This lesson contains 36 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.
Items in this lesson
3A2
De ogen
Slide 1 - Slide
Bouw en werking van het Oog
NA VANDAAG WEET JE:
Hoe het oog is opgebouwd
Hoe het oog werkt:
--> pupilreflex
--> scherpstellen (accommoderen)
--> werking van brillenglazen
--> werking netvlies
Slide 2 - Slide
Ogen liggen goed beschermd in de oogkassen van onze schedel
Slide 3 - Slide
oog met traanklier en traanbuis
Slide 4 - Slide
Wenkbrauwen houden het zweet tegen zodat het niet in de ogen komt
Slide 5 - Slide
Wimpers beschermen de ogen tegen vuil en fel licht
Slide 6 - Slide
oogleden beschermen de ogen tegen vliegjes
Slide 7 - Slide
Iris is het gekleurde deel van het oog
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Video
Bij veel licht trekken de kringspieren in de iris zich samen
Bij weinig licht de lengte spieren
iris
Slide 10 - Slide
Pupilreflex
Slide 11 - Slide
glasachtig lichaam is doorzichtig
Slide 12 - Slide
In het vaatvlies bevinden zich de bloedvaatjes
Slide 13 - Slide
Het netvlies bestaat uit zintuigcellen, Staafjes om in het donker te zien. Kegeltjes om kleuren mee te zien
Slide 14 - Slide
Netvlies
@ hierop wordt het beeld scherp maar omgekeerd geprojecteerd @ in het netvlies zitten lichtgevoelige cellen: @ staafjes: zorgen ervoor dat we bij weinig licht goed kunnen zien @ kegeltjes: herkennen de kleuren
Slide 15 - Slide
Netvlies
Slide 16 - Slide
Waar de oogzenuw zit is de blinde vlek.
Daar zitten geen zintuigcellen
Slide 17 - Slide
Met de macula of gele vlek zien we het scherpst
Hier zitten kegeltjes waarmee je kleur ziet
Slide 18 - Slide
de lens
Als de lens bol is kan je dichtbij scherp zien
Als de lens plat is kan je veraf scherp zien
Accommoderen = scherpstellen
Slide 19 - Slide
accommoderen
Slide 20 - Slide
Verziend: je ziet alleen in de verte scherp
oogbol is te kort
dichtbij beeld valt achter je netvlies
beeld op netvlies is onscherp
bril met bolle lenzen (+bril) z
Bijziend: je ziet alleen dichtbij scherp
oogbol is te lang,
veraf beeld valt voor je netvlies
beeld is wazig
bril met holle lenzen(-bril)
Slide 21 - Slide
Weet je nu:
- hoe het oog is opgebouwd?
- hoe het oog werkt?
Slide 22 - Slide
Wat is de pupil?
A
Een zwart deel in je oog
B
Een opening in je iris
C
een opening in je hoornvlies
D
een opening in je lens
Slide 23 - Quiz
In het licht is de pupil....
A
groot, de kringspieren zijn samengetrokken
B
klein, de kringspieren zijn samengetrokken
C
klein, de lengte spieren zijn samengetrokken
D
groot, de lengte spieren zijn samengetrokken
Slide 24 - Quiz
Waaruit bestaat het vaatvlies?
A
uit een doorzichtige vloeistof
B
uit bloedvaten
C
uit lenzen
D
uit traanvocht
Slide 25 - Quiz
Waar zitten de oogzintuigcellen?
A
In de pupil
B
in de lens
C
in het vaatvlies
D
in het netvlies
Slide 26 - Quiz
Kunnen we op de gele vlek het scherpst of het minst scherp zien?