Geschiedenis - Begrijpend lezen | 'Europa'

• Begrijpend lezen
• Geschiedenis
• Basisschool
• Groep 5-8

Hoe zat dat?

Ik weet waarom Europese landen gingen samenwerken.

Ik weet hoe de Eurpose Unie is ontstaan.

Ik weet de verschillen tussen het Europees Parlement,

de Europese Raad, de Europese Commissie en de Raad

van de Europese Unie.

Bekijk de tekst, maar lees hem nog niet!

Wat valt je op aan de vorm, de kopjes, de titel en de plaatjes?

Wat is dit voor tekst?

Hoe ga je deze tekst lezen?

Waar denk je dat het over zal gaan?

Waarom denk je dat?

Wat weet je er al van?

Denk na over deze vragen!

Heb je vragen als je naar de tekst kijkt? 

 Schrijf je vragen op een post-it (één vraag per blaadje) en plak ze op de

vragenmuur.

Woordenschat:

leiders, voorkomen, samenwerken, leiden,

uiteindelijk, tot stand komen, continenten, mythes, verklaren, ontstaan, oppergod, zinnen op zetten, aan te

danken hebben.

De leerkracht doet het voor.

Kernwoorden

We doen het samen.

Markeer de kernwoorden en schrijf van die woorden een korte samenvatting!

Tekstgerichte vragen:

Waarom gingen landen in Europa samenwerken?

Vul het schema in, schrijf steeds op wie erin zitten en wat ze doen:

De EU beslist over verschillende 

onderwerpen. Welke kan je vinden

in de tekst?

Iedereen die de nationaliteit van een EU-lidstaat heeft, is daarmee ook EU-burger. Voel jij je meer een Nederlandse burger of een burger van de Europese Unie? Waarom?

Maak een tijdlijn over het ontstaan en de samenstelling van de EU. Zorg dat alle jaartallen en belangrijke woorden erop staan. Je mag er ook kleine tekeningen bij maken!

 

Vat de tekst verder samen in tweetallen. Maak daarna de tekstgerichte vragen.

Wat heb je deze les geleerd?

Heb je nieuwe vragen gekregen? Schrijf deze op post-its en hang ze op de vragenmuur.

Heb je antwoorden gekregen op je vragen?

Tot de 

volgende keer!