What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Maatwerk V2 15.11. Begin blok, WH hulpww, zw ww
Willkommen!
Frau Rörig
1 / 47
next
Slide 1:
Slide
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
This lesson contains
47 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
30 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Willkommen!
Frau Rörig
Slide 1 - Slide
classroom
hzoe7tu
Lesson Up
Komende weken: meet in classroom gebruiken!
Slide 2 - Slide
vraagformulier in classroom
Slide 3 - Slide
Programm Dienstag, 15.11.2021
Fragen? Wünsche?
Sprechen
Wiederholen hulpwerkwoorden
(Wie weit im Buch?)
Slide 4 - Slide
Sprechen
Stell dich selber vor, erzähle über dich!
Min 5 Sätze
Gebrauch K1 Wörterlisten, Plauderecken + Schreibecke
Slide 5 - Slide
Hilfsverben
Slide 6 - Slide
hebben, zijn, worden
Auf Deutsch?
Slide 7 - Open question
seid
sind
bin
ich
sind
bist
du
er, sie, es
wir
ihr
Sie, sie
ist
Slide 8 - Drag question
habe
haben
haben
hast
hat
ich
habt
du
er, sie, es
wir
ihr
Sie, sie
Slide 9 - Drag question
werden
werdet
wirst
werden
wird
werde
ich
du
er, sie, es
wir
ihr
Sie, sie
Slide 10 - Drag question
hulpwerkwoorden tegenwoordige tijd
sein
haben
werden
ich
bin
habe
werde
du
bist
hast
wirst
er/sie/es
ist
hat
wird
wir
sind
haben
werden
ihr
seid
habt
werdet
sie/Sie
sind
haben
werden
ge
- wese -
en
ge
- hab -
t
ge
- word -
en
Slide 11 - Slide
Welche zwei Bedeutungen hat das Wort 'worden'?
Slide 12 - Open question
werden
worden Ich
werde
langsam böse.
zullen (gaan) -> toekomst Morgen
werde
ich ausschlafen.
Slide 13 - Slide
Sie studiert Medizin. Sie will Arzt werden .
Nederlandse vertaling van 'werden'?
A
zullen
B
worden
Slide 14 - Quiz
Mein Bruder ist gut in Mathe. Er wird mir helfen.
Nederlandse vertaling van 'wird'?
A
zullen
B
worden
Slide 15 - Quiz
(zijn)
Ich ____ eine gute Schülerin.
Slide 16 - Open question
(zijn)
Wir____ gute Schüler.
Slide 17 - Open question
(zijn)
Ihr____ gute Schüler.
Slide 18 - Open question
(zijn)
Mein Bruder ____ ein guter Schüler.
Slide 19 - Open question
(zijn)
Sie ____ gute Schüler.
Slide 20 - Open question
(zijn)
Du ____ ein guter Schüler.
Slide 21 - Open question
(hebben)
Sie (ev) ____ keine Lust.
Slide 22 - Open question
(hebben)
Sie (mv) ____ keine Lust.
Slide 23 - Open question
(hebben)
Du ____ keine Lust?
Slide 24 - Open question
(hebben)
Wir ____ keine Lust.
Slide 25 - Open question
(hebben)
Ihr ____ keine Lust?
Slide 26 - Open question
(hebben)
Sie (mv) ____ keine Lust.
Slide 27 - Open question
Noch Fragen?
Übungen im classroom
Slide 28 - Slide
werkwoorden
Slide 29 - Slide
uitgangen werkwoorden t.t.
(ezelsbruggetje)
Slide 30 - Open question
zwakke Werkwoorden tegenwoordige tijd
zwakke ww
(lachen)
ich
lach-
e
du
lach-
st
er/sie/es
lach-
t
wir
lach-
en
ihr
lach -
t
sie/Sie
lach -
en
ge
- lach -
t
Slide 31 - Slide
lachen
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
lache
lacht
lachst
lachen
lacht
lachen
Slide 32 - Drag question
Was ist der Stamm von
arbeiten
Slide 33 - Open question
Werkwoorden met stam op d/t (n/m)
arbeiten
melden
rechnen
ich
arbeit -
e
meld -
e
rechn -
e
du
arbeit -
e
st
meld -
e
st
rechn -
e
st
er/sie/es
arbeit -
e
t
meld -
e
t
rechn -
e
t
wir
arbeit -
en
meld -
en
rechn -
en
ihr
arbeit -
e
t
meld -
e
t
rechn -
e
t
sie/Sie
arbeit-
en
meld -
en
rechn -
en
!!!
ge
- arbeit -
e
t
ge
- meld -
e
t
ge
- rechn -
e
t
Slide 34 - Slide
Werkwoorden met stam op n
öff
n
en
zeich
n
en
rech
n
en
reg
n
en
at
m
en
Slide 35 - Slide
Welke woorden op m/n waren het?
Slide 36 - Open question
antworten
er _________
Slide 37 - Open question
atmen
ihr _________
Slide 38 - Open question
Werkwoorden met stam op s/ss/ß/z
reisen
küssen
tanzen
ich
reis -
e
küss -
e
rechn -
e
du
reis -
t
küss -
t
rechn -
t
er/sie/es
reis -
t
küss -
t
rechn -
t
wir
reis -
en
küss -
en
rechn -
en
ihr
reis -
t
küss -
t
rechn -
t
sie/Sie
reis -
en
küss -
en
rechn -
en
!!!
ge
- reis -
t
ge
- küss -
t
ge
- rechn -
t
Slide 39 - Slide
Was ist hier anders?
Slide 40 - Open question
schließen (sluiten)
du _________
Slide 41 - Open question
voltooid deelwoord
ge - stam - t
of
ge - stam - et
Slide 42 - Slide
tanzen - Sie _________ den ganzen Abend _____________.
Slide 43 - Open question
Formular Maatwerk
Formular
Slide 44 - Slide
Wie(heet) ... du?
A
Heißt
B
Heißst
C
Heist
D
Heisse
Slide 45 - Quiz
Ihr (wohnen)... in Hamburg.
A
wohne
B
wohnt
C
wohnen
D
wohnst
Slide 46 - Quiz
Wie lange(spielen) ... du Gitarre?
A
spiele
B
spielst
C
spielt
D
spielet
Slide 47 - Quiz
More lessons like this
Maatwerk V2 4.4. Begin blok, WH hulpww, zw ww
May 2021
- Lesson with
42 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
MW 7.2. WH persoonlijke voornaamwoorden + hulpwerkwoorden
February 2022
- Lesson with
46 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
MW V2 11.10. Alfabet. Pers vnw, Hilfsverben
October 2021
- Lesson with
28 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
werkwoorden tentamen 1 TL4
October 2024
- Lesson with
45 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
4T K2 voorzetsels en voornaamwoorden
December 2018
- Lesson with
19 slides
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
H2d 13.4. werden, ,modalverben
April 2021
- Lesson with
33 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Verleden tijd: haben/sein/werden + zwakke ww.
September 2022
- Lesson with
18 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
H2d 5.2.2021 Modalv
February 2021
- Lesson with
22 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 3