Astma

Begeleiden en ondersteunen A
Leven met aandoeningen aan longen en luchtwegen
1 / 23
next
Slide 1: Slide
GeriatrieMBOStudiejaar 2

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Begeleiden en ondersteunen A
Leven met aandoeningen aan longen en luchtwegen

Slide 1 - Slide

Lesdoelen
  • Je kunt uitleggen wat astma is. 
  • Je kunt de verschijnselen benoemen van een longontsteking en astma.
  • Je kunt aandachtspunten benoemen bij het toedienen van inhalatietherapie passend bij de doelgroep.
  • Je kunt aandachtspunten benoemen in jouw begeleiding en ondersteuning bij het leven met aandoeningen aan de longen en luchtwegen. (positieve gezondheid) bij de verschillende doelgroepen. 

Slide 2 - Slide

2

Slide 3 - Video

00:56
Wat is er aan de hand bij astma?

Slide 4 - Open question

01:17
Op welke prikkels kunnen astma patiënten heftig reageren?

Slide 5 - Open question

Vormen van astma
  • Allergische astma
  • Niet-allergische astma
  • Inspanningsastma
  • Ernstige astma 

Slide 6 - Slide

Symptomen astma
  • Hoesten
  • Piepende ademhaling
  • Benauwd 


--> astma-aanval

Slide 7 - Slide

Adviezen om klachten te beperken
  • Stoffen uit de weggaan
  • Proberen astma-aanvallen te voorkomen (astma-actie plan gebruiken)
  • Beweeg voldoende
  • Verstandig omgaan met energie
  • Medicatie gebruiken

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

4

Slide 10 - Video

  • Kortwerkende luchtwegverwijders: werken binnen 5 minuten, werken niet langer dan 5 tot 6 uur (zoals salbutamol, ipratropium en terbutaline).
  • Langwerkende luchtwegverwijders: werken na 20 tot 30 minuten en werking houdt 10 tot 12 uur aan (zoals formoterol, salmeterol en tiotropium)
  • Inhalatiecorticosteroïden (zoals beclometason, budesonide, ciclesonide en fluticason)
  • Luchtwegverwijders en ontstekkingsremmers gecombineerd (zoals combivent, seretide, symbicort en Berodual). 

Slide 11 - Slide

00:34
Welke medicijnen worden er voorgeschreven bij astma en COPD?

Slide 12 - Open question

01:02
Wat doet een luchtwegverwijder?

Slide 13 - Open question

01:20
Wat doen ontstekingsremmers?

Slide 14 - Open question

Aandachtspunten bij verschillende doelgroepen (inhalatie-therapie) (1)
Doelgroep
Maatregel
Reden
Baby's, peuters, kleuters en zorgvragers met een verstandelijke beperking
Gebruik hulpmiddelen als Babyhaler, Aerochamber of baby- en kindermasker.
Deze hulpmiddelen maken de inhalatietechniek makkelijker. 
Schoolgaande kinderen
Gebruik een voorzetkamer. Benader het kind serieus en geef goede voorlichting over de techniek.
Een voorzetkamer maakt het inhaleren makkelijker. Het kind beseft de gevolgen goed en wil graag alles weten. 
Pubers
Observeer de reacties van de puber.
Een puber schaamt zich voor zijn omgeving, is therapieontrouw en beseft niet welke invloed het gebruik van medicijnen op zijn leven heeft. 

Slide 15 - Slide

Aandachtspunten bij verschillende doelgroepen (inhalatie-therapie) (2)
Doelgroep
Maatregel
Reden
Ouderen
Let op gevoelens en gedrag.
Een oudere heeft vaak moeite met het inhaleren van medicatie.  
Bespreek met de arts of er een andere toedieningsvorm gebruikt kan worden. 
Tijdens de inhalatie houdt de zorgvrager de in te ademen lucht te kort vast waardoor hij onvoldoende kracht heeft. 
Revaliderenden
Bespreek met de arts of er een andere toedieningsvorm gebruikt kan worden. 
De toedieningsvorm moet passen bij de mogelijkheden van de zorgvrager. Beoordeel welke problemen de zorgvrager tegenkomt en geef goede voorlichting. 

Slide 16 - Slide

Aandachtspunten bij verschillende doelgroepen (inhalatie-therapie) (3)
Doelgroep
Maatregel
Reden
Lichamelijk gehandicapten en chronisch zieken
Maak gebruik van de ervaringsdeskundigheid van de zorgvrager.
De zorgvrager kent de technieken en medicatie vaak al lang. Geef alleen voorlichting als het niet lukt, bij problemen of als de techniek of het medicijn niet juist wordt toegepast. 
Psychiatrische zorgvragers
Beoordeel of de zorgvrager de technieken zelf kan toepassen. Neem anders de zorg voor de medicatie (tijdelijk) over. 
De zorgvrager wil niet of is niet in staat de juiste dosering of handeling uit te voeren. 
Kraamvrouwen
Ga in op vragen van de zorgvrager over de invloed van de medicijnen op borstvoeding. 
Medicijnen kunnen invloed hebben op borstvoeding. Zoek dit uit en vraag deskundigen om de zorgvrager te informeren. 

Slide 17 - Slide

Pneumonie
  • Longweefsel is ontstoken.  
  • Aspiratiepneumonie

Symptomen bij een acute longontsteking:
- Hogere of lagere lichaamstemperatuur;
- Rillen en klappertanden;
- Cyanose;
- Pijn, ook in de zij, vaak vastzittend aan de ademhaling;
- Door de pijn vaak een oppervlakkige ademhaling en kreunen bij het uitademen;
- Kortademigheid;
- Hoesten en het opgeven van vies geel of groen sputum, soms met wat bloed;
- Soms verwardheid;
- Neusvleugelen (bij kinderen);
- Braken (komt veel bij kinderen voor).

Slide 18 - Slide

Bij welke aandoening is het longweefsel ontstoken door een bacterie of virus?
A
Bronchitis
B
Astma
C
Longemfyseem
D
Pneumonie

Slide 19 - Quiz

Bij welke aandoening is er een sterke vermindering van de elasticiteit van het longweefsel, omdat de longblaasjes vergroot en verslapt zijn?
A
Bronchitis
B
Astma
C
Longemfyseem
D
Pneumonie

Slide 20 - Quiz

Benauwdheid en hoesten zijn de belangrijkste symptomen van COPD. Welke van de onderstaande symptomen kunnen ook bij COPD horen?
A
Haaruitval
B
Gewichtsverlies
C
Gelige verkleuring van de nagels

Slide 21 - Quiz

Terugblik op deze les 

Slide 22 - Slide

01:41
Wat is belangrijk om na het inhaleren te doen?

Slide 23 - Open question