This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
1.1 kun jij kopen wat je wilt?
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Basisbehoeften
Overige behoeften
Slide 4 - Drag question
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Vrije goederen
Vrije goederen zijn tegenovergesteld aan schaarse goederen. Iedereen mag er gebruik van maken, zonder er voor te hoeven betalen.
Voorbeelden: zonlicht, wind, zeewater.
Slide 7 - Slide
Zelfvoorziening
Zelfvoorziening
Wat je nodig hebt of graag wilt hebben voor eigen gebruik → zelf produceren
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Wat zijn basisbehoeften
A
Alles wat je nodig hebt zoals voeding en woonruimte.
B
Alles wat je wilt hebben om het leven leuker te maken zoals vakantie.
Slide 10 - Quiz
Wat is een basisbehoefte?
A
mobiel
B
auto
C
voedsel
D
tijdschriften
Slide 11 - Quiz
Wat zijn overige behoeften?
A
Alles wat je nodig hebt om te leven zoals voeding en woonruimte.
B
Alles wat je wilt hebben om je leven leuker te maken zoals een vakantie.
Slide 12 - Quiz
Voor overige behoeften betaal je 9% btw.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 13 - Quiz
Stel: Je schoenen passen niet meer en zijn versleten en je vrienden vragen je mee uit in het weekend. Je hebt 50 euro gekregen van je ouders. Waar geef je dan die 50 euro dan aan uit?
Slide 14 - Open question
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Slide
Reken uit: 12% van 744
Slide 17 - Open question
Aan de slag
Wat: Maak opdrachten 1-14 blz. 10 t/m 13
Hoe: Zelfstandig in stilte
Tijd: 30 min
Klaar: Lees alle theorie nog eens door
Uitkomst: Kijken we na
timer
30:00
Slide 18 - Slide
Les afsluiten
3 Quizvragen om te checken wat je hebt geleerd en waar je nog op moet focussen!