This lesson contains 51 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Herhalingsopdracht H8
Slide 1 - Slide
https:
Slide 2 - Link
H10: Formules en terugrekenen
Slide 3 - Slide
Paragraaf 1
Maak de voorkennis vragen die bij Hoofdstuk 10 horen!
Klaar? dan mag je het spelletje doen op de volgende slide
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Schrijf op een andere manier: aantal meters = tijd x 12 -5
Slide 7 - Open question
Schrijf op een andere manier: 3 + tijd x 2,5 = Parkeerkosten
Slide 8 - Open question
Schrijf de volgende formule op een andere manier: Bedrag = aantal x4 + 25
Slide 9 - Open question
Huiswerk 26 november
Paragraaf 10.1 en 10.2
Slide 10 - Slide
Voorkennis vragen
maak de vragen
Klaar? mag je even een spelletje doen op de volgende slide
Slide 11 - Slide
https:
Slide 12 - Link
Deel B
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Slide
Ina verkoopt edelstenen in haar webshop. Ze verkoopt deze voor € 9,95 per stuk en per bestelling rekent ze € 6,95 aan verzendkosten. Welke formule hoort hierbij? Schrijf deze op 2 manieren
Slide 15 - Open question
Welke huurprijs hoort bij 4 dagen? Lees af in de grafiek.
A
20
B
24
C
28
D
32
Slide 16 - Quiz
Slide 17 - Slide
De waarde uit de grafiek lees je af door....
A
te gokken
B
stippellijnen te tekenen
Slide 18 - Quiz
2. Lees uit de grafiek het aantal weken af dat hoort bij 50 euro.
A
11
B
12
C
12 weken
D
Dat kun je niet vinden.
Slide 19 - Quiz
Lees af na hoeveel minuten de inhoud 3150 Liter is
A
3150
B
2
C
3
D
4
Slide 20 - Quiz
Lees in de grafiek af hoeveel weken Sjaak moet sparen voordat hij 400 euro op zijn bankrekening heeft staan.
A
20 weken
B
30 weken
C
25 weken
D
35 weken
Slide 21 - Quiz
Huiswerk 26 november
Paragraaf 10.1 en 10.2
Slide 22 - Slide
Lees af na hoeveel seconden de inhoud 45 liter is
A
60
B
80
C
100
D
120
Slide 23 - Quiz
Hoofdstuk 10.3
Slide 24 - Slide
Slide 25 - Slide
Slide 26 - Slide
Slide 27 - Slide
Welke omgekeerde pijlenketting
hoort bij de pijlenketting?
A
A
B
B
C
C
D
D
Slide 28 - Quiz
2.
Wat is de omgekeerde pijlenketting van deze pijlenketting: aantal x 7 bedrag
A
bedrag <-- x7 aantal
B
aantal --> :7 bedrag
C
bedrag <-- :7 aantal
D
aantal <-- :7 bedrag
Slide 29 - Quiz
Wat is de omgekeerde pijlenketting van: aantal x 4 .... + 12 = bedrag
Slide 30 - Open question
Een foto album met 50 pagina's kost € 25,-. Elke extra pagina kost € 0,85. Maak een pijlenketting hierbij en ook de omgekeerde pijlenketting.
Slide 31 - Open question
aantal x5 ... + 12 = bedrag maak omgekeerde pijlenketting
Slide 32 - Open question
Maak de opdrachten
* werk alleen
* werk nauwkeurig en netjes
* Klaar? Leg het op de hoek van de tafel met je naam erop
* ga verder met opdrachten 08 blz 54 en U2 op blz 55
*vervolgens hoofdstuk 10.3 + 10.4
Slide 33 - Slide
Programma
Herhaling 10.3 ; omgekeerde pijlenketting
Bespreken H 10.4 ; Puntgrafieken
Oefenen met formules
Zelfstandig werken met vaardigheden
Keuzemenu voor toets
Slide 34 - Slide
Wat is de omgekeerde pijlenketting van:
aantal -> x 8 ... -> + 20 bedrag
Slide 35 - Open question
Lisa verkoopt gebreide mutsen voor € 8,50 per stuk. Voor de verzending rekent ze € 3,00. Welke pijlen ketting hoort hierbij?
Slide 36 - Open question
Ilse brengt folders rond. Ze krijgt hiervoor een vaste vergoeding van € 2,50 per keer en per folder ontvangt ze € 0,20. Welke formule hoort hierbij?
Slide 37 - Open question
Jan koopt een ipad en leent 300 euro van zijn moeder. Hij betaalt haar iedere maand terug om de schuld af te lossen. Wat is de formule die bij de schuld hoort?
Slide 38 - Open question
Slide 39 - Slide
Slide 40 - Slide
Beschrijf een voorbeeldsituatie waarbij je een puntengrafiek moet gebruiken.
Slide 41 - Open question
oefening
Maak opdracht 017 op blz 64
Klaar ? Maak dan de uitdagende opdracht op blz 65
we bespreken samen 017
Slide 42 - Slide
Aan de slag:
Maak Vaardigheden test jezelf pagina 66-67-68
Extra uitleg Amber, Britt en wie aan wil sluiten
2. Kijk hoofdstuk 10 na met de antwoorden (printjes bij mij)
KLAAR? Dan keuze uit:
* maak vast een samenvatting van hoofdstuk 10 voor toets