot moet beantwoorden. 

Slide 6 - Slide

Voorbeeld tekst:

Slide 7 - Slide

Voorbeeldvragen formuleren

Kijk eerst wat belangrijk is in dit stukje tekst:
1. Er is een melding bij de politie binnengekomen.
2. De politie is gewaarschuwd. 
Vragen:
1. Wat voor melding is er binnengekomen bij de politie?
2. Welke waarschuwing kreeg de politie?

Slide 8 - Slide

Dus wat doe je om vragen te formuleren?

1. Je kijkt welke zaken belangrijk of interessant zijn in een stukje tekst.
2. Je maakt daar vragen over. 

Slide 9 - Slide

Aan het werk...
1. Ik deel een tekst met opdrachten uit.
2. Jullie beginnen met de opdrachten.
3. Als je de opdrachten klaar hebt, wissel je uit met iemand die ook al klaar is. 
4. Je beantwoordt de vragen die je terugkrijgt (individueel, blijf op je plek!)
5. Samen bespreek je je antwoorden na: zijn de vragen goed beantwoord en waarom wel of niet?

Werk serieus en met aandacht. 
Jullie hebben hier 30 minuten de tijd voor.   
Ik loop rondes om je te helpen. Steek geen vinger op, ik kom vanzelf langs. 

timer
25:00

Slide 10 - Slide

Vingers tellen...
1. Ik vond dit onwijs moeilijk
2. Ik vond dit goed te doen
3. Ik vond het vervelend

Slide 11 - Slide

Woordenschat toets 11 juni
Hierbij alvast de woordenlijsten. 
Bewaar ze goed en neem ze vanaf woensdag iedere les mee. 
We gaan er tijdens de lessen even mee aan de slag (zinnen maken). 

Slide 12 - Slide

Lesafsluiting
Gedaan: introductieles zelf vragen formuleren
 
Geleerd: wat het doel is van zelf vragen formuleren en hoe je dit doet

Woensdag: een nieuwe tekst, zelfde werkwijze. Ik zet de tekst alvast in Magister als huiswerk om te lezen! 

FIJNE DAG ALLEMAAL!

Slide 13 - Slide