Voedingstoffen

Voedingstoffen
1 / 39
next
Slide 1: Slide
Indirecte zorgSecundair onderwijs

This lesson contains 39 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 200 min

Items in this lesson

Voedingstoffen

Slide 1 - Slide

Wat heb je nodig deze les?

Slide 2 - Slide

Wat zijn voedingsstoffen?

Slide 3 - Open question

Ken je voorbeelden van voedingsstoffen?

Slide 4 - Open question

Slide 5 - Slide

Verloop cursus
Telkens 1 uurtje per lesdag. 
les 1: water
les 2: eiwitten of proteïnen
les 3: minerale zouten + vetten of lipiden
les 4: koolhydraten of sachariden + vitaminen
les 5: kennis spel
les 6: toets voedingsstoffen

Slide 6 - Slide

Doelstellingen
Kennis toepassen: De verschillende soorten voedingsstoffen correct benoemen en uitleggen wat hun functies zijn in het lichaam.
Analyseren: Voedingsmiddelen analyseren en koppelen aan de juiste categorie voedingsstoffen.
Reflecteren: Reflecteren op hun eigen eetpatroon en beoordelen of ze een gebalanceerde inname van voedingsstoffen hebben.
Toepassen in praktijk: Gevarieerd gerecht bereiden.

Slide 7 - Slide

Water
1. voorkomen
2. Rol van water
3. Vochtbalans
4. Gevolgen van onoordeelkundig gebruik van water
5. vochtbehoefte voor de verschillende leeftijdsgroepen

Slide 8 - Slide

Water: waar vinden we het?
1. menselijk lichaam
60% water: cellen, lichaamsvocht, vaste bestanddelen
2. voedingsmiddelen
onderscheidt: rijk aan water - arm aan water
3. drank
water = leidingwater - flessenwater: bronwater of mineraalwater
--> pas op met mineraalwater: niet voor iedereen goed = bevat natrium of fluor

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Water: welke rol heeft water?
1. Bouwstof
Hoofdbestandsdeel van elke cel
2. Vervoermiddel
- opnemen voedingsstoffen vanuit dunne darm
- afvalstoffen vanuit het bloed vervoerd
3. Oplosmiddel
- oplosbare voedingsstoffen opgeslorpt vanuit de darm door het bloed.
- afvalstoffen worden opgelost in urine en transpiratie
4. Lichaamstemperatuur regelen
- koorts - zweet - vocht verdampt - lichaam koelt af

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

Water: vochtbalans
normaal?       2,5 liter water nodig (volwassene)
--> water drinken + uit voedingsmiddelen

vochtverlies?
- door overmatig zweten, braken, diarree.
= lichaam verliest meer vocht, dus heeft meer water nodig.
- hersenen --> dorst krijgen = water drinken
--> bij oudere mensen werkt dit minder goed.
- vochtbehoefte hangt af van de leeftijd.

Slide 13 - Slide

Water: te kort of te veel
Gevolg te kort aan water?
- dorstgevoel
- uitdroging
- verstopping
- hoofdpijn
- ingedikt bloed
- ...
Te veel?
- verhoogd risico op hartziekten
- oedeem of vochtophoping
oedeem

Slide 14 - Slide

Water: vochtbehoefte
Hangt af van de leeftijd
- baby en kinderen
- volwassen en bejaarden 
           
   - via huid, longen, darmen, nieren
               - door drank, voedsel, oxidatie

Slide 15 - Slide

Eiwitten of proteïnen
1. herkomst
2. bouw
3. indeling van de aminozuren
4. indeling van de eiwitten
5. rol
6. eiwitbehoefte

Slide 16 - Slide

Eiwitten of proteïnen: herkomst
plantaardig
- aardappel
- bruin brood
- granen, quinoa
- peulvruchten, noten, pitten en zaden
- sojaproducten
Eiwitten of proteïnen: herkomst
dierlijk
- melkproducten
- kalfsvlees, kalkoen
- schelvis, schaal- en schelpdieren

Slide 17 - Slide

Eiwitten of proteïnen: bouw
AMINOZUREN = bouwstenen van eiwitten.

Eiwit = aaneenschakeling van enkele of vele verschillende aminozuren.

