What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Nederlands Spelling Vdw & gecombineerde tijden
Nederlands Spelling Voltooid deelwoord
Opdracht; welk woord hoort op de puntjes? Kies A, B of C
1 / 24
next
Slide 1:
Slide
Hout en meubel
MBO
Studiejaar 1
This lesson contains
24 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
20 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Nederlands Spelling Voltooid deelwoord
Opdracht; welk woord hoort op de puntjes? Kies A, B of C
Slide 1 - Slide
Voltooid deelwoord
Opdracht; welk woord hoort op de puntjes? Kies A, B of C
Slide 2 - Slide
Hij heeft die jongen (ondersteunen)….
A
ondersteunt
B
ondersteund
C
geondersteund
Slide 3 - Quiz
Zij heeft zich niet (beheersen).…
A
beheersd
B
beheerst
C
beheersen
Slide 4 - Quiz
De coach heeft zich erg (verwonderen)….
A
verwonderd
B
verwondert
C
verwonderdt
Slide 5 - Quiz
Het team heeft goed (presteren).…
A
gepresteert
B
gepresteerdt
C
gepresteerd
Slide 6 - Quiz
Zij hebben te hard (fietsen).…
A
gefietsd
B
gefietst
C
gefietsdt
Slide 7 - Quiz
Na de training is ze (behandelen).…
A
behandeld
B
behandeldt
C
behandelt
Slide 8 - Quiz
Heb je hard genoeg (lopen)…?
A
geloopt
B
gelope
C
gelopen
Slide 9 - Quiz
Wij hebben de finish maar net (halen)….
A
gehaalt
B
gehaald
C
gehaaldt
Slide 10 - Quiz
Het hele team is medisch (keuren).…
A
gekeurd
B
gekeurt
C
gekeurdt
Slide 11 - Quiz
De trainer heeft de kleedkamer (checken).…
A
gecheckdt
B
gecheckt
C
gecheckd
Slide 12 - Quiz
Haal zelf de tijd uit de zin: tegenwoordige tijd/verledentijd/voltooid deelwoord
Slide 13 - Slide
Opdracht; welk woord hoort op de puntjes? Kies A, B of C
Slide 14 - Slide
Gisteren (staan)… ik op een andere positie.
A
sta
B
staat
C
stond
Slide 15 - Quiz
Gisteren werd hij (wisselen)…… door de coach
A
gewisselt
B
gewisseld
C
gewisseldt
Slide 16 - Quiz
Wij (spelen)… gisteren een goede wedstrijd.
A
spelen
B
speelde
C
speelden
Slide 17 - Quiz
(Bieden)…hij vandaag nog hetzelfde?
A
Bood
B
Biedde
C
Biedt
Slide 18 - Quiz
De bond heeft het geld (verduisteren)…
A
verduistert
B
verduisterd
C
verduisterdt
Slide 19 - Quiz
De schaatser (finishen)… vorige week als eerste.
A
finishde
B
finishte
C
finisht
Slide 20 - Quiz
Jij (lopen)… straks vast de verkeerde kant op!
A
loopt
B
loopte
C
liep
Slide 21 - Quiz
Die wedstrijden (volgen) ik sinds kort op tv.
A
volgt
B
volgde
C
volg
Slide 22 - Quiz
Hij (begeleiden)…….. je vanaf komende week bij je stage.
A
begeleit
B
begeleidt
C
begeleid
Slide 23 - Quiz
Ik heb vandaag voor het eerst …….. (golfen)
A
gegolft
B
gegolfd
C
gegolfed
Slide 24 - Quiz
More lessons like this
Nederlands Spelling tt, vt & Vdw
April 2024
- Lesson with
45 slides
Hout en meubel
MBO
Studiejaar 1
M1 l4 Bijvoeglijke naamwoorden
August 2024
- Lesson with
33 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
dinsdag 24/1
January 2023
- Lesson with
22 slides
Instructie
Lager onderwijs
Werkwoordspelling tegenwoordigetijd / verledentijd
12 days ago
- Lesson with
15 slides
Nederlands
Praktijkonderwijs
Leerjaar 2
Week 6 klas 3 les 2 - herhaling werkwoordspelling
February 2021
- Lesson with
14 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
1 HV Spelling (werkwoorden)
February 2022
- Lesson with
41 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
werkwoordspelling. herhaling
August 2024
- Lesson with
32 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
spelling brugklas
April 2022
- Lesson with
23 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1