Klas 2BK2 Lesweek 23 - Les 1

Kapitel 7 -> Wohnen
Zitplaatsen voor de les van vandaag
Frau Nijhof
1 / 25
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvmbo, mavo, havo, vwoLeerjaar 1,2

This lesson contains 25 slides, with text slides.

Items in this lesson

Kapitel 7 -> Wohnen
Zitplaatsen voor de les van vandaag
Frau Nijhof

Slide 1 - Slide

Kapitel 7 -> Wohnen
Achtung:
Du sitzt auf deinem eigenen Platz.
Handys in deine Tasche.

Auf deinem Tisch liegen:
dein Buch, dein Heft, dein Etui





Slide 2 - Slide

Achtung! (let op!)
  • Freitag 1. März -> Deadline VLOG

  • Freitag 14. März-> SO Kapitel 7
Lernliste N-D
Lernliste D-N
Sprachmittel
Grammatik (TH aus KT Buch)

Slide 3 - Slide

Was machst du Heute?
BK Buch
KT Buch
- Hausaufgaben checken
- Sprechen
- Grammatik
- Selbständig arbeiten
- Unterricht beenden

- Sprechen
- Selbständig 
-> Seite 43: Aufgabe 16
- Grammatik
- Unterricht beenden

Slide 4 - Slide

Was lernst du Heute?
Lernziele:



BK Buch
KT Buch
- Ich kann mein Haus und Zimmer beschreiben.

- Ik kan werkwoorden met een stam op -d of -t vormen (reden of antworten).

- Ich kann mein Haus und Zimmer beschreiben

- Ik kan het bezittelijk voornaamwoord gebruiken (mijn boek / mein Buch).

Slide 5 - Slide

Hausaufgaben checken
BK Buch
KT Buch

Slide 6 - Slide

Sprechen
Buch zu -> luisteren + nazeggen

timer
1:00

Slide 7 - Slide

Was machst du jetzt?
BK Buch
KT Buch + laptop
Grammatik


Selbständig 
-> Seite 43: Aufgabe 16

Voordat je gaat lezen:
- titel lezen
- afbeelding bekijken
- vragen lezen
- tekst lezen (je hoeft het verhaal niet woord voor woord te begrijpen).
- vragen maken
- samenvatting van 3 zinnen schrijven.

Slide 8 - Slide

Was weißt du noch?
Werkwoordvormen in de tegenwoordige tijd.
knippen en plakken in 3 stappen.
wohnen         Du _________________ in einem Haus.

Stap 1              knippen (wat?)
Stap 2             zoeken (waarnaar?)
Stap 3             plakken (wat?)

Slide 9 - Slide

Werkwoordvormen in de tegenwoordige tijd.
idewis en (FE) E - ST - T - EN - T - EN
i
e
d
st
e
t
w
en
i
t
s
en

Slide 10 - Slide

Grammatik

Slide 11 - Slide

Werkwoordvormen in de tegenwoordige tijd 
(stam op -d / -t)
knippen en plakken in 3 stappen.

Tip! Een Duitser wil graag alle letters uit kunnen spreken.

Slide 12 - Slide

Grammatik






Tip -> een Duitser wil alle letters kunnen uitspreken.

Slide 13 - Slide

Werkwoordvormen in de tegenwoordige tijd 
(stam op -d / -t)
knippen en plakken in 3 stappen
arbeiten        Er _________________ als Lehrer.

Stap 1              knippen (wat?)
Stap 2             zoeken (waarnaar?)
Stap 3             plakken (wat?)

Slide 14 - Slide

Hausaufgaben machen
Hausaufgaben 
- Seite 42 -> Aufgabe 19, 20, 21, 22
We nemen de opgaven eerst samen door.
Zelfstandig werken.
Het is stil in de klas.
De volgende les huiswerk controle + we nemen het huiswerk samen door.
Fertig? Maak Aufgabe 2 + 3 -> Seite 152
timer
10:00

Slide 15 - Slide

Possesiv pronomen
eerst 




Seite 44 -> Aufgabe 17
we kijken daarna de uitlegfilm

Slide 16 - Slide

Possesiv Pronomen

SINGULAR (enkelvoud)




mijn
mein-
jouw / je
dein-
zijn
sein-
haar
ihr-

Slide 17 - Slide

Possesiv Pronomen

PLURAL (meervoud)




ons / onze
unser-
jullie
euer-
hun
ihr-
uw
Ihr-

Slide 18 - Slide

ein / eine + kein / keine
mannelijk
vrouwelijk
onzijdig
meervoud
der Mann
die Frau
das Kind
die Haustiere
ein Mann
eine Frau
ein Kind
keine Haustiere
extra e
extra e

Slide 19 - Slide

possesiv Pronomen
mannelijk
vrouwelijk
onzijdig
meervoud
der Mann
die Frau
das Kind
die Haustiere
mein Mann
meine Frau
mein Kind
meine Haustiere
extra e
extra e

Slide 20 - Slide

Possesiv Pronomen

)




Stappenplan
1.

2.

3.

Slide 21 - Slide

Hausaufgaben überprüfen und checken 
Hausaufgaben 
- Seite 42 -> Aufgabe 20, 21, 22
Vraag!
Wie heeft zijn huiswerk gemaakt?
Antwoorden komen op het bord
Nakijken met een andere kleur pen.
Ik loop rond om mee te kijken.
Gaat de wekker
Dan open je je boek op Seite 59
timer
5:00

Slide 22 - Slide

Was lernst du Heute?
Lernziele:



BK Buch
KT Buch
- Ich kann mein Haus und Zimmer beschreiben.

- Ik kan werkwoorden met een stam op -d of -t vormen (reden of antworten).

- Ich kann mein Haus und Zimmer beschreiben

- Ik kan het bezittelijk voornaamwoord gebruiken (mijn boek / mein Buch).

Slide 23 - Slide

Ich sehe was, was du nicht siehst, und das ist....
timer
1:00

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide