Les 22 Spelling 4.8/Woorden 1.5

Nederlands
Spelling/Woorden


1 / 21
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Nederlands
Spelling/Woorden


Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Programma
  • Lezen/Woorden
  • Paragraaf 1.5 en 4.8
  • Evaluatie/vragen

Slide 3 - Slide

Doelstelling
Na deze les:
  • kun je verkleinwoorden spellen (4.8)
  • ken je de woorden van paragraaf 1.5 en kun je ze gebruiken

Slide 4 - Slide

timer
25:00
  • lees wat je wilt (moet op papier)
  • oordopjes zijn toegestaan 
  • je mag tegen de muur leunen
  • ipad plat
  • In stilte lezen!

Slide 5 - Slide

47. woord 
betekenis

48. Woord
=
betekenis

Slide 6 - Slide

Wat doet de amateur als hij een obstakel tegenkomt?
A
tegen beter weten in blijven proberen
B
opgeven en aan iets nieuws beginnen

Slide 7 - Quiz

dansje
vakantietje
schaartje
boompje
woninkje
baby'tje
ijsje
steentje
koninkje
lijstje
hobby'tje
muziekje
toetertje
instructietje
objectje
strategietje
perfectionistje
amateurtje
hackertje
periodetje
Welke toevoeging maakt deze woorden kleiner?
Verdeel de woorden in vijf categorieën.

In je schrift

Ik selecteer straks iemand uit de klas.
timer
6:00

Slide 8 - Slide

timer
3:00
Doel: 
verkleinwoorden kunnen spellen

Hoe: 
schrift
Hulp: 
Overleg met je buur
Klaar?
Docent
Wat:
Wat valt je op aan deze verkleinwoorden:
oma - omaatje
paraplu - parapluutje
Wat zou een goede regel zijn?

Slide 9 - Slide

Kun je een verkleinwoord verzinnen waar je het lidwoord 'de' voor kan zetten?
A
ja
B
nee

Slide 10 - Quiz

timer
7:00
Doel: 
Verkleinwoorden spellen

Hoe: 
Talent online
Hulp: 
Lesstof 
Klaar?
Docent
Wat:
4.8 Opdracht 9, 10 en 11

(wat je niet afkrijgt is huiswerk)

Slide 11 - Slide

De hacker is met een zesje tevreden. Welk woord past het best bij hem?
A
perfectionist
B
nochalant
C
ambitieus
D
veelbelovend

Slide 12 - Quiz

Slide 13 - Slide

Welk woord wordt hier uitgebeeld?

Slide 14 - Open question

"Ik heb goed naar hem geluistert."
Het voltooid deelwoord is hier goed gespeld.
A
waar
B
niet waar

Slide 15 - Quiz

Welk werkwoord begint niet met 'ge' als je er een voltooid deelwoord van maakt?
A
werken
B
veranderen
C
lezen
D
plaatsen

Slide 16 - Quiz

Huiswerk
Op je Ipad in Talent online:
  • 1.5 Opdracht 8, 9, 10
  • 4.8 Opdracht 9, 10, 11

Slide 17 - Slide

Boekpromotie(s)

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide