4.1 De koning en zijn leenmannen

De koning en zijn leenmannen
- Karel de Grote
- Het leenstelsel
4.1

1 / 14
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

This lesson contains 14 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

De koning en zijn leenmannen
- Karel de Grote
- Het leenstelsel
4.1

Slide 1 - Slide

Planning
  • Leerdoel
  • Herhaling
  • Uitleg
  • Opdracht

Slide 2 - Slide

Lesdoelen
  • Je kent de begrippen leenheer en leenman

  • Je weet hoe het leenstelsel werkte

Slide 3 - Slide

Herhaling
  •  Wat waren de 4 grote ontwikkelingen binnen de middeleeuwen?
  • Het geloof kreeg een grotere invloed 
  • Het rijk van Karel de Grote
  • Opkomst van het leenstelsel en het hofstelsel
  • Het ontstaan van de islam

Slide 4 - Slide

Herhaling
  • Welke mensen bedoelen we met 'Vechten, werken, bidden' ?
  • De adel (ridders)
  • De boeren
  • De geestelijken

Slide 5 - Slide

Onrustig in Europa

  • Romeinse rijk is vervallen
  • Het Frankische volk was het sterkst
  • bekendste koning = Karel de Grote
  • keizer in 800

Slide 6 - Slide

Leenstelsel
  •  Karel kon niet overal tegelijk zijn + reizen was moeilijk
  • Karel kreeg hulp van zijn vazallen
  • vazallen = mannen die hadden meegevochten en trouw gezworen
  • Vazal kreeg als beloning een gebied in leen

Slide 7 - Slide

Het leenstelsel
Leenstelsel:
- Leenheer
- Leenman
- Achterleenman

4 plichten: 
- trouw
- besturen
- belasting
- vechten
Zendgraven: 
- controleerden
- maakten wetten bekend

Slide 8 - Slide

Leenstelsel
Leenstelsel

Slide 9 - Slide

Opdracht
Nu is het aan jullie om het land te besturen!
De koning wijst 4 leenmannen aan, mits zij trouw zweren natuurlijk!
Zij mogen op hun beurt ook weer leenmannen in deze klas aanstellen en deze leenmannen mogen ook nieuwe aanstellen tot dat het rijk wordt bestuurd, succes!

Slide 10 - Slide

Opdracht
  • Iedereen die hetzelfde 'stukje land' heeft zoekt elkaar op.
  • Aan wie heb je nou trouw gezworen?

Slide 11 - Slide

Welk woord weg?
  1.  Geestelijken - boeren - koning - adel
  2. Leenheer - leenman - zendgraaf - leenstelsel
  3. Belasting - vechten - trouw - veroveren

Slide 12 - Slide

Lesdoelen
  • Je kent de begrippen leenheer en leenman

  • Je weet hoe het leenstelsel werkte

Slide 13 - Slide

Voor de volgende les:
Het huiswerk voor de volgende les is het maken van de opdrachten: 2,4,7,8,12

Slide 14 - Slide