What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Schrijven informatie
Module Schreiben
Tekst
persoonlijk voornaamwoorden
Aanhef
Afsluiten
haben en sein
esttenten
Datum
rangtelwoorden
1 / 26
next
Slide 1:
Slide
Duits
Middelbare school
vmbo k, t
Leerjaar 2
This lesson contains
26 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
50 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Module Schreiben
Tekst
persoonlijk voornaamwoorden
Aanhef
Afsluiten
haben en sein
esttenten
Datum
rangtelwoorden
Slide 1 - Slide
Wat moet ik eigenlijk minimaal kennen/kunnen om te schrijven in het Duits?
Grammatik
A: haben & sein
B: zwakke werkwoorden (esttenten)
C: Getallen tot 100 + 1000
D: persoonlijk voornaamwoord
E: bezittelijk voornaamwoord
F: datum
Slide 2 - Slide
aanhef informeel
Liebe Rosa, / Lieber Karl,
Beste Rosa, / Beste Karl,
Hallo Rosa, / Hallo Karl,
Hallo Rosa, / Hallo Karl,
Meine liebe Rosa, / Mein lieber Karl,
Mijn lieve Rosa, / Mijn lieve Karl,
Slide 3 - Slide
informele slotgroet
Slide 4 - Slide
Ort und Datum
Wanneer op papier schrijft, noteer je de plaats (van waar je schrijft) en datum rechtsboven.
Bijvoorbeeld:
Ede, den 6. November 2020
Ede, 06.11.2020
Bij een email of bijdrage op internet hoeft dit niet.
Slide 5 - Slide
"haben" und "sein" sind
A
regelmäßige Verben
B
Modalverben
C
unregelmäßige Verben
D
starke Verben
Slide 6 - Quiz
Tragt die richtige Verbform von haben und sein ein.
Ich ……..( heb) starke Bauchschmerzen
A
hat
B
habe
C
hatte
D
hattet
Slide 7 - Quiz
Tragt die richtige Verbform von:
haben und sein ein.
(U heeft) starke Bauchschmerzen
A
sie hat
B
sie haben
C
Sie haben
D
Slide 8 - Quiz
Vervoeg het werkwoord ,,haben'' und ,,sein''
Wir ... heute zu einem Geburtstag eingeladen. Lena ... ein Geschenk mitgebracht
A
haben, seid
B
sind, hat
C
haben, hatte
D
hat, sind
Slide 9 - Quiz
Tragt die richtige Verbform von haben und sein ein.
….( zijn) ihr heute zu Hause?
A
sind
B
sein
C
wart
D
seid
Slide 10 - Quiz
hoe verdeel je esttenten?
A
e-st-t-en-t-en
B
est-te-n-te-n
C
es-t-t-en-t-en
D
ik weet het niet
Slide 11 - Quiz
Welke uitzondering is er bij de esttenten regel?
A
werkwoorden waarbij de stam eindigt op een r krijgen bij ich geen uitgang
B
werkwoorden waarbij de stam eindigt op een sisklank krijgen bij du geen -st achter de stam maar alleen een -t
C
werkwoorden die eindigen op een sisklank krijgen bij er/sie/es de uitgang -et
D
er zijn geen uitzonderingen
Slide 12 - Quiz
De "ESTTENTEN"-regel gebruik je bij
A
de verleden tijd
B
de tegenwoordige tijd
C
de toekomstige tijd
D
de voltooide tijd
Slide 13 - Quiz
Ik snap de
ESTTENTEN / ETTENTEN regel ...
A
helemaal
B
een beetje
C
niet
Slide 14 - Quiz
Wat zijn persoonlijke voornaamwoorden
A
wohne, wonhst, wohnt
B
ich, du, er/sie/es, wir, ihr, sie/Sie
C
sterke werkwoorden
D
zwakke werkwoorden
Slide 15 - Quiz
Het persoonlijk voornaamwoord: jij
A
ich
B
er
C
du
D
sie
Slide 16 - Quiz
Het persoonlijk voornaamwoord: ihr
A
jij
B
u
C
jullie
D
ik
Slide 17 - Quiz
Ein-Gruppe
Hoe zit het met de ein-Gruppe?
Slide 18 - Slide
Die ein-Gruppe
Slide 19 - Slide
Vul de juiste naamvallen in:
... (ik) sehe ... (haar +4).
A
ich - ihr
B
er - ihr
C
mich - sie
D
ich - sie
Slide 20 - Quiz
Vul de juiste naamvallen in:
Die Frau kauft ein... Tasche (v).
A
ein Tasche
B
einen Tasche
C
eine Tasche
D
einer Tasche
Slide 21 - Quiz
ein- Gruppe (1)
ein- Gruppe (3)
ein
eine
ein
keine
einem
einer
einem
meinen
Slide 22 - Drag question
Bezittelijke voornaamwoorden horen ook
bij de EIN-Gruppe:
mannelijk
vrouwelijk
onzijdig
meervoud
DER
DIE
DAS
DIE
(K)EIN
(K)EINE
(K)EIN
KEINE
asassa
meine
mein
mein
meine
Slide 23 - Drag question
rangtelwoorden & datum
1: Tot en met 19
cijfer + te (behalve 1, 3, 7, 8)
2: 20 en hoger
cijfer + ste
Slide 24 - Slide
rangtelwoorden & datum
datum:
am + rangtelwoord + -n
am ersten Februar
am sechzehnten Mai
am dreißigsten November
Slide 25 - Slide
Plaats, datum - Heerenveen, 5. Oktober 2020
De datum staat altijd in de 4e naamval met een punt achter het getal
Aanhef: Liebe Oma/ Lieber Opa,
(komma) kleine letter beginnen
Aanhef: Liebe Oma!/ Lieber Opa!
(uitroepteken) hoofdletter beginnen
Openingszin:
wie geht es dir? Mir geht es gut.
regel overslaan tussen de alinea's
Afsluitende zin: Ich hoffe, du schreibst mir bald zurück. Schreibst du mir schnell zurück?
Viele Grüße
(zonder komma)
Tschüss !
(uitroepteken mag achter Tschüss)
Naam: Ricardo
Slide 26 - Slide
More lessons like this
Schrijven informatie
November 2023
- Lesson with
10 slides
Duits
Middelbare school
vmbo k, t
Leerjaar 2
Schrijven van een persoonlijke brief
September 2022
- Lesson with
15 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Lektion 4 und 5
October 2021
- Lesson with
11 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
M2 Essen und Trinken - Kap 5 - les 5
February 2022
- Lesson with
35 slides
Duits
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 2
Deutschstunde VWO4 Woche 24 Digital Detox & Feedback Schreiben
June 2020
- Lesson with
15 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4
4T K2 der- en ein-Gruppe in 3e en 4e naamval
December 2018
- Lesson with
18 slides
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
Woche 4
September 2024
- Lesson with
15 slides
Duits
Secondary Education
Kapitel 3 + 5 GRAMMATIK
August 2022
- Lesson with
16 slides
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4