Werken aan veiligheid en EHBO deel A

Werken aan veiligheid en EHBO deel A.
De komende weken gaan wij aan de slag met deel A, je gaat zelfstandig aan de slag met de taken. Wekelijks is er een weektaak in de les, zorg ervoor dat je deze aan het eind van de week af hebt getekend. 
1 / 38
next
Slide 1: Slide
Zorg en WelzijnVoortgezet speciaal onderwijs

This lesson contains 38 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Werken aan veiligheid en EHBO deel A.
De komende weken gaan wij aan de slag met deel A, je gaat zelfstandig aan de slag met de taken. Wekelijks is er een weektaak in de les, zorg ervoor dat je deze aan het eind van de week af hebt getekend. 

Slide 1 - Slide

EHBO

Slide 2 - Mind map

Het doel: 

Slide 3 - Slide

Werken met weektaken
In de volgende slide zie je de weektaken voor komende week. Het is de bedoeling dat je aan het einde van de week de opdrachten af hebt. Ook zie je een kolom met praktische opdrachten. Deze opdrachten lever je digitaal in via magister.

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Waar staat AED voor?
A
Automatische Externe Defibrilator
B
Aandachtige Externe Defibrilator
C
Als Eerste Defibrileren

Slide 7 - Quiz

Wanneer gebruik je een AED?
A
Flauwvallen
B
Hartstilstand
C
Verslikken
D
Verstikking

Slide 8 - Quiz

Waar staat de afkorting EHBO voor?
A
Eerste hulp bij ondervoeding
B
Echt helpen bij ongemakken
C
Eerste hulp bij ongelukken
D
Echt helpen bij ontstekingen

Slide 9 - Quiz

Hoeveel procent van de bevolking in Nederland heeft EHBO-vaardigheden?

Slide 10 - Open question

Waarom is het handig om EHBO-vaardigheden te hebben?
A
Dan weten omstanders wat ze moeten doen
B
Dan heb je minder kans op ongelukken

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Video

Wat zijn de vijf basisregels van EHBO?

Slide 13 - Open question

Waarom is het handig om EHBO vaardigheden te hebben?

Slide 14 - Open question

Slide 15 - Video

Wat doet het Rode kruis?
A
Ze maken lesmateriaal
B
Ze helpen wereldwijd mensen die in nood zijn

Slide 16 - Quiz

Wat is het verschil tussen rode en oranje kruis?

Slide 17 - Open question

Wat controleer je als eerst bij een slachtoffer?
A
Of het slachtoffer kan bewegen
B
Of het slachtoffer bij bewustzijn is en of hij kan ademen
C
Of het slachtoffer pijn heeft
D
Of het slachtoffer goed zit of ligt

Slide 18 - Quiz

Wat kun je voorkomen met beschutting?

Slide 19 - Open question

Hoe verbetert voldoende bewegen je gezondheid?

Slide 20 - Open question

Wat betekent steriel?

Slide 21 - Open question

Waarom moet je steriele verbandmaterialen zo min mogelijk aanraken met je vingers?
A
Makkelijker werken
B
Zo voorkom je bacteriën op verbandmateriaal
C
Anders raak je besmet

Slide 22 - Quiz

Bij het aanleggen van een vingerverband gebruik je:
A
steriel gaasje + ideaal zwachtel
B
metalinne gaasje + ideaal zwachtel
C
steriel gaasje + hydrofiel zwachtel

Slide 23 - Quiz

Slide 24 - Video

Wat is de eerste stap bij het verzorgen van een brandwond?
A
steriel gaasje op de wond leggen
B
wond afspoelen met lauw water
C
wond afspoelen met koud water
D
draai de zwachtel om de arm

Slide 25 - Quiz

Bij het verzorgen van een brandwond gebruik je een metaline kompres
A
Juist
B
Onjuist

Slide 26 - Quiz

Dit is een:
A
Eerstegraads brandwond
B
Tweedegraads brandwond
C
Derdegraads brandwond

Slide 27 - Quiz

Dit is een:
A
Eerstegraads brandwond
B
Tweedegraads brandwond
C
Derdegraads brandwond

Slide 28 - Quiz

De huid is tot de lederhuid stuk, je hebt veel pijn en blaren. Welke soort brandwond is dit?
A
1e graads brandwond
B
2e graads brandwond
C
3e graads brandwond

Slide 29 - Quiz

Moet je brandwond met koud water afspoelen?
A
Nee
B
Ja

Slide 30 - Quiz

Hoeveel minuten moet je minimaal koelen bij een brandwond?
A
5
B
15
C
10
D
1

Slide 31 - Quiz

Gewrichten

Slide 32 - Slide

Hoe kun je een kneuzing of verstuiking herkennen?

Slide 33 - Open question

Een ander woord voor ontwrichting is ……….
A
Uit de kom
B
een botbreuk
C
een verstuiking
D
een kneuzing

Slide 34 - Quiz

Hoe noem je het verband dat je aanlegt bij een kneuzing?
A
Snelverband
B
Steunverband
C
Drukverband
D
Dekverband

Slide 35 - Quiz

Slide 36 - Video

Welke gewrichten gebruiken ze bij deze Challenge?

Slide 37 - Open question

Afsluiting
Deze week heb je deel A afgemaakt, je hebt de praktische opdrachten ingeleverd bij de docent. Wees verantwoordelijk en zorg ervoor dat deel A op tijd wordt afgetekend. Geen praktijkopdrachten = geen punten!

Slide 38 - Slide