20- tal aminozuren --> slecht enkele levensnoodzakelijk.

Slide 18 - Slide

Eiwitten of proteïnen: indeling aminozuren
essentiële aminozuren
- eiwitten worden uit voeding gehaald.
- door gebrek aan enzymen (eiwitten gevormd in een cel)
Eiwitten of proteïnen: indeling aminozuren
Niet - essentiële aminozuren
- worden door het lichaam zelf aangemaakt
- gebeurt in de lever
- uit glucose, uit vetten, uit andere overvloedig aanwezig aminozuren
Samen belangrijk voor de opbouw van lichaamseigen eiwitten.

Slide 19 - Slide

Eiwitten of proteïnen: indeling eiwitten
volwaardige eiwitten
- alle essentiële aminozuren aanwezig
- kaas, melk, vlees, vis
Eiwitten of proteïnen: indeling eiwitten
onvolwaardige eiwitten
- één of meerder aminozuren ontbreken
- tarwe, peulvruchten
Lichaam legt geen reserve aminozuren aan --> een gevarieerde maaltijd noodzakelijk. 

Slide 20 - Slide

Eiwitten of proteïnen: Rol
1. Bouwstoffen
- groei en opbouw van weefsels
- herstel van sleet van het organisme

2. Brandstoffen
1 g eiwit geeft bij verbranding 17 kJ (kilojoules) of 4 kcal (calorieën):  ( 1 kcal = 4,18 kJ)

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Eiwitten of proteïnen: eiwitbehoefte
De dagelijkse eiwitbehoefte bedraagt 12 à 15% van de totale energiebehoefte.

kinderen - adolescenten - volwassenen

Slide 23 - Slide

Minerale zouten
1. rol
2. bespreking van de belangrijkste minerale zouten

Slide 24 - Slide

Rol van de minerale zouten

= bouwstof = basisbestanddeel van weefsels of vochten
= vochtbalans regelen
= nodig bij vertering en stofwisseling
= bloedzuiveraar

voorbeelden:
kalk - calcium (Ca)
fosfor (P)
fluor (f)
ijzer (fe)
natrium (na)

Slide 25 - Slide

KALK - CALCIUM (Ca)

bron? 
Rol?
Te kort?
Te veel?
Beïnvloeding opname?
Behoefte per dag?

Slide 26 - Slide

fosfoR (P)

bron? 
Rol?
Te kort?
Te veel?
Behoefte per dag?

Slide 27 - Slide

Fluor (f)

bron? 
Rol?
Te kort?
Te veel?
Behoefte per dag?

Slide 28 - Slide

Ijzer (fe)

bron? 
Rol?
Te kort?
Te veel?

Slide 29 - Slide

Natrium (na)

bron? 
Rol?
Te kort?
Te veel?
Behoefte per dag?

Slide 30 - Slide

Vetten of lipiden
1. voorkomen en indeling van de voedingsvetten
2. indeling van de vetten volgens de graad van verzadiging
3. rol van de vetten in het lichaam
4. behoefte aan vetten

Slide 31 - Slide

Koolhydraten of sachariden
1. rol van de koolhydraten in ons lichaam
2. indeling van de koolhydraten of sachariden
3. behoefte aan sachariden

Slide 32 - Slide

vitaminen
1. indeling
2. bespreking van de in vet oplosbare vitaminen
3. bespreking van de in water oplosbare vitaminen
4. praktische wenken i.v.m. het behoud van vitaminen.

Slide 33 - Slide

indeling
1. in water oplosbaar

2. in vet oplosbaar

Provitaminen = A en D hebben 'voor'-vorm = stoffen worden omgezet in het lichaam naar actieve vitaminen.

Slide 34 - Slide

 Interactieve opdracht: Voedingsstoffen sorteren
Benodigdheden:
6 Voedingsstoffen: kaarten
aanbod voedingsmiddelen: kaarten

Slide 35 - Slide

Reflectieopdracht: Eetpatroon analyseren
Bijhouden eetdagboek: 1 week.

Slide 36 - Slide

Praktijkopdracht
Opstellen boodschappenlijst.
Samenstellen menu: gevarieerd eten. 

Slide 37 - Slide

Korte quiz

Slide 38 - Slide

TOETS

Slide 39 - Slide